Archief voor categorie: Actueel

4e zondag van de advent 2024

4e Zondag van de Advent
Micha 5,1-4a; Lucas 1,39-45.

ELISABETH EN MARIA EN WIJ

Twee vrouwen, gewoon en buitengewoon.
Ze laten zich op niets voorstaan.
Ze zijn vol van het nieuwe leven,
dat in hen zo goddelijk groeit.
Ze herkennen in elkaar iets
van de plannen van God met de mensen.
Vol overgave en moed tegelijk
prijzen ze zich zalig.
Want God heeft aan hen grote dingen gedaan.
Vol verwondering staan ze open
voor de zegen die hen is overkomen.
Ze hebben een unieke rol
in het verhaal van God met de mensen.

Het verhaal van deze twee vrouwen
is ook ons levensverhaal.
Ook in ons wil God tot leven komen.
Soms – heel even – mogen we dat
aan elkaar ontdekken.
We kunnen het zien aan de geest,
die in ons groeit en leeft.
Het is aanwezig in de hartelijke goedheid
waarmee we elkaar ontmoeten en begroeten.
God komt aan het licht in ons,
als wij mensen van vrede zijn:
in vrede met onszelf,
in vrede met anderen.

Elisabeth en Maria:
ze zijn mensen als wij,
gewoon en eenvoudig,
vol van de Geest van God
om leven te schenken aan mens en wereld.
Die belofte dragen wij ook in ons.
We zullen ze alleen waar moeten maken.
Waarom zij wel en wij niet?!?

Wim Holterman osfs

 

3e zondag van de advent 2024

3e Zondag van de Advent
Sefanja 3,14-18a; Lucas 3,10-18.

VERHEUGT U……

Verheugt U, weest blij:
dat is de boodschap zo midden in de Advent.
Een uitnodiging om ons niet klein te laten krijgen
door noodlot of pijn, door verdriet of ziekte.
Er wordt al een tipje van sluier opgelicht.
Het is een knipoog naar kerstmis:
er is licht in aantocht,
het duister zal het onderspit delven.
De profeten van toen zijn realist genoeg
om geen valse hoop te geven.
Ze stonden zelf midden in het harde bestaan.
Onderdrukking en onrecht
stonden hen dagelijks voor ogen.
Het was hun levenskunst
om licht te blijven zien
in hun donkere en bange dagen.
Hun boodschap is: God is er ook nog.
Hij staat naast je, Hij laat je niet vallen.
Hij is de grond van je bestaan,
waardoor je gaande mag blijven.
God is als een reddende Held.
En als Hij zo voor ons is
dan wij ook voor elkaar.
We mogen ons ten diepste verheugen,
als we mensen naast ons weten,
die ons niet loslaten,
die voor ons redding, zicht op leven betekenen.
Wat een geluk als je zulke mensen mag ontmoeten.
Het is een reden tot grote vreugde.

Wim Holterman osfs

 

2e zondag van de advent 2024

2e Zondag van de Advent
Baruch 5,1-9; Lucas 3,1-6.

GOD REDT DOOR ONS….

Het is ons eigen om God de schuld te geven
van zoveel ellende om ons heen.
Waarom had Hij niet kunnen ingrijpen,
toen bij dat ongeluk.
Waaraan heb ik het verdiend,
waarom moet mij dit nu overkomen?
Als er een God bestaat,
waarom dan honger en oorlog,
waarom dan nog zoveel onrecht?
Wanneer het leven ons grote vragen stelt
dan roepen we God ter verantwoording.
We spelen Hem de Zwarte Piet toe.
En maar al te vaak houden we Hem voor gezien.

Als we God zo zien, dan wordt Hij een afgod,
een marionet, een God die naar onze poppen
moet dansen. Hij grijpt niet in in ons leven.
Zijn naam is: “Ik ben er óók nog”.
Hij neemt onze verantwoordelijkheid niet weg.
Hij roept eerder krachten in ons op,
die ons op de been kunnen houden;
die zorgen dat we niet kopje onder gaan
in het leven.

“Heel de mensheid zal Gods redding zien”.
Het is een belofte, een visioen.
Maar dan mogen wij niet werkeloos toezien.
Wij zijn Gods handen en voeten.
Wij zijn de vertolkers van Zijn woord.
Wij zijn de dragers van Zijn belofte.
Maar we staan er niet alleen voor.
Het is een gezamenlijke opdracht
en…Hij is er ook nog.
Een belofte en uitdaging tegelijk.

Wim Holterman osfs

1e zondag van de advent 2024

Jeremia 33,14-16; Lucas 21,25-28,34-36.

 

WEEST WAAKZAAM

Soms is ons leven een puinhoop.
Alles lijkt tegen te zitten.
We voelen ons bedreigd,
zien geen uitweg meer.
Angstig vragen we ons af
hoe het allemaal verder moet.
We voelen ons alleen, hulpeloos;
het liefst gooien we het bijltje neer,
onmachtig als we zijn tot weerstand.

Zo kijken we vaak ook naar onze wereld.
Oorlogen houden maar niet op,
mensen en volken voelen zich bedreigd.
Natuurgeweld houdt ons in de ban.
We zijn niet in staat
het leed van zovelen te lenigen.
We dreigen het op te geven.
Waarom nog iets doen, als het toch maar
een druppel op een gloeiende plaat is?
Heeft het allemaal wel zin?
Is er nog wel toekomst?

Jezus roept ons juist nu op:
weest waakzaam; heft uw hoofd omhoog.
Laat je niet klein krijgen,
want er is hoop, er is toekomst.
Toegeven aan pessimisme is dodelijk.
Houd je ogen en oren open
en wapen je tegen moedeloosheid.
Zijn woorden zijn misschien
als een kaarsje op de adventskrans.
Het is niet veel, maar het geeft licht
en warmte, onweerstaanbaar.
Dooft het vuur niet in je,
maar laat het branden,
zodat anderen zich aan jou kunnen warmen
en samen met jou kunnen bouwen
aan een goede toekomst.

Wim Holterman osfs

Salesiaans Contact november 2024

N O V E M B E R   2 0 2 4

De winter is in aantocht. Het weer wordt wisselvallig. De avonden langer en kil. Dit nieuwe Salesiaanse Contact wil van harte wat licht en warmte brengen. Hopelijk vindt u er iets in van uw gading. En mocht u aan uw vrienden- of kennissenkring ook onze maandelijkse bezinning gunnen: geef gerust hun mailadres aan ons door en wij zorgen voor de rest.

Wim Holterman osfs 

EMINENT TOT UW DIENST   

In dienst van de barmhartigheid…
Het is al enige tijd geleden dat Paus Franciscus 21 nieuwe kardinalen heeft benoemd. Op zich niets bijzonders. Wat mij in het krantenbericht hierover echter opviel was het pauselijk commentaar daarbij. Een kardinaal wordt – zo las ik – gewoonlijk aangesproken met ‘eminentie’, wat zoiets betekent als ‘vooraanstaande’.  De paus wil graag zien, dat deze titel verdwijnt. Hij ziet meer in een titel als ‘diaken’, dienaar. In zijn begeleidend schrijven zegt hij, dat hij bidt dat deze nieuwe kardinalen ‘opgeheven ogen’ hebben, ‘gevouwen handen’ en ‘blote voeten’. ‘Opgeheven ogen’: om oog te hebben voor de noden van mensen, om naar hen op te zien door de bril van de liefde. ‘Gevouwen handen’: om het Volk van God te kunnen voeden vanuit hun gebed en bezinning. ‘Blote voeten’ zodat ze de harde werkelijkheid van onze wereld voelen; een wereld die te lijden heeft onder oorlog, vervolging, discriminatie en armoede. Dat laatste – zo schrijft Paus Franciscus – vraagt om veel mededogen en barmhartigheid.

De grootste…
Toeval of niet: het weekend erna ging het evangelie over een vraag van Johannes en Jacobus. Zij solliciteerden naar een ereplaats in het Rijk van God: de een aan de rechterhand van Jezus en de ander aan Zijn linkerhand. Dat riep bij mij de stoute vraag op of de paus in zijn overweging dat evangelie ook onlangs nog gelezen had. Streven naar macht en aanzien is weliswaar zo oud als de mensheid, maar de reactie van Jezus op de vraag van die leerlingen staat daar haaks op. Bij Hem staat de kleine mens altijd op de eerste plaats en – en zo zegt Hij – wie zich verheft zal vernederd worden. Onder de leerlingen van toen ontstond meteen ruzie over de vraag wie wel de belangrijkste was.Ten overvloede zegt Jezus dan nog eens: ‘Wie de grootste wil zijn, moet dienaar (=diaken) zijn’. Dat is blijkbaar de belangrijkste functie in het Rijk van God: dienaar van de dienaren zijn, de minste van allen. Hoe meer je dat wordt des te ‘eminenter’ ben je. Dat geldt natuurlijk niet alleen voor (nieuwe) kardinalen maar evengoed voor ieder van ons die probeert zo goed mogelijk leerling te zijn.

Synodaal geloven
Het is een voortdurende uitdaging voor ieder van ons om ‘vooraanstaand’ te zijn in dienstbaarheid. Daarin ligt onze ‘meerwaarde’. Barmhartigheid en mededogen maken van ons een mooier mens. Daarom is het belangrijk om op ‘blote voeten’ in de wereld te staan, in de realiteit van oorlog en onvrede, van streven naar macht over de rug van anderen en van een onoverkoombare kloof tussen rijk en arm. Geloven betekent ook voeling houden met die wereld. We kunnen en we mogen onze ogen niet sluiten voor de soms zo harde realiteit, dichtbij en ver weg. De synode in Rome, die een paar weken geleden is afgesloten, geeft ons daarbij een belangrijke les. Het ging in die kerkvergadering vooral om het luisteren naar elkaar. Er werd voor gewaakt, dat iedereen aan het woord kon komen. Er werd naar iedereen geluisterd. Ook was er veel aandacht voor stilte. Stilte waarin de Geest van God aan het woord kan komen. Uit de berichten die ik erover gelezen heb werd me duidelijk, dat dit samen stil zijn, dit intens luisteren naar elkaar een diepe verbondenheid schiep. Natuurlijk was er niet in alles overeenstemming. Er groeide echter wel begrip voor elkaars meningen. Zo werd de betekenis van ‘synode’ – samen op weg gaan – letterlijk waargemaakt. Deugddoende verbinding wordt niet gerealiseerd door ingewikkelde redeneringen maar wel door hartelijke aandacht voor elkaar, door openheid voor elkaars stand

punten en ervaringen. Er is dan geen sprake meer van ‘hoog tot laag’, maar van bondgenoten en tochtgenoten. Natuurlijk is er nog een lange weg te gaan, maar als we die ‘synodaal’ (samen op weg) mogen gaan dan kunnen we alleen maar hoopvol zijn.

Frans van Sales…
Onze heilige leefde in een tijd van grote onenigheid, van scheiding van de geesten, van contrareformatie scherp tegenover reformatie. Oorlogen – in het groot en in het klein – waren aan de orde van de dag. Hij kende de armoede van zijn mensen als geen ander. In d

ie geest was hij echt een bisschop zoals Paus Franciscus vandaag zou willen: een bisschop op ‘blote voeten’. Hij deelde in de ellende en de armoede van mensen. Hij leefde met ‘opgeheven ogen’, zeker waar hij geestelijke begeleiding gaf aan talloze mensen. Hij zag scherp maar hij oordeelde mild. En dit alles stoelde hij op een hoogstaand religieus beleven. Hij was een man van ‘gevouwen handen’, van gebed en van diepe Godsverbondenheid. Zo werd hij een ‘eminente’ bisschop, een herder voor zijn mensen. Hij ambieerde niet de kardinaalshoed die hem in Parijs (1619) werd aangeboden. Hij schrijft daar zelf over aan Jeanne de Chantal: ‘Ik heb de kardinaal gezegd dat ik getrouwd ben met mijn bisdom en dat ik deze vrouw niet wil verlaten voor een andere. Laat mij maar rustig verder gaan, met alle moeite die het kost. Wat moet ik met een nieuw bisdom? (…) Zijn voorstel om mijn broer bisschop te laten worden, doet me goed. Dan kan ik me langzaam terugtrekken van alle drukte. Dat is mij meer waard dan een kardinaalshoed’ (Dirk Koster, François de Sales). Hij wilde bisschop zijn van, voor en door ‘zijn’ mensen. Met hen ging hij zijn weg in vriendschap en verbondenheid. Daarin lag zijn ‘eminentie’: in de dienst van het bisschop zijn. 

 

STICHTERSDAG ZATERDAG 12 OKTOBER 2024

Zaterdag 12 oktober kregen we in de parochiezaal van de H. Nicolaas in Eemnes, na een hartelijk ontvangst met koffie en een brownietaart van Wil Vos, een uitleg over DE GOEDE MOEDER van Kees Jongeneelen met een begeleidende PowerPoint van Marus Tijssen.

Marie de Sales Chappuis ( de Goede Moeder genoemd) was een katholieke zuster en overste van de Orde van de Visitatie in Troyes. Ze was ook stichtster van de congregatie van de Oblaten van Franciscus van Sales, samen met Louis Brisson. Marie de Sales Chappuis werd geboren in 1793 in Soyhières in het Jura gebergte in Zwitserland, toentertijd door Frankrijk in bezit genomen. Ze kwam uit een gezin met 11 kinderen waarvan 6 het religieuze leven in gingen. Op 14 jarige leeftijd is ze binnengegaan in een internaat in Fribourg. Ze verdiepte zich in de geschriften van Frans van Sales en vond dat ze verder niets anders nodig had. Ze had mystieke ervaringen, een diep Godsbesef en ze schrijft over haar levensweg. Ze vond dat actief leven en contemplatief leven samen kunnen gaan. Ze had een vooruitziende blik en wilde een mannelijke congregatie stichten in de geest van Frans van Sales. 21 November 1814 trad ze in in een klooster van de Visitatie in Fribourg. Ze woonde daar op de bovenste verdieping samen met nog meerdere jonge zusters.14 Juni 1815 werd ze ingekleed als Marie de Sales. Ze is 30 jaar lang in een klooster van de Visitatie in Troyes, waar Brisson rector werd. Het was een vrijgevochten klooster met aparte ideeën voor die tijd. Zij werd er moeder overste. Jongere zusters kreeg ze mee in de vernieuwing, oudere later in de spiritualiteit van Frans van Sales. Het was de tijd van de Franse en industriële  revolutie. Troyes was een textielstad . De zusters deden er veel voor meisjes van het platteland en droegen zorg voor het onderwijs. De arbeidsters werden in de weekenden opgevangen . De later heilig verklaarde zuster Aviat was er de stichteres van de Zusters Oblaten. Ze deden veel voor onderwijs en missie, o.a. in Zuid-Afrika, Namibië, Ecuador en Colombia. De Goede Moeder had grote invloed op vele terreinen, o.a.  ook op de moraaltheologie. Samen met Louis Brisson stichtte ze de Oblaten van  Frans van Sales  en spoorde hen aan te leven volgens de richtlijnen van het Geestelijk Directorium. Louis Brisson verwees vaak naar de ’Weg’ van de Goede Moeder. Deze komt tot uiting in:

*het verenigen van onze wil met Gods wil

*Niet omkijken en verder gaan (couper court)

*proberen  te leven in het hier en nu

*de sacramentele kijk op de wereld en de spiritualiteit van arbeid.

Ze zag zichzelf als iemand die een actieve rol aannam om Jezus weer tot leven te brengen. Het ging haar om het ‘herdrukken van het evangelie’ in contact met God. Haar missie was dat het apostolische ideaal en het contemplatieve leven samen kunnen gaan.

Na deze boeiende uitleg kregen we een heerlijk broodje kroket en konden we even pauzeren.

Vervolgens werden we in groepen verdeeld en aan de hand van een tekst van Marie de Sales, de goede Moeder,  begonnen we een synodaal gesprek. Dit hield in dat we eerst de tekst lazen, deze op ons in lieten werken om daarna om beurten te vertellen wat de tekst met ons deed. Je mocht nog niet op elkaar reageren. Enkel luisteren. Daarna werd de tekst nogmaals gelezen en met de vorige ronde in het achterhoofd om beurten gereageerd. Hierop volgde een gesprek. Vanuit deze gesprekken maakte elk groepje een voorbede voor de eucharistieviering.
Dezen gingen als volgt:

*Goede God geef ons de kracht om bij alle regelgeving te onderzoeken wat daar de geest van is en elkaar te inspireren daar ook van harte naar te leven.

*Wij bidden u om geduld om naar elkaar te luisteren en elkaar te verstaan. Maar leer ons ook om elkaar de ruimte te geven en elkaars mening te respecteren. Wij weten niet of God heeft nagedacht maar wat wij wel weten is dat Hij ons aan het denken heeft gezet.

*Door de Goede Moeder zijn we er ons bewust van geworden hoe belangrijk het is om ons steeds weer af te vragen wat onze beweegredenen zijn en of het de moeite waard is waarmee wij ons bezig houden . Want het is niet eenvoudig om in de hectiek van het leven Uw stem te verstaan. Open onze oren en ons hart daartoe omdat wij een daadwerkelijke bijdrage kunnen leveren aan het tot stand komen van Uw Rijk.

*Eeuwige Gij zet ons in beweging. Gij stoot ons aan als een licht in de morgen. Wij vragen U geïnspireerd door de Goede Moeder, dat wij ons voor U openstellen, dat wij U in dat licht mogen zien, dat wij niet doelloos ons leven leven, dat wij elkaar zien. Wij bidden U dat we antwoord geven op wat Gij van ons vraagt, dat wij de weg durven gaan en in verantwoordelijkheid zorg hebben voor elkaar en heel Uw schepping.

Na deze Eucharistieviering en een mooie dag gingen we weer uit elkaar op weg naar huis.


Maria v. Gaal

 

 

 

 

Christus Koning 2024

Christus Koning
Ezechiël 34,11-12.15-17; Matteüs 25,31-46.


KONING OP HET KRUIS…

Zijn bedje was niet gespreid,
toen hij in onze wereld kwam.
Er was geen plaats voor hem.
Hij moest het doen met een stal,
te midden van de minsten der mensen.

Hij leefde niet in weelde.
Hij werd geboren uit eenvoudige mensen.
Het gewone was goed genoeg voor hem.
Het politieke spel was hem onbekend:
hij ging recht door zee
en keek niemand naar de ogen.

Zijn boodschap baarde opzien.
Hij kondigde bevrijding aan
voor allen, die vastgelopen waren.
Zijn liefde ging uit naar hen,
die verstoten en eenzaam leefden.
Hij had een goed woord voor hen,
die zelf monddood gemaakt waren.
Zijn levensweg was een kruisweg.
Voordat goedheid aan de macht kan komen
moet de wereld worden omgekeerd,
moeten mensen zichzelf omkeren.
Het meest koning was hij op het kruis,
omdat toen duidelijk werd,
dat hij trouw was aan zijn levensopdracht.
Daar was hij koning, omdat zijn leven
er een was van liefde tot het uiterste.

Wim Holterman osfs

 

 

33e zondag 2024

33e Zondag door het jaar
Daniël 12,1-3; Marcus 13,24-32.

ZOMER IN AANTOCHT

Soms is het leven om te huilen.
Ziekte en dood zijn dichtbij.
In machteloze woede moeten we aanzien,
dat mensen uit elkaar worden gerukt.
Toekomst wordt in duigen geslagen.
Licht verandert in dreigende duisternis.
Hoop verdwijnt als sneeuw voor de zon.
Hoezo geloven in de goedheid van God?
Hij lijkt zo vaak de grote afwezige.
We willen wel geloven in zijn almacht,
maar is Hij niet even machteloos dan wij?!

Onze wereld vergaat het niet beter.
Altijd maar weer berichten over
oorlog en geweld, over mensen
die elkaar naar het leven staan.
Armoede groeit sneller dan rijkdom.
Voor steeds meer mensen wordt
het leven minimaal, een grensbestaan.
Donkere wolken pakken zich samen
boven hen, die moeten vluchten
en voor wie het geen leven is.
Ons wereldbeeld is zo somber,
dat we God nauwelijks kunnen ontdekken.

Geloven is opstaan,
is licht ontsteken en warmte verspreiden.
Het is in de koude donkere winter van het leven
de zachte, op springen staande twijgen ontdekken.
Geloven is blijven hopen en vertrouwen,
dat we samen aan de basis mogen staan
van nieuw leven, van nieuwe toekomst.
Het is weten, dat de kleine goedheid
het zal winnen van het grote kwaad.
De zomer komt zoals een knop in een twijg,
bijna onzichtbaar maar onweerstaanbaar.
De zomer is in aantocht.
Het is een kwestie van zien, soms even.

Wim Holterman osfs

32e zondag 2024

32e Zondag door het jaar
Koningen 17,10-16; Marcus 12,38-44 of 41-44.

LEVEN IS DELEN

Twee weduwen, arm en berooid,
nauwelijks nog in staat
om voor zichzelf te zorgen:
zij geven wat ze hebben;
ze geven alles wat ze nodig hebben
om te kunnen blijven leven.
In woord en in daad worden ze beloond.
Hun delen is hun grote rijkdom.
Ze worden door God gezien,
omdat ze Zijn boodschap,
zonder opzien te baren,
met hart en ziel verstaan.
Ze leveren zichzelf er aan over
met alles wat ze hebben en zijn.
En daarom worden ze groot geacht.

Ze leven nòg: deze mensen.
Midden onder ons zijn er ook,
die weten dat leven delen is.
Ze zoeken niet naar aanzien.
In alle eenvoud geven ze van hun brood,
van hun inspiratie en van hun geloven.
Ze laten zich nergens op voorstaan.
In alle eenvoud geven ze handen en voeten
aan de Blijde Boodschap.
Ze krijgen geen vermelding
in het Book of Records;
wèl in het boek van het Leven.

Gelukkig zijn ze er nog:
zulke mannen en vrouwen,
die de echte betekenis van het leven
verstaan en voorleven.
Ze zijn voor ons een voorbeeld.
Ze verdienen onze navolging.

Wim Holterman osfs

31e zondag 2024

 

31e Zondag door het jaar
Deuteronomium 6,2-6; Marcus 12,28b-34.

BLIND VERTROUWEN

Leven is samenleven,
is leven in verbondenheid met anderen.
Niemand is een eiland
midden in onze wereldzee.
Mensen leven in relatie,
zijn betrokken op elkaar.
Daarin zijn allerlei gradaties.
Je vertrouwt er op,
dat mensen er voor jou zijn.
Mensen, die je helpen;
mensen die betaald werk voor je doen.
Je vertrouwt op het technisch kunnen
en op de wetenschap van mensen.
Je hebt vertrouwen in je dokter,
in je leraar of in je collega’s.

Blind vertrouwen doe je
maar weinig mensen.
Dat doe je mensen,
die aan de basis van je leven staan.
Mensen, die je alle goeds gunnen
en die je trouw terzijde staan.
Je voelt je door hen gedragen
door goede en kwade dagen heen.
Bij hen voel je je veilig:
je mag zijn wie je bent.
Zij laten je nooit vallen,
dat weet je zeker.

Zonder zulke mensen krijgt ons leven
een wankele basis.
Zij verwijzen ons naar God, naar Jezus,
het fundament van ons leven.
Net als Jezus tegen Bartimeüs,
zeggen ze ons, met of zonder woorden,
‘ Je vertrouwen is je redding’.
Er is toekomst voor jou;
er zijn mensen voor jou;
en God zal er zijn voor jou,
daar mag je blind op vertrouwen.

Wim Holterman osfs

Allerzielen 2024

ALLERZIELEN
Klaagliederen 3, 17 – 26; Johannes 14, 1-6 

ALLERZIELEN

Een dag waarop we onze doden gedenken.
We noemen hun namen
en elke naam vormt een verhaal.
Een verhaal van werken en zorgen,
van geleefde liefde en goedheid.
We kunnen hen niet vergeten,
omdat ze ons zo lief en dierbaar zijn.
Ze zijn een stuk van ons eigen leven
Zonder hen zouden wij anders zijn.
Hun leven, hun liefde, hun zorg:
wij zijn erdoor gegroeid,
we zijn er meer mens door geworden.
Al wat zij voor ons zijn geweest
is ons onvervreemdbaar eigen geworden.
We hebben hun leven los moeten laten,
maar niet wat zij voor ons hebben betekend.
Hun bestaan is met het onze vervlochten
tot een oneindige verbondenheid.
Dankbaar en met liefdevol respect
blijven onze gedachten naar hen uitgaan.
Hun leven verdient onze navolging.
De liefde die zij hebben uitgestraald,
de warmte die zij hebben verspreid:
ze blijven nagloeien in ons eigen leven.
Meer nog: zij zijn opgenomen
in de warmte en het licht van God,
voorgoed.

Wim Holterman osfs