Blog - laatste nieuws

Salesiaans Contact maart 2025

Nog maar een maand en we vieren weer Pasen. In deze verwarrende en onrustige tijden hopelijk een baken van hoop. In de woestijn van ons leven en dat van onze wereld mogen we op weg gaan: veertig dagen, veertig jaren, ons mensenleven lang. Dit nummer van Salesiaans Contact wil daarbij zijn als een bescheiden oase, een rustpunt om daarna weer verder te gaan. We wensen ons allen een goede tocht.

Wim Holterman osfs

APPELBLOESEM

De klus is geklaard. Onze appelbomen staan er weer keurig gesnoeid bij, waardoor ze hopelijk komende zomer volop vrucht mogen voort brengen. De takken die er nog aan zitten dragen in elk geval zichtbaar al de  tekenen daarvan. De afgeknipte exemplaren worden altijd afgevoerd, daar eerdere pogingen van mij om ze in een vaas tot bloei te krijgen tot mislukken gedoemd waren. Dit keer echter heeft mijn dochter er een aantal in de kamer gezet en tot mijn grote verbazing begonnen de knoppen wel degelijk te zwellen en zijn ze intussen tot volle bloei gekomen. Vol verwondering sta ik dan ook, terwijl de vorst op deze late februari dag toch nog even regeert, stil bij deze hoopvolle tekenen van weer een nieuwe lente. Wat ik zie zijn prachtige, kleine witte bloempjes, bestaande uit vijf blaadjes, die een zweem van roze in zich dragen. In het midden hebben zich minuscule gele meeldraden en een stampertje gevormd. En ze ogen zo kwetsbaar, zo teer, zo fijn. Eén nachtvorstje en ze zijn verloren. Eén voorjaarsstorm, ze vallen af, één hagelbui en ze worden verpletterd.

Appelbloesem in de winter! Ooit, zo’n twintig jaar geleden alweer, zongen we met Kerstmis over een vrede, die bloeide als appelbloesem in de winter. Een prachtig lied, al kon ik die appelbloesem niet zo goed plaatsen in de winter, dat hoorde toch eigenlijk bij de lente. Ik heb daar destijds heel wat gedachten aan gewijd. Maar nu zie ik het met eigen ogen! Het

kan wel degelijk! Nu echter is het die vrede, waar ik mijn vraagtekens bij zet. Want als we zingen over vrede, die net zo kwetsbaar, net zo teer, net zo fijn is als appelbloesem, kan zo’n vrede dan nog wel ooit tot bloei komen in een wereld, waarin een paar meedogenloze mensen, die het voor het zeggen hebben, zo oneindig veel leed  en verwoesting veroorzaken? Blind voor alle schade die zij veroorzaken verbrijzelen ze met  ongekend geweld alle gevoel van veiligheid, geborgenheid, vertrouwen en zelfs hoop. Als ik de beelden op de televisie zie of de verhalen lees in de krant dan wordt het mij koud om het hart. Al die huizen verwoest. Mensen wanhopig op zoek naar een veilige plek, van noord naar zuid en weer terug. Mensen die, even vol hoop, eindelijk huiswaarts durven te keren, maar, eenmaal aangekomen, slechts puinhopen aantreffen. Mensen, wanhopig op zoek naar een ziekenhuis, waar zij of hun kinderen  behandeld kunnen worden. Gebrek aan voedsel, aan water, ja, aan alles!  Is deze waanzin, die alleen maar erger lijkt te worden, dan door niemand te stoppen? Overal groeiende gevoelens van haat, wantrouwen, uitsluiting. Aanslagen, moord, drugs gerelateerde criminaliteit. Als ik wandel of fiets in onze prachtige, gelukkig nog rustige omgeving, vraag ik mij onwillekeurig af: hoe lang nog? Wat staat ons, onze kinderen en onze kleinkinderen te wachten?

En toch, tegelijkertijd klinkt ook die stem in mij die zegt: “Laat je  niet zo verontrusten! Accepteer nu eindelijk eens dat jij hier niets aan kunt veranderen! Het enige wat jij kunt doen is je in te zetten voor vrede in je eigen omgeving. Wees alert, bied hulp waar nodig en blijf oog houden voor al het goede in de samenleving, dat er gelukkig toch ook nog altijd is. En vooral: houd bij dat alles altijd je kompas op God gericht!  Hij heeft je al door zoveel moeilijkheden heen geholpen. Ook nu is Hij bij je, zal je ondersteunen op de weg die voor je ligt. Een weg, die je niet alleen hoeft te gaan, maar die je gaat met al diegenen, die Hij op jouw pad heeft gezet. Met elkaar ook deze weg afleggen, zodat jullie elkaar ook nu tot steun kunnen zijn. God is immers Liefde en Liefde is het enige wapen dat in staat is vrede werkelijk tot bloei te brengen! Ook al is die vrede nog zo kwetsbaar, nog zo teer, nog zo fijn.”

Het is, alsof ik Franciscus van Sales hoor praten. Ook Hij leefde in een wereld waarin vrede veelal ver te zoeken was. Maar verankerd als Hij was in de liefde van God, bleef Hij altijd optimistisch. Vorig jaar kreeg ik van een vriendin een spreukenkalender. En daarop las ik vanochtend:

“Een negatieve geest zal je nooit een gelukkig leven bezorgen. Verbeter je manier van denken en je leven zal stap voor stap veel mooier en waardevoller worden.”

Woorden, die Frans ook gebruikt zou kunnen hebben. Woorden ook, die ik meeneem in deze veertig dagen, waarin we op weg zijn naar Pasen. Dat feest, dat ons er telkens weer aan herinnert dat God ook ons, dwars door lijden en dood heen, opvangt en nieuw leven schenkt. Nieuw leven, voor onze gehele wereld…………….

Straks in mei zullen hopelijk alle appelbomen weer volop in bloei staan.

Wat zou het werkelijk een feest zijn, als dan ook de vrede, het leven, de liefde en de hoop tot volle bloei zouden komen………wereldwijd!

Wil Vos-Post

 

Vol hoop op weg naar Pasen

Met Aswoensdag zijn we begonnen aan de 40dagentijd. Met het boeteteken van de as op het hoofd beginnen wij in geloof en hoop de jaarlijkse pelgrimstocht van 40 dagen op weg naar Pasen. We voelen ons verbonden met het joodse volk, dat 40 jaar lang door de dood van de woestijn trok op weg naar dat veel belovende land.

We voelen ons verbonden met Jezus, die zich 40 dagen terug trok in de woestijn om  zich bewust te worden van zijn opdracht: te leven naar het hart van God.

Het is opnieuw beginnen, achterlaten van wat geweest is en ruimte maken voor het nieuwe.

Het woord “woestijn” roept bij mij op dat je alle houvast kwijt bent, dat je geen uitweg meer ziet, dat je moederziel alleen bent met jezelf, dat de zin van je leven weg is. Kortom een situatie zonder uitzicht. Je kunt de woestijn meemaken bij een ernstige ziekte, of van alle  ellende die elke dag weer op je bord komt via de media, als mensen je laten vallen of als je geestelijk in de knoop zit.

In de Bijbel komt het beeld van de woestijn vaak voor. Maar daar is de woestijn niet alleen kommer en kwel. Hoe moeilijk de tocht door de woestijn ook is, het kan je ook goed doen. De woestijn kan je leven uitzuiveren en je duidelijk maken waar je werkelijk voor leven wilt. “Het was moeilijk maar ik had het niet willen missen” hoor ik  mensen zeggen als er na de woestijn weer wat rust in het leven is gekomen.

Het motto van het Jubeljaar (uitgeroepen voor dit jaar door onze Paus Franciscus)“Pelgrims van de hoop” doet mij denken aan de lange reis van het volk Israël naar het beloofde land, zoals die verteld wordt in het boek Exodus: de moeilijke tocht door de woestijn uit de slavernij van Egypte naar de vrijheid, gewild en geleid door de Heer, die zijn volk liefheeft en het altijd trouw is.

En als wij denken aan het verhaal van de uittocht in de Bijbel komen ook ons de beelden voor ogen van zoveel  mensen die vandaag vluchten uit situaties van ellende en geweld en op zoek gaan naar een beter leven voor zichzelf en hun geliefden. Er wordt immers nu een appèl op ons gedaan om vluchtelingen, ontheemden bij te staan, hen op te vangen en aan een veilige woonplek te helpen. Hoe kunnen wij hen dan het beste helpen? Ze hebben alles achter moeten laten, zijn uit de vertrouwde omgeving weggerukt en met verlies van noodzakelijke of kostbare bezittingen, maar is het pijnlijkste van alles lijkt me, dat dierbaren noodgedwongen achterbleven met de onzekerheid hen ooit nog te kunnen ontmoeten. Verscheurde gezinnen, veel getraumatiseerde mensen. Hoe kunnen we zorgen dat ze zich hier veilig kunnen voelen.

Een ander beeld: toen het Joodse volk net Egypte had verlaten kreeg de Farao spijt dat hij ze had laten gaan, liet 6oo strijdwagens aanspannen,  nam zijn manschappen met zich mee en achtervolgde de Joden.

Ook nu aan alle kanten oorlog en machtsstrijd, het Midden Oosten, Afrika, Rusland en Oekraïne. Wat te denken van het machtsspel dat Amerika speelt. Het lijkt de wereld op zijn kop.

De Joden hebben na 40 jaar, met vallen en opstaan, met twijfel en angst, opstandig en ongelovig het beloofde land bereikt. Mozes was voor zijn volk als een herder soms vol twijfel en zich geen raad wetend met dat opstandige volk.

Moge die tocht van het Joodse volk voor ons een bron van hoop en houvast zijn. Dat we met elkaar ons leed en onze pijn kunnen delen en dat we de dood als een doortocht naar het Leven kunnen beleven. Dat we elkaar veel te bieden mogen hebben als de woestijn van het leven over ons komt. Ben ik werkelijk op weg of veeleer verlamd, statisch door angst en een gebrek aan hoop, of maak ik het mij gemakkelijk in mijn comfortzone? Zoek ik naar wegen voor de bevrijding uit soms hopeloze situaties?

Samen op weg gaan, synodaal zijn, dat is de roeping van de Kerk. Christenen zijn geroepen om samen een weg af te leggen, nooit als eenzame reizigers.

Wij gaan in dezelfde richting, naar hetzelfde doel en luisteren daarbij naar elkaar met liefde en geduld. In deze Veertigdagentijd vraagt God van ons of wij in ons leven, in onze gezinnen, op de plaatsen waar wij werken, in de parochie- of religieuze gemeenschappen in staat zijn met de anderen op te trekken, te luisteren, de verleiding te overwinnen om ons in ons eigenbelang te verschansen en alleen maar te letten op onze eigen behoeften.

Franciscus van Sales zei het zo:

“Wie midden in de wereld leeft en dáár de godsvrucht nastreeft, moet zich aansluiten bij anderen met hetzelfde doel; een heilige vriendschap kan hen wederzijds moed geven, zij kunnen elkaar helpen en voorthelpen naar het goede einddoel in deze vriendschap. Wie alleen gemakkelijke paden bewandelt hoeft niemand een hand te geven om steun te zoeken, maar wie steile, gladde, moeilijk begaanbare paden wil gaan moet steun zoeken bij zijn tochtgenoten omdat dit eenvoudigweg veiliger is.”

Zo kunnen we samen de hoop op het veelbelovende land levend houden en op Pasen met de opgestane Heer opstaan tot Nieuw Leven.

 

Hoe vinden wij een weg?
Zoals licht en donker samen horen
zo moeten wij soms gaan
van goed en veilig land
door vlakten waar geen leven
en geen uitzicht is.
Hoe vinden wij een weg
als niet een woord van U
of beeld
ons als een antwoord tegemoet zou komen?
Een mens alleen in de woestijn
is toch ten dode opgeschreven.
Zend Gij ons, God, dan
iets of iemand tegemoet,
zodat wij diep vertrouwen
durven vinden in wat komt.
Laat uw belofte van nabijheid
worden als een wandelstok
die ons onachterhaalbaar leidt
naar een herbergzaam oord
van liefde en van mededogen.

                                                                                                                                        (Kris Gelaude)                                                                          

Kees Jongeneelen osfs