Archief voor categorie: Salesiaans Contact Archief

Salesiaans Contact april 2025

‘Een nieuwe lente, een nieuw geluid’. Deze dichtregel van Herman Gorter past goed bij dit nieuwe nummer van ons Salesiaans Contact. We nemen u mee naar het bezoek van mensen uit Friersdale aan ons land. Dit om de onderlinge band te versterken. We blikken vooruit op het 150-jarig jubileum van de Oblaten van Franciscus van Sales en we kijken dankbaar terug op het lange leven van onze medebroeder Willem Spann: dat er nu voor hem een nieuwe en eeuwige lente mag aanbreken.

Wim Holterman osfs

Uit de pen van ………..

In het januarinummer van het Salesiaans Contact ben ik geëindigd met de mededeling dat ik de bedden ging opmaken voor onze Zuid Afrikaanse gasten.

Gelukkig kwamen ze geheel volgens plan op dinsdag 21 januari op Schiphol aan, bepakt met grote koffers. Na alles in de beschikbare auto’s gepropt te hebben kon er koers naar Eemnes gezet worden. Iedereen werd op het logeeradres afgezet en daar even de tijd gegeven om zich op te frissen en daarna meteen richting de Schoter te gaan, waar een boerenkoolavond op het programma stond. Die wordt jaarlijks gehouden voor alle vrijwilligers van de Stichting Friersdale en kon nu mooi gecombineerd worden met het welkom van de gasten.
De volgende dag werd ik ’s morgens door onze lieve zussen enthousiast op z’n Afrikaans toegezongen ter gelegenheid van mijn verjaardag; dit gebeurde twee keer want het moest natuurlijk wel gefilmd worden. Na het ontbijt kregen de gasten een rondleiding door Eemnes, een lunch in het Huis van Eemnes, brachten een kort bezoek aan Wijnand van Wegen in Huizen en het geboortehuis van Wijnand in Eemnes en de basiliek in Laren. Gelukkig waren ze ’s avonds vrij en konden ze even bijkomen van alle indrukken.
Op donderdag ben ik met onze schoonzoon Norman, die stadsgids is in o.a. Amsterdam met de gasten per trein naar onze hoofdstad gereisd. Het hoogtepunt van de dag lag meteen aan het begin van het bezoek: een rondvaart, voor de meesten was het de eerste keer dat ze op een boot zaten. We hebben een leuke rondleiding gehad en veel gezien, gezellig met elkaar geluncht en natuurlijk veel souvenirwinkeltjes bezocht. De afsluiting met de duiven op de Dam was natuurlijk ook geweldig. 
Op vrijdag werd de Mariaschool bezocht; en ’s middags was er een bezoek aan Utrecht met een rondleiding door Rick van Hees. De zussen bij ons waren erg onder de indruk van alles en gingen vroeg naar bed.
Zaterdagmorgen werd er even in de kerk geoefend voor de viering van zondag. En ’s middags bezochten we het kasteel Haarzuilens. ’s Avonds kwamen alle gasten met de gastgezinnen bij ons op de koffie en borrel. Dat was erg gezellig.

De zondag begon met een mooie viering waarin de gasten allemaal een deel voor hun rekening namen; er werd gezongen, gedanst en muziek gemaakt. Ook de djembé groep en het koor Nicoza waren erbij om de viering nog feestelijker te maken. Bij de koffie was er alle ruimte voor de parochianen en andere belangstellenden om met de gasten te praten.

Na de lunch hebben het Eemnesser en Afrikaanse bestuur een goede vergadering gehad en duidelijk afspraken kunnen maken hoe we in de toekomst samen verder gaan.
Aan het eind van de middag kwamen de gastouders met verschillende gerechten naar de Schoter en hebben we heerlijk met elkaar gegeten. Tot slot werden de gastgezinnen allemaal bedankt voor de gastvrijheid en de vriendschap die ontstaan is. De thema’s: “Ons groei namekaar” en “Samen naar de toekomst” zijn helemaal goed gekomen.

       

Op maandagochtend is er nog een basisschool bezocht en daarna was het tijd om de koffers weer in te pakken en na een kleine maaltijd gingen we om 17.30 uur richting Schiphol.

We kunnen terugkijken op een zeer geslaagde logeerpartij, de banden zijn aangehaald en nieuwe banden zijn gesmeed. Vol vertrouwen kijken we naar de toekomst.

Voor meer informatie kunt u ook nog kijken op de website: www.friersdale-eemnes.nl

Loes Wiggerts

150 jaar Oblaten van Franciscus van Sales

Dit jaar bestaat onze congregatie 150 jaar. Een jubileum dat we niet zo maar voorbij laten gaan. Een feestcommissie is al bezig om de slingers op te hangen om er op 8 mei een feestelijke dag van te maken.

Wij, Oblaten van de H. Franciscus van Sales, zijn in 1875 in Troyes – toen de hoofdstad van de Champagnestreek- gesticht. Dat is ruim 250 jaar na het overlijden van Franciscus van Sales, die leefde van 1567 – 1622.
Franciscus van Sales had in 1610 samen met Jeanne de Chantal de zusters van de Visitatie in Annecy gesticht. Hij wilde ook een congregatie voor mannen stichten maar daar is hij niet meer aan toe gekomen. De Visitatiezuster Jacqueline Favre stond aan de bakermat van een nieuw visitatieklooster in Troyes (1631).

In dat klooster werd zuster Marie de Sales Chappuis (de Goede Moeder) rond 1826 benoemd tot overste. In haar noviciaatsjaar(1815-1816) ervoer ze tijdens haar gebed buitengewone inzichten in haar relatie met God en de plannen die Hij voor haar in petto had. Ze verdiepte zich in de geschriften van Franciscus van Sales en riep later uit dat ze alles wat ze nodig had en wilde in zijn geschriften vond. In 1843 werd de pas gewijde priester Louis Brisson door de bisschop van Troyes benoemd tot biechtvader en leidsman. Daarnaast gaf hij les in natuurkunde, scheikunde en sterrenkunde aan de leerlingen van het internaat bij de zusters. Abbé Louis Brisson was een wonderlijke man. Jaren heeft het geduurd, voordat hij toegaf aan het dringende verzoek van Marie de Sales Chappuis, de ‘Goede Moeder’ : “U moet een mannencongregatie stichten in de geest van Frans van Sales. God wil het!” De meest vreemde en in onze ‘moder¬ne’ ogen onwaarschijnlijke gebeurtenis¬sen haalden hem tenslotte over de streep. Er was zelfs sprake van een ver¬schijning van Christus zelf; de zusters wijzen je nu nog heel eerbiedig de met een bronzen plaatje aangeduide plek waar Hij gestaan moet hebben. In 2002 heb ikzelf op die plek mogen staan. Hoe dan ook: de mannencongregatie kwám er.

Louis Brisson legde met een handvol andere priesters de eerste kloosterge¬loften af in handen van de bisschop van Troyes. De meesten waren, net als hij zelf, al wat oudere ‘wereldhe¬ren’ die in het onderwijs werkten. Dat gebeurde in 1876, toen Pater Louis Brisson bijna zestig was. Als stichtingsdatum voor de Oblaten is gekozen 21 decem¬ber 1875, de dag waarop door ‘Rome’ de voorlopige goedkeuring gegeven werd. Zo aarzelend als Abbé Brisson aan het werk begon dat de Goede Moeder hem in naam van God oplegde (zij zelf stierf op 7 oktober 1875), zo ijverig heeft hij nog 33 jaar met grote energie aan de innerlijke en uiterlijke groei ervan gewerkt. Pas vijf jaar voor¬dat hij stierf verliet hij Troyes om te gaan wonen in een kleine woning in zijn geboortedorpje Plancy. De omstan-digheden dwongen hem daartoe. Want Frankrijk had weer een van haar anti¬kerkelijke kuren gekregen. Als jonge en nog nauwelijks opgemerkte stichting werden de Oblaten niet direct in hun voortbestaan bedreigd, maar toch waren ook voor hen voorzichtigheid en verstandig vooruitzien geboden. Ook had Brisson al snel een conflict met de bisschop van Troyes, want de congregatie was van het diocesane recht (viel onder verantwoordelijkheid van de lokale bisschop). Brisson zocht daarom contact met de Congregatie van de Propaganda Fide in Rome. Deze gaat over de missiegebieden. Brisson vroeg om aan de Oblaten een missegebied toe te wijzen. Het werd Zuid-Afrika. Vanaf dat moment viel de jonge congregatie rechtstreeks onder ‘Rome’ en was niet afhankelijk van de willekeur van bisschoppen; problemen met de bisschop van Troyes hadden de stichter genoeg leergeld doen betalen.

De Oblaten werken en leven nu in Frankrijk, Duitsland, Oostenrijk, Italië, Amerika, Brazilië, Ecuador, Haïti, India, Benin en sinds 1927 in Nederland.

In oktober gaan we dit 150-jarig jubileum vieren in Troyes. Ook staat elk land dit jaar op feestelijke wijze stil bij dit dubbeljubileum: n.l. de 150e sterfdag van de Goede Moeder en 150 jaar Oblaten.

Ik wens u allen voor nu een prachtige lente toe, een goede voorbereiding op het feest van Pasen!

Kees Jongeneelen osfs

 

IN MEMORIAM WILLEM SPANN

Lieve mensen, wellicht hebben jullie langs een of andere weg vernomen dat onze pater Willem Spann in januari een lelijke val heeft gemaakt. We hebben toen niet meteen het vermoeden gehad, dat dit een prelude was op het gaan naar zijn sterven. Enkele weken geleden is hij opnieuw gevallen en heeft hij bij nader inzien zijn heup gebroken. De artsen hebben getwijfeld of een operatie hem nog zou kunnen redden. Willem zelf was echter zo vol levenswil, dat hij uiteindelijk toch is geopereerd ondanks zijn hoge leeftijd en zijn zwakke hart. Maar helaas bleek na korte tijd dat zijn levenseinde niet ver meer kon zijn. Op de morgen van 8 april iets na negen uur is hij uiteindelijk heel rustig ingeslapen. Enerzijds kunnen we vrede hebben met zijn dood. We mogen dankbaar zijn voor zijn lange leven van bijna 92 jaar. Hij heeft bijna tot het einde toe zich kunnen en mogen inzetten voor onze congregatie. Ook al maakte hij geen deel uit van een Salesiaanse Kring, hij voelde zich er heel nauw mee verbonden. Tot op zijn zeer hoge leeftijd heeft hij gezorgd voor allerlei vertaalwerk. Hij had nog nieuwe plannen zelfs. Anderzijds voelen we heel intens de kwetsbaarheid van ons kleine en ouder wordende Oblatengroepje. Iemand, met wie je je zolang verbonden voelde door een hartelijke broederschap, moeten afgeven aan de dood slaat opnieuw een pijnlijke wonde op weg naar onze uiteindelijke voltooiing. Het enige dat ons overblijft is het vertrouwen, dat er over de grens van de dood heen een God is, die een ‘arm om Willems schouder’ slaat en hem thuis haalt, voorgoed.
Op dinsdag 15 april hebben we afscheid genomen van Willem in de kapel van het Woonzorgcentrum Joannes Zwijsen in Tilburg. Daarna hebben we hem te rusten gelegd bij zijn en onze medebroeders op het kerkhof van Broekhoven. We geven hem onze dankbaarheid om zijn leven mee. Zijn leven is voor ons en voor velen een uniek ‘Godsgeschenk’ geweest. We gunnen en bidden voor hem om rust, vrede, eeuwige liefde.

Wim Holterman osfs

 

 

Salesiaans Contact maart 2025

Nog maar een maand en we vieren weer Pasen. In deze verwarrende en onrustige tijden hopelijk een baken van hoop. In de woestijn van ons leven en dat van onze wereld mogen we op weg gaan: veertig dagen, veertig jaren, ons mensenleven lang. Dit nummer van Salesiaans Contact wil daarbij zijn als een bescheiden oase, een rustpunt om daarna weer verder te gaan. We wensen ons allen een goede tocht.

Wim Holterman osfs

APPELBLOESEM

De klus is geklaard. Onze appelbomen staan er weer keurig gesnoeid bij, waardoor ze hopelijk komende zomer volop vrucht mogen voort brengen. De takken die er nog aan zitten dragen in elk geval zichtbaar al de  tekenen daarvan. De afgeknipte exemplaren worden altijd afgevoerd, daar eerdere pogingen van mij om ze in een vaas tot bloei te krijgen tot mislukken gedoemd waren. Dit keer echter heeft mijn dochter er een aantal in de kamer gezet en tot mijn grote verbazing begonnen de knoppen wel degelijk te zwellen en zijn ze intussen tot volle bloei gekomen. Vol verwondering sta ik dan ook, terwijl de vorst op deze late februari dag toch nog even regeert, stil bij deze hoopvolle tekenen van weer een nieuwe lente. Wat ik zie zijn prachtige, kleine witte bloempjes, bestaande uit vijf blaadjes, die een zweem van roze in zich dragen. In het midden hebben zich minuscule gele meeldraden en een stampertje gevormd. En ze ogen zo kwetsbaar, zo teer, zo fijn. Eén nachtvorstje en ze zijn verloren. Eén voorjaarsstorm, ze vallen af, één hagelbui en ze worden verpletterd.

Appelbloesem in de winter! Ooit, zo’n twintig jaar geleden alweer, zongen we met Kerstmis over een vrede, die bloeide als appelbloesem in de winter. Een prachtig lied, al kon ik die appelbloesem niet zo goed plaatsen in de winter, dat hoorde toch eigenlijk bij de lente. Ik heb daar destijds heel wat gedachten aan gewijd. Maar nu zie ik het met eigen ogen! Het

kan wel degelijk! Nu echter is het die vrede, waar ik mijn vraagtekens bij zet. Want als we zingen over vrede, die net zo kwetsbaar, net zo teer, net zo fijn is als appelbloesem, kan zo’n vrede dan nog wel ooit tot bloei komen in een wereld, waarin een paar meedogenloze mensen, die het voor het zeggen hebben, zo oneindig veel leed  en verwoesting veroorzaken? Blind voor alle schade die zij veroorzaken verbrijzelen ze met  ongekend geweld alle gevoel van veiligheid, geborgenheid, vertrouwen en zelfs hoop. Als ik de beelden op de televisie zie of de verhalen lees in de krant dan wordt het mij koud om het hart. Al die huizen verwoest. Mensen wanhopig op zoek naar een veilige plek, van noord naar zuid en weer terug. Mensen die, even vol hoop, eindelijk huiswaarts durven te keren, maar, eenmaal aangekomen, slechts puinhopen aantreffen. Mensen, wanhopig op zoek naar een ziekenhuis, waar zij of hun kinderen  behandeld kunnen worden. Gebrek aan voedsel, aan water, ja, aan alles!  Is deze waanzin, die alleen maar erger lijkt te worden, dan door niemand te stoppen? Overal groeiende gevoelens van haat, wantrouwen, uitsluiting. Aanslagen, moord, drugs gerelateerde criminaliteit. Als ik wandel of fiets in onze prachtige, gelukkig nog rustige omgeving, vraag ik mij onwillekeurig af: hoe lang nog? Wat staat ons, onze kinderen en onze kleinkinderen te wachten?

En toch, tegelijkertijd klinkt ook die stem in mij die zegt: “Laat je  niet zo verontrusten! Accepteer nu eindelijk eens dat jij hier niets aan kunt veranderen! Het enige wat jij kunt doen is je in te zetten voor vrede in je eigen omgeving. Wees alert, bied hulp waar nodig en blijf oog houden voor al het goede in de samenleving, dat er gelukkig toch ook nog altijd is. En vooral: houd bij dat alles altijd je kompas op God gericht!  Hij heeft je al door zoveel moeilijkheden heen geholpen. Ook nu is Hij bij je, zal je ondersteunen op de weg die voor je ligt. Een weg, die je niet alleen hoeft te gaan, maar die je gaat met al diegenen, die Hij op jouw pad heeft gezet. Met elkaar ook deze weg afleggen, zodat jullie elkaar ook nu tot steun kunnen zijn. God is immers Liefde en Liefde is het enige wapen dat in staat is vrede werkelijk tot bloei te brengen! Ook al is die vrede nog zo kwetsbaar, nog zo teer, nog zo fijn.”

Het is, alsof ik Franciscus van Sales hoor praten. Ook Hij leefde in een wereld waarin vrede veelal ver te zoeken was. Maar verankerd als Hij was in de liefde van God, bleef Hij altijd optimistisch. Vorig jaar kreeg ik van een vriendin een spreukenkalender. En daarop las ik vanochtend:

“Een negatieve geest zal je nooit een gelukkig leven bezorgen. Verbeter je manier van denken en je leven zal stap voor stap veel mooier en waardevoller worden.”

Woorden, die Frans ook gebruikt zou kunnen hebben. Woorden ook, die ik meeneem in deze veertig dagen, waarin we op weg zijn naar Pasen. Dat feest, dat ons er telkens weer aan herinnert dat God ook ons, dwars door lijden en dood heen, opvangt en nieuw leven schenkt. Nieuw leven, voor onze gehele wereld…………….

Straks in mei zullen hopelijk alle appelbomen weer volop in bloei staan.

Wat zou het werkelijk een feest zijn, als dan ook de vrede, het leven, de liefde en de hoop tot volle bloei zouden komen………wereldwijd!

Wil Vos-Post

 

Vol hoop op weg naar Pasen

Met Aswoensdag zijn we begonnen aan de 40dagentijd. Met het boeteteken van de as op het hoofd beginnen wij in geloof en hoop de jaarlijkse pelgrimstocht van 40 dagen op weg naar Pasen. We voelen ons verbonden met het joodse volk, dat 40 jaar lang door de dood van de woestijn trok op weg naar dat veel belovende land.

We voelen ons verbonden met Jezus, die zich 40 dagen terug trok in de woestijn om  zich bewust te worden van zijn opdracht: te leven naar het hart van God.

Het is opnieuw beginnen, achterlaten van wat geweest is en ruimte maken voor het nieuwe.

Het woord “woestijn” roept bij mij op dat je alle houvast kwijt bent, dat je geen uitweg meer ziet, dat je moederziel alleen bent met jezelf, dat de zin van je leven weg is. Kortom een situatie zonder uitzicht. Je kunt de woestijn meemaken bij een ernstige ziekte, of van alle  ellende die elke dag weer op je bord komt via de media, als mensen je laten vallen of als je geestelijk in de knoop zit.

In de Bijbel komt het beeld van de woestijn vaak voor. Maar daar is de woestijn niet alleen kommer en kwel. Hoe moeilijk de tocht door de woestijn ook is, het kan je ook goed doen. De woestijn kan je leven uitzuiveren en je duidelijk maken waar je werkelijk voor leven wilt. “Het was moeilijk maar ik had het niet willen missen” hoor ik  mensen zeggen als er na de woestijn weer wat rust in het leven is gekomen.

Het motto van het Jubeljaar (uitgeroepen voor dit jaar door onze Paus Franciscus)“Pelgrims van de hoop” doet mij denken aan de lange reis van het volk Israël naar het beloofde land, zoals die verteld wordt in het boek Exodus: de moeilijke tocht door de woestijn uit de slavernij van Egypte naar de vrijheid, gewild en geleid door de Heer, die zijn volk liefheeft en het altijd trouw is.

En als wij denken aan het verhaal van de uittocht in de Bijbel komen ook ons de beelden voor ogen van zoveel  mensen die vandaag vluchten uit situaties van ellende en geweld en op zoek gaan naar een beter leven voor zichzelf en hun geliefden. Er wordt immers nu een appèl op ons gedaan om vluchtelingen, ontheemden bij te staan, hen op te vangen en aan een veilige woonplek te helpen. Hoe kunnen wij hen dan het beste helpen? Ze hebben alles achter moeten laten, zijn uit de vertrouwde omgeving weggerukt en met verlies van noodzakelijke of kostbare bezittingen, maar is het pijnlijkste van alles lijkt me, dat dierbaren noodgedwongen achterbleven met de onzekerheid hen ooit nog te kunnen ontmoeten. Verscheurde gezinnen, veel getraumatiseerde mensen. Hoe kunnen we zorgen dat ze zich hier veilig kunnen voelen.

Een ander beeld: toen het Joodse volk net Egypte had verlaten kreeg de Farao spijt dat hij ze had laten gaan, liet 6oo strijdwagens aanspannen,  nam zijn manschappen met zich mee en achtervolgde de Joden.

Ook nu aan alle kanten oorlog en machtsstrijd, het Midden Oosten, Afrika, Rusland en Oekraïne. Wat te denken van het machtsspel dat Amerika speelt. Het lijkt de wereld op zijn kop.

De Joden hebben na 40 jaar, met vallen en opstaan, met twijfel en angst, opstandig en ongelovig het beloofde land bereikt. Mozes was voor zijn volk als een herder soms vol twijfel en zich geen raad wetend met dat opstandige volk.

Moge die tocht van het Joodse volk voor ons een bron van hoop en houvast zijn. Dat we met elkaar ons leed en onze pijn kunnen delen en dat we de dood als een doortocht naar het Leven kunnen beleven. Dat we elkaar veel te bieden mogen hebben als de woestijn van het leven over ons komt. Ben ik werkelijk op weg of veeleer verlamd, statisch door angst en een gebrek aan hoop, of maak ik het mij gemakkelijk in mijn comfortzone? Zoek ik naar wegen voor de bevrijding uit soms hopeloze situaties?

Samen op weg gaan, synodaal zijn, dat is de roeping van de Kerk. Christenen zijn geroepen om samen een weg af te leggen, nooit als eenzame reizigers.

Wij gaan in dezelfde richting, naar hetzelfde doel en luisteren daarbij naar elkaar met liefde en geduld. In deze Veertigdagentijd vraagt God van ons of wij in ons leven, in onze gezinnen, op de plaatsen waar wij werken, in de parochie- of religieuze gemeenschappen in staat zijn met de anderen op te trekken, te luisteren, de verleiding te overwinnen om ons in ons eigenbelang te verschansen en alleen maar te letten op onze eigen behoeften.

Franciscus van Sales zei het zo:

“Wie midden in de wereld leeft en dáár de godsvrucht nastreeft, moet zich aansluiten bij anderen met hetzelfde doel; een heilige vriendschap kan hen wederzijds moed geven, zij kunnen elkaar helpen en voorthelpen naar het goede einddoel in deze vriendschap. Wie alleen gemakkelijke paden bewandelt hoeft niemand een hand te geven om steun te zoeken, maar wie steile, gladde, moeilijk begaanbare paden wil gaan moet steun zoeken bij zijn tochtgenoten omdat dit eenvoudigweg veiliger is.”

Zo kunnen we samen de hoop op het veelbelovende land levend houden en op Pasen met de opgestane Heer opstaan tot Nieuw Leven.

 

Hoe vinden wij een weg?
Zoals licht en donker samen horen
zo moeten wij soms gaan
van goed en veilig land
door vlakten waar geen leven
en geen uitzicht is.
Hoe vinden wij een weg
als niet een woord van U
of beeld
ons als een antwoord tegemoet zou komen?
Een mens alleen in de woestijn
is toch ten dode opgeschreven.
Zend Gij ons, God, dan
iets of iemand tegemoet,
zodat wij diep vertrouwen
durven vinden in wat komt.
Laat uw belofte van nabijheid
worden als een wandelstok
die ons onachterhaalbaar leidt
naar een herbergzaam oord
van liefde en van mededogen.

                                                                                                                                        (Kris Gelaude)                                                                          

Kees Jongeneelen osfs

 

 

Salesiaans Contact februari 2025

De dagen zijn grauw en grijs. Ons verlangen naar een zonnig voorjaar groeit. Ook onze wereld hult zich in donkere contouren. Alsof er niets anders bestaat dan grauw populisme, wreed nationalisme en hoogdravende retorische politiek. Dit Salesiaans Contact wil opnieuw zijn als een optimistisch zonnetje. We hopen dat het wat licht en warmte mag verspreiden. Veel leesplezier!

Wim Holterman osfs

EEN ANDERE INAUGURATIE

Ik zit op 20 januari wel wat gespannen voor de tv. Ik wil de inauguratie van president Trump niet missen. Het is immers toch een historisch moment. Gaandeweg de uitzending krommen mijn tenen zich steeds meer. Alsof ik zit te kijken naar een slecht toneelstuk. De hoed van Trumps vrouw Melania lijkt veel te groot. De rijksten van onze aarde zitten op de eerste rij. Oud-president Biden als een kleine jongen op het strafbankje. En dan die eerste regeringsverklaring met van die hautaine oneliners: ‘De gouden eeuw van Amerika is begonnen’. ‘Amerika wordt rijk dankzij het vloeibare goud onder onze voeten’. ‘De Amerikaanse vlag op Mars’. En ook nog: ‘Deportatie  van miljoenen criminelen’. En tot slot als absoluut dieptepunt de verklaring, dat hij (Trump) gered is door God om de grootste president ooit van Amerika te worden. Onwillekeurig moet ik denken aan onze dichter Willem Kloos, die zich ook een God waande ‘in het diepst van zijn gedachten’. Hoogmoed als waanzin ten top.

Op de zondag na deze vertoning lezen we in de liturgie over het eerste optreden van Jezus in de synagoge. Hoe anders dan in Washington! Hij blaast niet hoog van de toren, maar – diep geworteld in de geschiedenis van zijn volk – gebruikt hij aloude woorden van de profeet Jesaja. Ja, Hij voelt zich door God gezonden. Maar bij Hem geen rijken op de eerste rij. Zijn doelgroep zijn die mensen, die meestal aan het kortste eindje trekken, die worden achtergesteld. Hij voelt zich ten diepste geroepen om zijn aandacht te laten uitgaan naar de meest kwetsbaren, de armen die nauwelijks iets te makken hebben. Zijn hart zal uitgaan naar blinden, naar mensen die nauwelijks perspectief hebben in hun leven. Voor Hem geen hooghartig machtsvertoon. Liefde is zijn enige wapen. Hij wil zijn ultieme droom waarmaken: rechtvaardigheid en een menswaardig leven voor iedereen. Zijn toehoorders luisterden ook gespannen toe, maar wel met een spanning van een andere orde dan op 20 januari.

Jezus beëindigt zijn inaugurale rede met de aankondiging van een ‘jubeljaar’, een ‘genadejaar van de Heer’. Voor de Joden een belangrijk jaar, dat op de grote Verzoendag wordt ingeluid met plechtig en lang  aangehouden geschal op de ramshoorn (sjofar). In zo’n genadejaar worden schulden vereffend of kwijtgescholden. Slaven worden vrijgelaten. Zelfs de grond blijft een jaar braak liggen, want ook onze aarde mag niet worden uitgebuit. Kortom een jaar om met een schone lei te beginnen. Ook al is de werkelijkheid vaak wel wat weerbarstig, Jezus zet hier de toon voor zijn verdere leven. Zó anders als 20 januari jongstleden! Bevrijding in plaats van deportatie.

Op de avond vóór Kerstmis 2024 heeft Paus Franciscus voor onze kerk ook een jubeljaar afgekondigd. Daartoe opende hij de ‘heilige deur’ van de Sint Pieter in Rome. Hij daagt ons uit om ‘pelgrims van hoop’ te worden. We hoeven daarvoor niet persé naar Rome te reizen. Ook hier kunnen we ‘pelgrims van hoop’ zijn, mensen die met open ogen en open handen naar de toekomst durven kijken en die daar handen en voeten aan willen geven. Elke deur die we openen voor een ander is een ‘heilige deur’. Hoe anders dan op 20 januari, als we een ‘open deur’ proberen te zijn voor mensen, die nauwelijks worden gehoord of gezien. Zoals Jezus bereikbaar is voor kleine mensen, zo mogen wij dat ook zijn.

Als levensmotto heeft Frans van Sales ‘vivre Jésus’, d.w.z. leven zoals Jezus, Zijn levensopdracht overnemen. Dat doet Hij als hij rondtrekt als missionaris in de Chablais. Voor hem geen machtsvertoon, geen grote lege woorden. Hij laat telkens zien, dat hij een ‘heilig hart’ heeft voor de mensen op zijn weg. In zijn boek ‘François de Sales’ vertelt pater Dirk Koster daar over, als hij o.a. schrijft over de tijd dat onze heilige de pas overleden bisschop Granier opvolgt in Annecy. ‘Als bisschopstaf koos hij een ranke staf, met in de krul een herder die een schaap op zijn schouders draagt. (…) Hij koos ervoor ruim aandacht te geven aan gebed, armoede en vasten. Hij wilde goedgeefs zijn en beschikbaar. Hij wilde regelmatig biechten en dagelijks de mis vieren.(…) Voor de wijding strekte François zich languit op de grond. Toen hij opstond zagen allen zijn gezicht glanzen als in geestverrukking. Hij voelde dat God de wijding in hem bezegelde en dat Maria hem in bescherming nam. Hij bleef lang onder de indruk van deze innerlijke gloed’ (blz. 91 – 92). Zijn  bisschopswijding is een nieuwe stap op de weg van de navolging van Jezus. Op 25 januari hebben we als Salesiaanse Familie zijn leven feestelijk herdacht in de hoop en de verwachting dat die herdenking ons blijft aanzetten om – geïnspireerd en gesterkt door zijn voorbeeld – in zijn voetstappen verder te gaan. Moge hij voor ons een ‘doctor amoris’, een leermeester in de liefde, blijven. Wellicht als een goed tegenwicht van het gebeuren op 20 januari!

Wim Holterman osfs

VERSLAG VAN HET FEEST VAN FRANCISCUS VAN SALES

Op 25 januari vierden de oblaten samen met de Salesiaanse familie de feestdag van Franciscus van Sales in Eemnes.
Na de koffie en het welkom vierden we de Eucharistie. We lazen de tekst uit de Philothea waarin Franciscus ons aanmoedigt om midden in de wisselvalligheid van het leven, steeds de gelijkmoedigheid in ons hart te bewaren. Al gaat de hele wereld rondom je op zijn kop staan, blijf zelf een punt van onveranderlijke rust. Zoals een schip op zee ongeacht de koers de naald van zijn kompas standvastig op de poolster richt, zo houden wij ons hart als een kompasnaald gericht op God.

Het was mooi om hier bij stil te staan. Wat er ook gebeurt, niets of niemand kan de liefde van God van je wegnemen. Daar kun je je altijd op richten en op terugvallen. In zijn overweging liet Kees ons ontdekken dat deze tekst van Franciscus heel goed past bij het logo van het Jubeljaar.

De vier figuren die de mensheid vertegenwoordigen houden zich vast aan elkaar en aan het kruis terwijl onder hen de golven woelen.       Paus Franciscus moedigt ons, net als Franciscus van Sales, aan om ons hart te richten op God, ons te oriënteren op hem en ons voortdurend bewust te zijn van Hem. Zo vullen wij onszelf met hoop. We hebben in de huidige tijd veel moed en hoop nodig om alles wat er gebeurt in de wereld het hoofd te bieden. Laten we ons niet uit het veld slaan maar zoals de paus vraagt, pelgrims van hoop zijn. Ons als mensen van hoop aan elkaar vast  houden en zo deze hoop aan anderen laten zien.

Na de viering werden we op de hoogte gesteld van al het wel en wee van leden van de Salesiaanse familie. En Marus deelde met ons  dat hij op de feestdag van FvS in het verpleeghuis waar hij de viering bijwoonde, heel onverwacht de gelegenheid kreeg om te vertellen over de Salesiaanse familie en de Salesiaanse spiritualiteit. Vervolgens begon de priester zelf te vertellen over zijn herinneringen aan die andere Salesianen: De Salesianen van Don Bosco. Wat een mooi toepasselijk verhaal op deze dag want na het overheerlijke traditionele stampotbuffet mochten we luisteren naar  Wilfried Wambeke (Salesiaan van Don Bosco) die ons vertelde over het leven en werk van Don Bosco.

Don Bosco (DB) leefde weliswaar zo’n 200 jaar later als Franciscus van Sales (FvS) maar bij alles wat hij deed was FvS zijn grote inspirator. Al tijdens zijn studietijd in Chieri en Turijn ontdekt DB deze  heilige, die al in 1622 vastenpreken hield in Chieri. De  spiritualiteit van FvS fascineerde hem. Met name de idee dat de liefde tot God onlosmakelijk verbonden is met de liefde tot de mens. En dat het er om gaat om de gewone dingen van elke dag op een buitengewone manier te doen, met zachtmoedigheid en geduld.

Bij zijn priesterwijding in 1841 is een van de goede voornemens die hij uitspreekt als volgt: ‘ De liefde en de zachtmoedigheid van de H. Franciscus van Sales zullen mij in alles leiden. ‘

Wanneer hij als jong priester in de industriestad Turijn getroffen wordt door de schrijnende armoede en de uitzichtloze toekomst voor veel jonge mensen, benadert hij hen dan ook niet met de in voor die tijd gebruikelijke repressieve methodes. Hij bezoekt jongens die het uitschot van de maatschappij geworden zijn in de gevangenis. Door zijn barmhartige blik en het intensieve contact met hen beseft DB dat de meeste jongens  veel meer ongelukkig zijn geworden als gevolg van een gebrek aan opvoeding, dan als gevolg van een slechte inborst.

Hij merkt dat als je hen de waardigheid van de mens laat aanvoelen en laat inzien dat de mens zijn dagelijks brood op een eerlijke wijze moet verdienen en niet met diefstal, als je ze kortom de morele en religieuze waarden laat voelen, de jongens het warm rond hun hart krijgen zonder te weten hoe dat komt. Maar dat dit hen er wel naar doet verlangen om beter te worden en hun gedrag te veranderen.

Hij besloot een oratorio, een opvangplek voor jongeren, te stichten en noemde dit naar FvS.  Deze plek in een Turijnse volkswijk was een plek waar jongeren zich thuis voelden, waar ze catechese kregen, waar ze konden bidden, de mis vieren, waar ze een beroep konden leren en waar ze naar hartenlust konden spelen en ravotten.

Don Bosco ontwikkelde een vernieuwend pedagogisch-pastoraal project dat tot op heden wereldwijd arme en jonge mensen bereikt.

Wilfried vertelde dat in alle oratoria en huizen van Don Bosco het  feest van FvS wordt gevierd. Ook is er elk jaar in de week van 24 januari een conferentie voor alle medewerkers van Don Bosco.

Het was mooi om te horen dat we op deze voor ons traditionele feestdag, dus in goed gezelschap zijn als het gaat om het in herinnering houden van ‘ onze’  Franciscus.

Marian Huiden         

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Salesiaans Contact januari 2025

Lieve mensen, heel graag bieden wij u dit nieuwe Salesiaans Contact aan. Ook in dit nieuwe jaar hopen wij u wat Salesiaanse stof tot bezinning en inspiratie aan te kunnen bieden, een bescheiden maandelijks lichtpuntje op uw levenspad.
Namens de redactie wens ik u van harte een goed, gezond en zalig Nieuwjaar.
Wim Holterman osfs

EEN GOED NIEUWJAAR

Een jaar is voorbijgegleden,
deels rimpelloos,
deels stormachtig.
Een jaar van gezondheid,
van geluk hebben,
maar soms ook van pijn
om het eigen ik
of om de verre ander.
Een jaar van haat, oorlog,
van mensen die mensen dood¬den
om eigen gewin en macht.
Op de fundamenten, puinhopen
van het afgelopen jaar bouwen we voort.
Een nieuw jaar, nieuwe kansen
om onze idealen te realiseren;
om te zeggen en te doen
dat het anders kan,
dat het anders moet:
een wereld van vrede,
een wereld van vrede-mensen.
Daarom voor het nieuwe jaar:
alle goeds, gezondheid,
kracht en inspiratie,
doorzettingsvermogen en geduld,
menswording, heil en zegen.

Wim Holterman osfs

SCHATTEN VAN MENSEN
Astrid van Engeland – lid van onze Salesiaanse Kring Schijndel – heeft een aantal verhalen van haar pastorale ontmoetingen in de parochie van het H. Kruis in Raalte gebundeld. In het ‘Voorwoord’ van dit boekje schrijft ze: “Ik hoop dat anderen er inspiratie aan opdoen en er kracht uit putten. Ik hoop dat deze verhalen ook het hart van anderen verwarmen en hen laten voelen dat ieder mens uniek is en een kostbare schat in zich draagt. Ga op weg, ontmoet de a(A)nder en ontdek jouw schat!”
Wij mogen van haar met een zekere regelmaat uit deze ‘Schatten’ putten en die met u delen. Wij zijn haar daarvoor veel dank verschuldigd en we spreken de hoop uit, dat haar ontmoetingen ook ‘ons hart mogen verwarmen’. Als redactie van Salesiaans Contact hebben we haar verhaal verluchtigd met een foto.

GELOVEN
Ik loop door het winkelcentrum van Raalte om even boodschappen te doen. Onderweg word ik enthousiast begroet door een onbekende man. Hij loopt op twee krukken. Ik groet terug, maar loop meteen door, want het is al bijna sluitingstijd.

Na de boodschappen gedaan te hebben loop ik terug naar de auto. Weer kom ik dezelfde man tegen. En weer begroet hij mij enthousiast. Hij zal mij wel kennen van de parochie, zo denk ik. Na even twijfelen besluit ik het hem te vragen. ‘Of ik u van de parochie ken? Nee hoor, ik kom hier niet vandaan en heb helemaal niets met de parochie, ik heb geen geloof, daar ben ik niet mee opgegroeid.’ We raken met elkaar dieper in gesprek. Onder andere vertelt de man mij dat hij wel eens jaloers is op mensen die geloven. ‘Mensen die geloven, putten daar blijkbaar kracht uit en hebben altijd Iets of Iemand om op terug te vallen’, zegt hij, ‘maar jammer genoeg heb ik dat niet meegekregen en ook nooit geleerd.’
Toen ik daar later over nadacht, besefte ik dat het maar al te waar is. Geloven is niet vanzelfsprekend. Het is je niet meegegeven met je geboorte. Geloven met hart en ziel kun je pas, als je in je leven een ervaring opdoet, waarin je voelt dat hier meer aan de hand is dan het ‘gewone’. Als je mensen tegenkomt die getuigen van hun geloof en misschien daarmee jou op een ‘gelovig’ spoor zetten. Daarvan hangt het af of je geloof je redding wordt, je kracht, je houvast.
Deze ontmoeting in het winkelcentrum laat mij weer even voelen hoe dankbaar ik mag zijn dat ik in mijn leven heb mogen ervaren en nog steeds mag ervaren dat ons geloof, onze traditie, zo’n kostbare schat is. Een bron van Levend Water, waaraan ik me iedere dag opnieuw mag laven. God, dank U wel, dat U mij er weer even aan hebt herinnerd.

Astrid van Engeland

PATER WIM VAN ROODEN 60 JAAR PRIESTER

Op 20 maart 2025 is het 60 jaar geleden dat Wim van Rooden in de kapel van de Broeders van de La Salle in Stevensbeek door Mgr. W. Bekkkers tot priester is gewijd. Na een jaar aan het Latijns-Amerikaans college in Leuven zich voorbereid te hebben op de missie vertrok hij in 1966 naar Brazilië. Tot 1979 was hij verbonden aan het klein seminarie van de Oblaten in Braga. Daarna werkte hij als pastor in Jabboticaba. Ruim 25 jaar was hij pastoor in de grote parochie van Palmeiras des Missoes.
In 2007 werd hij door onze generale overste gevraagd om in onze Parochie van Monaco te gaan werken. Van het ene uiterste in het andere. Sinds 2012 is Wim weer terug in Nederland en woont in Mariahout in het huis waar Jan van Duijnhoven jaren heeft gewoond.
Wim is nog steeds als pastor actief in de parochie van Mariahout, bij de zusters van Barmhartigheid in Eindhoven en de zusters van het Kostbaar Bloed in Aarle – Rixtel. Hij is nog zeer vitaal en maakt elke dag een heel stevige wandeling.
We wensen hem van harte een mooi feest met vele goede mensen om hem heen.
Wie hem wil feliciteren is hier zijn adres: Wim van Rooden
Bernadettestraat 23
5738 AV Mariahout
e-mail:wmvanrooden@gmail.com

 

UIT DE PEN VAN ……
En zo is er al weer een jaar voorbij. Iedereen zei vroeger altijd dat de tijd zo snel ging, tegenwoordig kan ik me daar helemaal bij aansluiten. Het lijkt inderdaad nog maar kort geleden dat we aan een nieuwe eeuw begonnen en nu zijn we al weer 25 jaar verder.
In het Salesiaans Contact van oktober schreef ik dat er 6 mensen uit het Zuid Afrikaanse Friersdale op bezoek zouden komen, maar dat dat niet doorging omdat de visa niet in orde waren. Er is door de Stichting Friersdale – Eemnes heel hard gewerkt aan het geven van aanvullende informatie voor de visa. Voor 3 van de 6 personen werd het visum verstrekt, voor de laatste 3 wilden we dat natuurlijk ook graag voor elkaar krijgen.
Afgelopen woensdag werd er door de ambassade gebeld naar de voorzitter Henk van Hees, met de vraag waarom er nu al voor de 4e keer een visum aangevraagd wordt. Henk was niet thuis en zijn vrouw Marga werd natuurlijk nogal overvallen door het telefoontje. Ze heeft uitgelegd dat het voor de mensen in Friersdale heel belangrijk is dat ze komen, niet in de eerste plaats omdat ze anders het geld kwijt zijn van de tickets, maar ook voor het aanhalen van de contacten. Op de ambassade zijn ze bang dat zij niet meer terug gaan, maar daar zijn wij helemaal niet bang voor, ze hebben daar hun gezinnen en gaan echt wel weer terug.
Friersdale steunt voor een groot deel op de giften vanuit Eemnes en omgeving; vooral het kinderhuis is afhankelijk van de donaties van ons. Dus als de mensen hier in Eemnes en omgeving uit de monden van de mensen van daar horen hoe goed onze hulp gebruikt wordt is dat misschien een stimulans om vaste donateur te worden.
Er worden hier natuurlijk ook verschillende acties gehouden om geld te genereren, zoals op een zondag begin april een Polderloop, een hardloop wedstrijd over 5, 10 of 15 km of een recreatieve wandeling van 5 km door onze mooie polder; deze wordt mede georganiseerd door de jongeren van de KPJ. Op deze zondag wordt er ook altijd een deurcollecte gehouden in onze kerk. Startgelden, de opbrengst van een dan te houden verloting en een deel van de baromzet gaan naar Friersdale.

En dan natuurlijk op Koningsdag de 2 smulkramen, met wel 11 verschillende versnaperingen, zoals oliebollen, appelflappen, oranje tompoezen, oranje soezen, die altijd als warme broodjes over de toonbank gaan.
En ook 1 x per jaar een viering in onze kerk met een Zuid Afrikaans tintje; het koor Nicoza zingt Afrikaanse liederen, er is een Djembe groep, en een PowerPoint presentatie met de voortgang van de projecten welke speciaal gesteund worden. De opbrengst van die collecte is dan ook voor het lopende project.
Nu hebben we vrijdag 10 januari bericht gekregen dat de visa allemaal verleend zijn !!! De vlag kan dus uit !!!

 

De gasten zullen op dinsdagmiddag 21 januari op Schiphol aankomen en vertrekken  weer op maandagavond 27 januari. Er wordt dus hard gewerkt om de gasten een aantrekkelijk programma voor te schotelen. Een dagje Amsterdam, natuurlijk een rondleiding door Eemnes; bezoek aan een basisschool; en op de dag van aankomst vallen ze met hun neus in de boter, nou ja eigenlijk in de boerenkool. Op deze avond wordt de jaarlijkse boerenkoolavond als bedankje voor alle vrijwilligers van Friersdale gehouden. Meteen een goeie gelegenheid om elkaar te ontmoeten.

 

En dan houden we op zondag 26 januari een viering waaraan de gasten hun medewerking zullen verlenen. Deze viering is ook te volgen via de livestream van www.kerkomroep.nl
Zoals jullie zien is er weer veel te doen in ons kleine Eemnes, ik ga de bedden opmaken en een volgende keer zal ik verslag doen van de logeerpartij.

Groetjes Loes

Salesiaans Contact december 2024

Alstublieft: alweer het laatste Salesiaans Contact van 2024. Wij hopen dat het voor u steeds weer een eenvoudige bron van inspiratie is. Mocht u anderen er ook in willen laten delen: aarzel niet om mailadressen aan ons door te geven.
Rest mij om namens de redactie hele zinvolle en goede kerstdagen toe te wensen en alle goeds voor het nieuwe jaar.

Wim Holterman osfs

WAARHEID

“Het hagelde en het sneeuwde en het was er zo koud”. Deze woorden  poppen spontaan bij mij op, nu ik op een vroege vrijdagochtend in november rondloop in een verassend witte wereld. Zo maar een regel uit dat aloude kerstlied: “’ Maria die zoude naar Bethlehem gaan”. Ik zing het zachtjes voor mij heen en ineens realiseer ik mij, dat dit lied eigenlijk helemaal niet klopt. Het was immers niet Maria die naar Bethlehem moest gaan, maar Jozef! Hij was afkomstig uit de stad van David en moest zich daarom in laten schrijven in Bethlehem. En het was Maria die met hem meeging! Dit verhaal wijkt dus nogal af van het oorspronkelijke, zoals Lucas ons dat vertelt in de Bijbel. Dichterlijke vrijheid of moeten we dit met de kennis van nu beschouwen als “nepnieuws”? Zo zit ik meteen midden in een groot vraagstuk van deze tijd: wat is waarheid?

Via vele kanalen worden wij elke dag weer voorzien van beelden en verhalen die ons iets willen vertellen over hetgeen er gebeurt in onze wereld. Beslist geen vrolijke verhalen. Geweld, verwoesting en oneindig menselijk leed. Daarnaast commentaren van allerlei mensen, elk met een eigen mening, die nogal eens botsen met elkaar. Wat, wie kan je geloven? En het is niet alleen dat “nepniéuws” waarvoor we gewaarschuwd worden. Er is tegenwoordig zoveel “nep”: websites, die niet leveren waarvoor je hebt betaald. Kortingen, die geen kortingen blijken te zijn. Er zijn nepprofielen en nepaccounts. Er lopen nepagenten rond, evenals nepbankmedewerkers, die mensen, veelal ouderen, oplichten. En dan die complottheorieën, die mensen steeds verder uit elkaar drijven. Wat is waarheid?

 Ook Sinterklaas is in de ogen van velen “nep”. Het feit, dat wij onze kinderen meenemen in dit spel zou hen, op het moment dat ze ontdekken dat hij niet “echt” is, volgens sommigen zelfs kunnen beschadigen, omdat wij ouders hen iets voorgelogen zouden hebben. In ons gezin is het heel soepel verlopen. Met veel enthousiasme ben ik vele jaren meegegaan in het verhaal. Wat heb ik ervan genoten! Het uiteindelijk mogen delen in het grote geheim vonden de kinderen en nu de kleinkinderen prachtig en daarbij is de kern van het Sinterklaasgebeuren overeind gebleven: in de voetsporen van de H. Nicolaas in het geheim iemand kunnen verrassen.  En daar is niets “neps” aan. Ook dit jaar hebben wij ons er dan ook weer vol overgave ingestort. Een lichtpuntje in deze zo donkere, dreigende wereld, waar we immers zo’n behoefte aan hebben! Misschien ook daarom, dat  kerstverlichting  en –versiering steeds eerder aangebracht worden, de vele kerstshows in tuincentra zich mogen verheugen in ontelbare bezoekers, en honingzoete kerstfilms dagelijks op tv te zien zijn. Eén grote “nep”-wereld! Leuk voor even, maar als het voorbij is, wordt het leven toch wel extra donker!

Is er dan niets meer “echt” in de decembermaand? Toch wel! Wij mogen uitkijken naar een Licht, dat niet zal doven in het nieuwe jaar. Bij elk kaarsje dat wij aansteken op de adventskrans komt dat Licht dichterbij, om uiteindelijk met Kerstmis voluit te stralen. In de Kerstnacht zal ons bij de kerststal dat verhaal van Lucas weer verteld worden, over de geboorte van Jezus. Bij de kerststal……maar Lucas spreekt in zijn verhaal toch helemaal niet van een stal! Ja, hij vertelt ons, dat Jezus in een voederbak werd neergelegd. En zo’n bak is natuurlijk in een stal te vinden. Kennelijk was dit gegeven voor de bedenker van onze kerststal aanleiding om de geboorte van Jezus in een stal plaats te laten vinden. Fantasierijk plaatste  hij er ook een os in. En daar Maria hoogst waarschijnlijk in haar toestand de reis van Nazareth naar Bethlehem op de rug van een ezel zal hebben afgelegd, kwam er dus ook een ezel bij. Is ook onze kerststal, zoals wij die neerzetten, in feite dan “nep”?

Voor mij niet! Voor mij brengt die stal het hele kerstgebeuren zo dichtbij! Het geboorteverhaal van Jezus is ten diepste waar. Het is een geloofsverhaal, waarin het kennelijk niet belangrijk is, wáár hij precies werd geboren. Wel dát hij geboren werd. In Bethlehem, de “Stad van het brood”. En dat zijn moeder hem vervolgens neerlegde in een voederbak,  waarmee Lucas al vooruit loopt op het feit, dat deze Jezus uiteindelijk zelf tot voedsel zou worden voor ontelbare  mensen. Jezus werd geboren onder erbarmelijke omstandigheden. Dit maakt hem solidair met de allerarmsten, de mensen die in de kantlijn staan, de ontheemden. Maar, volgens het verhaal van Mattheüs, ook met hen die dure geschenken aan kunnen bieden, maar na een ontmoeting met deze Jezus langs een andere weg hun reis vervolgen.

Dat is wat Franciscus van Sales heeft gedaan. In plaats van als edelman de weg te gaan die zijn vader voor hem al had uitgestippeld, koos hij voor de weg van Jezus, een weg van eenvoud, geheel ten dienste van de mensen om hem heen.

Met Kerstmis mogen ook wij, evenals Frans destijds, ons weer laten raken door het Licht van dit kind. Licht, waarin wij hopelijk steeds weer “echt” van “nep” weten te onderscheiden. In dat Licht wens ik u allen een Zalig Kerstfeest en een  Zalig nieuw jaar, vol van echte liefde, echte vriendschap, echte solidariteit en echte vrede!

Echte vrede, die volgens Franciscus van Sales alleen bereikbaar is, als we op God vertrouwen.

In een brief aan Mevr. De Veyssillieu van 16 januari 1619 schrijft hij:

“Blijf in vrede, verdrijf uit je gedachten alles wat je kan storen en zeg vaak tot Onze Lieve Heer: “O God, U bent mijn God en ik zal op U vertrouwen. U zult me helpen en U zult mijn toevlucht zijn en dan zal ik niets vrezen; want niet alleen bent U bij mij, maar ik ben ook bij U”.

 Een prachtig gebed voor bij de kerststal en onder de kerstboom, al is die laatste bij mij wel heel erg “nep”.

 Wil Vos – Post

Pater José Evers OSFS

Op vrijdagavond 8 november 2024 is in Jaboticaba (Brazilie) onze oudste medebroeder en laatste missionaris in Brazilië José Evers op bijna 95 jarige leeftijd overleden.
José werd geboren op 29 december 1929 in Asten/Heusden. Na zijn studie op het klein seminarie van Ave Maria en het noviciaat in Nijmegen legde hij op 30 augustus 1951 zijn eerste geloften af en begon op 1 september in Beek en Donk aan de studie filosofie en theologie.
José werd op 13 maart 1957 door Mgr. W. Bekkers priester gewijd in de kapel van de paters van de H. Geest te Gemert. Op 18 oktober van datzelfde jaar vertrok hij vanuit Antwerpen met de boot naar Brazilië. Zijn eerste plek was Don Pedrito met de bedoeling om daar het Portugees onder der knie te krijgen.

Kort daarna werd José leraar, prefect op het seminarie van de Oblaten in Braga. Veel parochies hebben hem als pastoor gekend: In Jaboticaba, Braga, Santa Barbara do Sul, in Novo Barreiro en opnieuw Braga. Daar heeft hij nog vele jaren, toen hij als pastoor gestopt was, samen met Lourdes, zijn steun en toeverlaat, gewoond. De laatste jaren was hij samen met Lourdes in de communiteit van Jaboticaba.

José was een mens van de natuur en hield van vissen en jagen. Daarnaast was hij een fanatiek hobbyist en bouwer van een modelspoorbaan.

Bewogen pastor

‘De kerk?’, zo schrijft hij , ‘dat zijn de mensen, die op weg zijn naar een beetje welzijn en geluk. Mijn taak is het om met hen samen hun verlangen waar te maken door met hen op weg te gaan, zoe­kend naar een beter bestaan en zoekend naar God, want – en hij heeft deze zin zwaar onderstreept – waar God mij plaatst is het goed werken’.
José ervaart de kerk niet als een organisatorisch bolwerk van clericalen, die precies weten voor wie Christus is gestorven en die nog beter weten voor wie Christus niet is gestorven.
José is altijd op die plaats, waar de mensen hem willen hebben. ‘Ik ben een instrument in de handen van God, misschien een botte bijl, gevonden in het moerassige turfgebied van Brabant, maar ik weet het zeker: God doet het er mee. Met God heb ik nog nooit ruzie gehad. Hij kent mij en ik mag zijn zoals ik ben’.
Citaat Uit het Boekje open uitgegeven bij gelegenheid van 75 jaar Oblaten in Nederland.

Op 9 november is José begraven in Braga, het dorp waarvan  hij in 1997 ereburger werd.

Moge José rusten in vrede en leven in het Eeuwige Licht.

Europese Conferentie OSFS

Van 13 tot 16 november 2024 zijn we met onze medebroeders uit Europa in Sint Oedenrode bij elkaar geweest voor een “Europese Conferentie” . Samen met onze Algemeen Overste, pater Barry Strong,  hebben we nagedacht over nauwere samenwerking tussen de Europese provincies. De bijeenkomst omvatte ook een bezoek aan het Kloosterarchief van de Nederlandse ordes en Congregaties waar zich ook ons archief van de Oblaten van Franciscus van Sales van de Nederlandse Provincie bevindt.
We werden gastvrij onthaald en een van de archivarissen, Guus van Gurp, hield aan de hand van de website van Erfgoedcentrum een goede inleiding over de opzet en werkwijze van het centrum. Waarna we ook de archiefruimte bezochten en enkel stukken van de Nederlandse Provincie hebben bekeken. Al met al een zeer geslaagd bezoek.
De Buitenlandse medebroeders en ook onze Algemene Overste waren onder de indruk van dit centrum en dat alle Nederlandse religieuze gemeenschappen daar hun archieven hebben verzameld. Uniek voor Europa.
vrijdagmorgen hebben we nog uitgebreid stil gestaan bij de viering van het dubbeljubileum dat we in 2025 gaan vieren n.l. dat Pater Brisson 150 jaar geleden in Troyes onze congregatie heeft gesticht en zuster Marie Salesia Chappuis, medestichteres,  150 jaar geleden is overleden.
Het generale bestuur denkt na over een gezamenlijke viering met de zusters van de Visitatie, de zusters Oblaten en de Oblaten volgend jaar in Troyes. Wij gaan dit in Nederland vieren samen met onze Salesiaanse familie op 8 mei 2025.

Van links naar rechts: Thomas Vanek, Kees Jongeneelen, Josef Költringer, Cyprien, gehurkt, David, Wim Holterman, Barry Strong, Symphorien en Olivier, de foto is gemaakt door Sebastian Leitner.

Kerstmis

Wij mógen kerstmis vieren.
Ondanks alle oorlog, geweld en mensen op de vlucht
Het herinnert ons aan de belofte van Zijn aanwezigheid,
als een pijn die ons geneest, als een nieuw begin van leven.
Dat we ons naar dit licht toekeren, het verwachten, met heel ons hart,
en het in ons opnemen en toelaten,
in alle eenvoud en kwetsbaarheid.
Dan worden en zijn ook wij doordrongen van dit gouden licht,
dat alle duisternis en hopeloosheid doorbreekt
en ons mens doet worden,
staande in het licht uit een hemel zonder grenzen,
in verbondenheid met onze medemensen,
ver weg en dicht bij.
Zo wens ik U allen namens mijn medebroeders een Gezegend Kerstfeest toe,
en dat we met hoop en vertrouwen het Nieuwe Jaar 2025 tegemoet mogen gaan.
In dankbaarheid en verbondenheid,

   Kees Jongeneelen osfs

Sint Jozef

Annie en Harrie van Heerebeek stuurden ons een ‘Adventsboekje’ van hun parochie in Tilburg. Daarin stond o.a. een overweging van Frans van Sales over de H. Jozef. Graag willen we die gedachten met u delen onder dank aan Annie en Harrie.

Terecht wordt Sint Jozef vergeleken met de palmboom
die de koning onder de bomen is,
want deze bezit de nederigheid en de standvastigheid:
de deugden waarin de  heilige Jozef

groots heeft uitgeblonken.

Als men zou willen vergelijken,
aarzelen sommigen niet te zeggen
dat hij alle andere heiligen overtreft in deze  deugden …

De palmboom verbergt zijn bloemen in talrijke omhulsels
die door de hitte van de zon opengaan;

dan bloeien de bloemen open en verschijnt de vrucht.

Zo gaat het ook met de ziel van de rechtvaardige:
de sluier van de nederigheid verbergt de bloemen
van de deugden tot aan de dood.

De liefde van onze Lieve Heer doet ze openbloeien
en dan verschijnen de vruchten.

De grote heilige waarover wij spreken
is daarvan een volmaakt voorbeeld:
hij verborg zijn deugden onder de sluier
van de eenvoud en de armoede.

Franciscus van Sales

 

                                        

 

 

 

 

 

 

 

 

Salesiaans Contact november 2024

N O V E M B E R   2 0 2 4

De winter is in aantocht. Het weer wordt wisselvallig. De avonden langer en kil. Dit nieuwe Salesiaanse Contact wil van harte wat licht en warmte brengen. Hopelijk vindt u er iets in van uw gading. En mocht u aan uw vrienden- of kennissenkring ook onze maandelijkse bezinning gunnen: geef gerust hun mailadres aan ons door en wij zorgen voor de rest.

Wim Holterman osfs 

EMINENT TOT UW DIENST   

In dienst van de barmhartigheid…
Het is al enige tijd geleden dat Paus Franciscus 21 nieuwe kardinalen heeft benoemd. Op zich niets bijzonders. Wat mij in het krantenbericht hierover echter opviel was het pauselijk commentaar daarbij. Een kardinaal wordt – zo las ik – gewoonlijk aangesproken met ‘eminentie’, wat zoiets betekent als ‘vooraanstaande’.  De paus wil graag zien, dat deze titel verdwijnt. Hij ziet meer in een titel als ‘diaken’, dienaar. In zijn begeleidend schrijven zegt hij, dat hij bidt dat deze nieuwe kardinalen ‘opgeheven ogen’ hebben, ‘gevouwen handen’ en ‘blote voeten’. ‘Opgeheven ogen’: om oog te hebben voor de noden van mensen, om naar hen op te zien door de bril van de liefde. ‘Gevouwen handen’: om het Volk van God te kunnen voeden vanuit hun gebed en bezinning. ‘Blote voeten’ zodat ze de harde werkelijkheid van onze wereld voelen; een wereld die te lijden heeft onder oorlog, vervolging, discriminatie en armoede. Dat laatste – zo schrijft Paus Franciscus – vraagt om veel mededogen en barmhartigheid.

De grootste…
Toeval of niet: het weekend erna ging het evangelie over een vraag van Johannes en Jacobus. Zij solliciteerden naar een ereplaats in het Rijk van God: de een aan de rechterhand van Jezus en de ander aan Zijn linkerhand. Dat riep bij mij de stoute vraag op of de paus in zijn overweging dat evangelie ook onlangs nog gelezen had. Streven naar macht en aanzien is weliswaar zo oud als de mensheid, maar de reactie van Jezus op de vraag van die leerlingen staat daar haaks op. Bij Hem staat de kleine mens altijd op de eerste plaats en – en zo zegt Hij – wie zich verheft zal vernederd worden. Onder de leerlingen van toen ontstond meteen ruzie over de vraag wie wel de belangrijkste was.Ten overvloede zegt Jezus dan nog eens: ‘Wie de grootste wil zijn, moet dienaar (=diaken) zijn’. Dat is blijkbaar de belangrijkste functie in het Rijk van God: dienaar van de dienaren zijn, de minste van allen. Hoe meer je dat wordt des te ‘eminenter’ ben je. Dat geldt natuurlijk niet alleen voor (nieuwe) kardinalen maar evengoed voor ieder van ons die probeert zo goed mogelijk leerling te zijn.

Synodaal geloven
Het is een voortdurende uitdaging voor ieder van ons om ‘vooraanstaand’ te zijn in dienstbaarheid. Daarin ligt onze ‘meerwaarde’. Barmhartigheid en mededogen maken van ons een mooier mens. Daarom is het belangrijk om op ‘blote voeten’ in de wereld te staan, in de realiteit van oorlog en onvrede, van streven naar macht over de rug van anderen en van een onoverkoombare kloof tussen rijk en arm. Geloven betekent ook voeling houden met die wereld. We kunnen en we mogen onze ogen niet sluiten voor de soms zo harde realiteit, dichtbij en ver weg. De synode in Rome, die een paar weken geleden is afgesloten, geeft ons daarbij een belangrijke les. Het ging in die kerkvergadering vooral om het luisteren naar elkaar. Er werd voor gewaakt, dat iedereen aan het woord kon komen. Er werd naar iedereen geluisterd. Ook was er veel aandacht voor stilte. Stilte waarin de Geest van God aan het woord kan komen. Uit de berichten die ik erover gelezen heb werd me duidelijk, dat dit samen stil zijn, dit intens luisteren naar elkaar een diepe verbondenheid schiep. Natuurlijk was er niet in alles overeenstemming. Er groeide echter wel begrip voor elkaars meningen. Zo werd de betekenis van ‘synode’ – samen op weg gaan – letterlijk waargemaakt. Deugddoende verbinding wordt niet gerealiseerd door ingewikkelde redeneringen maar wel door hartelijke aandacht voor elkaar, door openheid voor elkaars stand

punten en ervaringen. Er is dan geen sprake meer van ‘hoog tot laag’, maar van bondgenoten en tochtgenoten. Natuurlijk is er nog een lange weg te gaan, maar als we die ‘synodaal’ (samen op weg) mogen gaan dan kunnen we alleen maar hoopvol zijn.

Frans van Sales…
Onze heilige leefde in een tijd van grote onenigheid, van scheiding van de geesten, van contrareformatie scherp tegenover reformatie. Oorlogen – in het groot en in het klein – waren aan de orde van de dag. Hij kende de armoede van zijn mensen als geen ander. In d

ie geest was hij echt een bisschop zoals Paus Franciscus vandaag zou willen: een bisschop op ‘blote voeten’. Hij deelde in de ellende en de armoede van mensen. Hij leefde met ‘opgeheven ogen’, zeker waar hij geestelijke begeleiding gaf aan talloze mensen. Hij zag scherp maar hij oordeelde mild. En dit alles stoelde hij op een hoogstaand religieus beleven. Hij was een man van ‘gevouwen handen’, van gebed en van diepe Godsverbondenheid. Zo werd hij een ‘eminente’ bisschop, een herder voor zijn mensen. Hij ambieerde niet de kardinaalshoed die hem in Parijs (1619) werd aangeboden. Hij schrijft daar zelf over aan Jeanne de Chantal: ‘Ik heb de kardinaal gezegd dat ik getrouwd ben met mijn bisdom en dat ik deze vrouw niet wil verlaten voor een andere. Laat mij maar rustig verder gaan, met alle moeite die het kost. Wat moet ik met een nieuw bisdom? (…) Zijn voorstel om mijn broer bisschop te laten worden, doet me goed. Dan kan ik me langzaam terugtrekken van alle drukte. Dat is mij meer waard dan een kardinaalshoed’ (Dirk Koster, François de Sales). Hij wilde bisschop zijn van, voor en door ‘zijn’ mensen. Met hen ging hij zijn weg in vriendschap en verbondenheid. Daarin lag zijn ‘eminentie’: in de dienst van het bisschop zijn. 

 

STICHTERSDAG ZATERDAG 12 OKTOBER 2024

Zaterdag 12 oktober kregen we in de parochiezaal van de H. Nicolaas in Eemnes, na een hartelijk ontvangst met koffie en een brownietaart van Wil Vos, een uitleg over DE GOEDE MOEDER van Kees Jongeneelen met een begeleidende PowerPoint van Marus Tijssen.

Marie de Sales Chappuis ( de Goede Moeder genoemd) was een katholieke zuster en overste van de Orde van de Visitatie in Troyes. Ze was ook stichtster van de congregatie van de Oblaten van Franciscus van Sales, samen met Louis Brisson. Marie de Sales Chappuis werd geboren in 1793 in Soyhières in het Jura gebergte in Zwitserland, toentertijd door Frankrijk in bezit genomen. Ze kwam uit een gezin met 11 kinderen waarvan 6 het religieuze leven in gingen. Op 14 jarige leeftijd is ze binnengegaan in een internaat in Fribourg. Ze verdiepte zich in de geschriften van Frans van Sales en vond dat ze verder niets anders nodig had. Ze had mystieke ervaringen, een diep Godsbesef en ze schrijft over haar levensweg. Ze vond dat actief leven en contemplatief leven samen kunnen gaan. Ze had een vooruitziende blik en wilde een mannelijke congregatie stichten in de geest van Frans van Sales. 21 November 1814 trad ze in in een klooster van de Visitatie in Fribourg. Ze woonde daar op de bovenste verdieping samen met nog meerdere jonge zusters.14 Juni 1815 werd ze ingekleed als Marie de Sales. Ze is 30 jaar lang in een klooster van de Visitatie in Troyes, waar Brisson rector werd. Het was een vrijgevochten klooster met aparte ideeën voor die tijd. Zij werd er moeder overste. Jongere zusters kreeg ze mee in de vernieuwing, oudere later in de spiritualiteit van Frans van Sales. Het was de tijd van de Franse en industriële  revolutie. Troyes was een textielstad . De zusters deden er veel voor meisjes van het platteland en droegen zorg voor het onderwijs. De arbeidsters werden in de weekenden opgevangen . De later heilig verklaarde zuster Aviat was er de stichteres van de Zusters Oblaten. Ze deden veel voor onderwijs en missie, o.a. in Zuid-Afrika, Namibië, Ecuador en Colombia. De Goede Moeder had grote invloed op vele terreinen, o.a.  ook op de moraaltheologie. Samen met Louis Brisson stichtte ze de Oblaten van  Frans van Sales  en spoorde hen aan te leven volgens de richtlijnen van het Geestelijk Directorium. Louis Brisson verwees vaak naar de ’Weg’ van de Goede Moeder. Deze komt tot uiting in:

*het verenigen van onze wil met Gods wil

*Niet omkijken en verder gaan (couper court)

*proberen  te leven in het hier en nu

*de sacramentele kijk op de wereld en de spiritualiteit van arbeid.

Ze zag zichzelf als iemand die een actieve rol aannam om Jezus weer tot leven te brengen. Het ging haar om het ‘herdrukken van het evangelie’ in contact met God. Haar missie was dat het apostolische ideaal en het contemplatieve leven samen kunnen gaan.

Na deze boeiende uitleg kregen we een heerlijk broodje kroket en konden we even pauzeren.

Vervolgens werden we in groepen verdeeld en aan de hand van een tekst van Marie de Sales, de goede Moeder,  begonnen we een synodaal gesprek. Dit hield in dat we eerst de tekst lazen, deze op ons in lieten werken om daarna om beurten te vertellen wat de tekst met ons deed. Je mocht nog niet op elkaar reageren. Enkel luisteren. Daarna werd de tekst nogmaals gelezen en met de vorige ronde in het achterhoofd om beurten gereageerd. Hierop volgde een gesprek. Vanuit deze gesprekken maakte elk groepje een voorbede voor de eucharistieviering.
Dezen gingen als volgt:

*Goede God geef ons de kracht om bij alle regelgeving te onderzoeken wat daar de geest van is en elkaar te inspireren daar ook van harte naar te leven.

*Wij bidden u om geduld om naar elkaar te luisteren en elkaar te verstaan. Maar leer ons ook om elkaar de ruimte te geven en elkaars mening te respecteren. Wij weten niet of God heeft nagedacht maar wat wij wel weten is dat Hij ons aan het denken heeft gezet.

*Door de Goede Moeder zijn we er ons bewust van geworden hoe belangrijk het is om ons steeds weer af te vragen wat onze beweegredenen zijn en of het de moeite waard is waarmee wij ons bezig houden . Want het is niet eenvoudig om in de hectiek van het leven Uw stem te verstaan. Open onze oren en ons hart daartoe omdat wij een daadwerkelijke bijdrage kunnen leveren aan het tot stand komen van Uw Rijk.

*Eeuwige Gij zet ons in beweging. Gij stoot ons aan als een licht in de morgen. Wij vragen U geïnspireerd door de Goede Moeder, dat wij ons voor U openstellen, dat wij U in dat licht mogen zien, dat wij niet doelloos ons leven leven, dat wij elkaar zien. Wij bidden U dat we antwoord geven op wat Gij van ons vraagt, dat wij de weg durven gaan en in verantwoordelijkheid zorg hebben voor elkaar en heel Uw schepping.

Na deze Eucharistieviering en een mooie dag gingen we weer uit elkaar op weg naar huis.


Maria v. Gaal

 

 

 

 

Salesiaans Contact oktober 2024

C  O  N  T  A  C  T     O C T O B E R    2 0 2 4

Lieve mensen, hier alweer een nieuw Contact. We hopen van harte, dat u er iets van uw gading in vindt. Dit keer wijzen de bijdragen al wat richting Allerzielen. Jammer genoeg beschikken noch Apple noch Samsung over een “hemeltelefoon”. Desondanks is het goed om onze lieve doden te blijven gedenken. Als we hun namen niet meer noemen dan zijn ze pas echt dood. We blijven leven in de verwachting van ‘een nieuwe hemel en een nieuwe aarde’. Fijn toch: om zo ‘contact’ te houden hier en hierna!

Wim Holterman osfs

SCHATTEN VAN MENSEN

Astrid van Engeland – lid van onze Salesiaanse Kring Schijndel – heeft een aantal verhalen van haar pastorale ontmoetingen in de parochie van het H. Kruis in Raalte gebundeld. In het ‘Voorwoord’ van dit boekje schrijft ze: “Ik hoop dat anderen er inspiratie aan opdoen en er kracht uit putten. Ik hoop dat deze verhalen ook het hart van anderen verwarmen en hen laten voelen dat ieder mens uniek is en een kostbare schat in zich draagt. Ga op weg, ontmoet de a(A)nder en ontdek jouw schat!”

Wij mogen van haar met een zekere regelmaat uit deze ‘Schatten’ putten en die met u delen. Wij zijn haar daarvoor veel dank verschuldigd en we spreken de hoop uit, dat haar ontmoetingen ook ‘ons hart mogen verwarmen’. Als redactie van Salesiaans Contact hebben we haar verhaal verluchtigd met een foto.

Humor tot het einde

Ik leerde een man kennen die al enkele jaren wist dat hij ongeneeslijk ziek was. Zijn naam was Theo. Hij had uitgezaaide darmkanker. Regelmatig ging ik bij hem op bezoek. Het ging lange tijd vrij goed, maar toch leverde hij elke dag een beetje in. Vooral de moeheid speelde hem parten. Daardoor kwam er nog weinig uit zijn handen.

De laatste periode van zijn leven zat hij een groot deel van de dag op zijn stoel bij het raam met uitzicht op een prachtige tuin. Daar kon hij ontzettend van genieten, al moet het voor hem ongelooflijk moeilijk zijn geweest dat hij deze niet meer zelf kon onderhouden. Zijn kleinkinderen deden dat nu met alle liefde voor hem. Behalve dat hij ook veel bezoek kreeg van familie en bekenden, kreeg hij ook dagelijks bezoek van een stoet eenden die wisten waar brood te halen was! Theo was geliefd bij mens en dier!

Regelmatig spraken we met elkaar over het leven na de dood. Dat er meer moest zijn, daar geloofde hij heilig in. Of er een hemel zou zijn, daar twijfelde hij wel eens over. ‘Niemand is ooit teruggekomen om het ons te vertellen’, zei hij dan.

Tijdens onze gesprekken kwam ook regelmatig ‘de hemeltelefoon’ ter sprake. Zijn vrouw vroeg zo nu en dan aan haar man: ‘Thé, je laat toch wel wat van je horen, hè, als je daar bent?’ Theo antwoordde dan met zijn 0ndeugende ogen: ‘Ja hoor, ik zal wel even bellen vanuit de hemel.’

Op een dag was het zover. Het moment van afscheid nemen naderde. In die laatste dagen ging ik nog even naar hem toe om hem te bedanken voor zijn leven en om afscheid te nemen van deze mooie mens met wie ik toch een hele poos een stukje mocht meelopen. Hij kon nauwelijks meer praten en sliep veel. Toen ik weg wilde gaan raapte hij al zijn krachten bij elkaar om nog even te zwaaien en te zeggen: ‘Tot ziens, we spreken elkaar weer via de hemeltelefoon!’ Dat waren zijn laatste woorden aan mij. Kort daarna is hij rustig ingeslapen.

Wat bijzonder als het je gegeven is tot op het laatste moment van je leven je humor te behouden.                                        

 

 

 

 

Astrid van Engeland

UIT DE PEN VAN ….

Wanneer je een artikel gaat schrijven voor het Salesiaans Contact, ben je daar in gedachten al een poosje mee bezig: waar zal ik over gaan schrijven. Deze keer lag het onderwerp voor mij al klaar: Wij zouden bij ons in Eemnes 6 gasten uit het Zuid Afrikaanse Friersdale (waar Wijnand van Wegen lang gewerkt en gewoond heeft) ontvangen om de jaarlijkse Friersdale viering met ons mee te maken. Ook bij ons zouden er 2 zussen komen logeren, één daarvan, onderwijzeres van de school, hadden wij tijdens onze bezoeken aan Friersdale al ontmoet. Helaas kwamen ze er een dag voor het vertrek uit Zuid Afrika achter dat de benodigde visa niet in orde waren, dus moest de reis geannuleerd worden en gaat deze reis nu hopelijk in januari 2025 plaatsvinden. Dus daar gaat je onderwerp! (Dit verhaal zal ik dus waarschijnlijk begin 2025 gaan schrijven!)

 

Nu zijn er gelukkig nog wel meer dingen die mij bezig houden en die ook wel de moeite van het delen waard zijn. Naast het bijhouden van de website hebben Belinda en ik de viering van Allerzielen voorbereid; het afgelopen jaar hebben wij samen 6 uitvaarten van parochianen mogen verzorgen. In de Allerzielenviering willen we de naasten laten merken dat wij als gemeenschap hun dierbaren nog niet vergeten zijn en wij willen hen dan ook in het licht zetten. Het samen zoeken naar passende teksten en liederen geeft veel voldoening en wij hopen zo een troostende viering in elkaar gezet te hebben. Een gedicht dat wij als eerste lezing hebben gekozen wil ik hier met jullie delen:

Gedicht: De mensen van voorbij (van Hanna Lam)

De mensen van voorbij
wij noemen ze hier samen.
De mensen van voorbij
wij noemen ze bij namen.
Zo vlinderen zij binnen
in woorden en in zinnen
en zijn wij even bij elkaar
aan ’t einde van het jaar.

De mensen van voorbij
zij blijven met ons leven.
De mensen van voorbij
ze zijn met ons verweven
in liefde, in verhalen,
die wij zo graag herhalen,
in bloemengeuren, in een lied
dat opklinkt uit verdriet.

De mensen van voorbij
zij worden niet vergeten.
De mensen van voorbij
zijn in een ander weten.
Bij God mogen ze wonen,
daar waar geen pijn kan komen.
De mensen van voorbij zijn in het licht, zijn vrij.

Ik wens u allen, mede namens Belinda, toe dat u een mooie Allerzielenviering mag meemaken, die troost geeft en kracht om verder te gaan in het leven.

 

 

 

Loes Wiggerts

 

 

Salesiaans Contact september 2024

De vakanties zijn weer voorbij. Het gewone leven neemt weer zijn loop.  We hebben het druk. Er gebeurt van alles om ons heen. Toch is het goed om af en toe even een pas op de plaats te maken. Even stilstaan bij wat er om ons heen gebeurt. Dit nieuwe Salesiaans Contact wil zo’n pauze-moment zijn. Of je je nu een reiziger voelt of stil zit op een kappersstoel: laat het leven binnenkomen!

Wim Holterman osfs

 

REIZIGERS OP DEZE AARDE 

“Weet je niet dat je onderweg bent en dat de weg niet voor zitten maar voor lopen gemaakt is? Zo weinig is de weg voor rust gemaakt, dat lopen en op weg zijn hetzelfde is.
 God spreekt tot één van zijn grootste vrienden: “Loop voor mij uit en wees volmaakt” (Gen. 17.1)
Alle mensen zijn reizigers op deze aarde”.

Aldus een uitspraak van Franciscus  van Sales. (De verhandelingen over de liefde tot God”) Een uitspraak die al met mij meegaat sinds ik tijdens het nogal natte voorjaar “onderweg” was met een vriendin. We fietsten in de prachtige omgeving van Zwolle, waar we een aantal dagen verbleven in een huisje op een vakantiepark. De fietsroute van te voren uitgezet, proviand in de fietstassen, briefje met de te volgen nummers van de knooppunten op het stuur en fietsen maar. Weinig wind en zowaar een zonnetje, dat van tijd tot tijd door de wolken heen wist te breken. Genieten geblazen! Vooral toen we eenmaal de dijk langs de imposante IJssel bereikten, van waaraf zich een prachtig panorama op de stad Hattem ontvouwde. Tegelijkertijd werden we hier geconfronteerd met de toen zeer hoge waterstand van de IJssel, waardoor het pontje, waarmee  je vanaf dit punt normaliter naar dat pittoreske historische stadje kunt varen, uit de vaart was genomen. Nu waren wij niet van plan om die oversteek te maken, maar anderen, die dat kennelijk wel waren, moesten op zoek naar een alternatieve route om toch aan de overkant te komen. “Gelukkig kunnen wij onze uitgestippelde weg vervolgen” dacht ik nog. Maar enkele kilometers verder hield het ook voor ons op. Waar we links af moesten werd ons de doorgang onmogelijk gemaakt door hoge hekken. Vertwijfeld stapten we af. Wat nu? Tot onze opluchting ontdekten we een bord waarop aangegeven stond dat ons eerstvolgende knooppunt te bereiken zou zijn door de gele borden met een “2” te volgen. We deden een poging, maar binnen de kortste tijd raakten we het spoor bijster.  Moesten we nu naar links, of toch maar naar rechts? Hoe kwamen we in hemelsnaam ooit weer bij ons huisje? Zelfs Google Maps bood geen uitkomst. Terwijl ik lichtelijk in paniek dreigde te raken kwam ons een mevrouw op de fiets tegemoet. Na enige aarzeling riepen we haar hulp in, waarop zij spontaan aanbood met ons mee te fietsen, ook al had dat voor haar een kleine omweg tot gevolg. In grote dankbaarheid kwamen we onder de vleugels van deze reddende engel uiteindelijk toch weer veilig “thuis”.

Tja, soms “loopt” de weg die je hebt te gaan niet zo lekker. Ook onze levensweg niet. Het kan ons allemaal overkomen, dat je van het ene moment op het andere  zomaar tegen zo’n hek oploopt, dat je belet om verder te gaan op het pad dat je ooit met hoop en verwachting bent ingeslagen.  Het is een geluk als het vinden van een andere weg dan niet al te ingewikkeld blijkt te zijn, maar soms ook “lopen” we helemaal verloren en is hulp onze enige uitweg.

Zo werd mijn “weg” van het buitengebied terug naar de geborgenheid van het dorp voor de vierde keer versperd. Een weg, die zo eenvoudig leek: ik
in het huis van mijn  dochter en zij met haar gezin in dat van mij. Maar

omdat mijn huis veel te klein is voor haar gezin met drie kinderen is een verbouwing wel een vereiste. En de vergunning daartoe werd dus voor de vierde keer afgewezen. Een enorme dreun, dat kan ik u wel vertellen. Ik kon er niet meer van slapen. Nachten lag ik onrustig te woelen en te piekeren. Ik zag geen uitweg meer. Tot ik de “Inleiding” van Frans van Sales maar weer eens ter hand nam en het vierde deel, Hfdst. 11, opensloeg, waarin Hij schrijft over “de onrust”. Daarin adviseert Hij ons in dit soort gevallen eerst ons hart tot kalmte en rust te brengen, ons oordeel te matigen en onze wil te beheersen. En om dan rustig ons best te doen om te bereiken wat we willen bereiken. Weer ben ik Frans veel dank verschuldigd, want ook nu werkte het! Eenmaal weer tot rust gekomen durfde ik de hulp in te roepen van iemand die op het juiste moment mijn pad kruiste en van wie ik wist dat hij bekend was met ambtelijke molens. En met resultaat. Dankzij hem kwamen verhelderende gesprekken op gang en inmiddels is de vergunning rond! En nu zit ik dus intens blij en gelukkig  tussen een hoge stapel gevulde verhuisdozen dit verhaal te schrijven. Als u dit leest, hoop ik weer “thuis” te zijn tussen de mensen om vandaar uit mijn levensweg te vervolgen, als reiziger op deze aarde.


Wil Vos

Bij de kapper 

Ik zat nauwelijks op mijn stoel of kapster Patty stak van wal:
“ Het is toch vreselijk wat er vorige week gebeurd is op de kermis hier in Sint Oedenrode……”

Ik wist van niets en zei :je bent er nog al van ondersteboven wat is er gebeurd?

“Een goede vriend van ons is daar door een groep uit een ander dorp flink in elkaar geslagen. Het is dat een van zijn vrienden zijn hoofd heeft beschermd, want ze waren van plan hem ook een paar trappen tegen zijn hoofd te verkopen”.

“In wat voor wereld leven we toch” verzuchtte ze. Een opmerking die we  de afgelopen tijd regelmatig horen. Veel mensen maken zich zorgen over de toekomst nu het geweld zo dichtbij is gekomen. “Wat voor toekomst is er voor onze kinderen en kleinkinderen”, hoorde ik haar ook zeggen.

Alles wat er nu op ons afkomt roept bij ons zorg, onzekerheid en angst op. Ik merk dat sommige mensen er gespannen van worden. Je ziet zelfs bij kinderen van de basisschool dat het hen erg bezighoudt, las ik in de krant. Je staat er immers zo machteloos bij. Het komt over ons heen zonder dat we er iets aan kunnen doen. En dan roepen ministers en burgermeesters wel dat er streng opgetreden zal worden, maar het is zo ongrijpbaar.

Als je dan wat verder de wereld inkijkt, kom je ook daar hetzelfde tegen. Onschuldige mensen worden gegijzeld, op een onmenselijke manier gedood of bij aanslagen met tientallen de dood ingejaagd. En wat is dat toch voor iets vreemds dat (jonge) mensen zichzelf opblazen om medemensen te doden terwijl wij er juist alles voor over hebben om onszelf en onze medemensen in leven te houden en met onze liefde en goedheid te omringen. Waar loopt het allemaal op uit met de oorlog in Oekraïne, in Israël en Gaza? Ja, in wat voor vreemde wereld leven we?

Hoe ga je om met al die dreiging en onrust? Niet alleen buiten jezelf maar ook in je eigen leven. Want ook daar kan er veel op je afkomen dat je bang en gespannen maakt. Wat hangt er bijvoorbeeld mensen  boven het hoofd die afhankelijk zijn van het UWV? Het is soms zelfs er op of er onder. We zijn immers zulke kwetsbare mensen! We zien het dagelijks om ons heen. Geen wonder dat we angstig worden.

De Oblaten deze zomer bijeen tijdens het XXI kapittel in Annecy concludeerden:

Meer dan ooit heeft onze gekwetste, verdeelde en kwetsbare wereld het vreugdevolle optimisme en het gastvrije charisma van de Salesiaanse spiritualiteit nodig.

Wij oblaten van Franciscus van Sales horen geboren optimisten te zijn.

We bieden een kijk op de menselijke natuur die hoopvol en behulpzaam is in een wereld die veel negatieve en/of pessimistische opvattingen over de menselijke natuur heeft. We zijn geen wensdenkers: we kennen de nadelen en blinde vlekken van de menselijke natuur. Maar geworteld als we zijn in het feit dat we geschapen zijn naar Gods beeld en gelijkenis en dat God zichzelf heeft geschapen naar ons beeld en gelijkenis in de persoon van Jezus, verkondigen we duidelijk, consequent en mededogend: WIJ MENSEN ZIJN GOED.

Franciscus van Sales is een voorbeeld van zacht­moedigheid en geduld. Dat draagt hij uit omdat hij zich geliefd weet door God. Die zachtmoedigheid, daar hunkeren we vandaag de dag naar. Die eenvoud, daar willen we weer naar terug. Die liefde, daar verlan­gen we meer naar dan de gebalde vuisten van onze tijd doen vermoeden. Maar zo leven we, met gebalde vuisten van boosheid en korte lontjes, met priemende vingers die altijd de schuld bij de ander zoeken. Franciscus van Sales koos een andere weg. Hij durfde te wachten, onze patroon, hij vroeg om geduld met onszelf en de ander. Hij is meer dan ooit een appèl, in een tijd waarin we niet meer kunnen wachten. We hebben geen tijd voor suddervlees en soep die moet trekken. We hebben geen tijd voor onszelf en de ander. Franciscus van Sales is actueler dan ooit: leve de zachtmoedigheid en de een­voud, het geduld om te leren wachten.

Kees Jongeneelen osfs

 

Salesiaans Contact augustus 2024

Lieve mensen, met veel plezier bieden wij u weer een nieuw Salesiaans Contact aan. Zoals steeds willen we u van harte deelgenoot maken van wat ons als Oblaten en ook als Salesiaanse Familie inspireert en bezig houdt. Hopelijk herkent u zich erin, geeft het wat houvast en bemoediging. Dan hebben wij ons doel bereikt.

Een hartelijke Salesiaanse groet,


Wim Holterman osfs

ALS HET STORMT IN ONS LEVEN….

Niet zolang geleden stak er een hevige storm op in mijn leven. Ik voelde me opzij gezet, niet gezien, ondergewaardeerd. Mijn emoties schoten alle kanten op: van verdriet naar woede, van slecht slapen naar vloeken. Natuurlijk kan ik me best iets laten gezeggen, maar ik wil geen speelbal zijn van in mijn ogen een slecht beleid. Ik kan best wel het een en ander incasseren, maar ik laat niet zomaar over me heen lopen. Gelukkig is die storm weer geluwd ook al zie ik hier en daar nog wel iets van de schade die hij heeft aangericht.

Ons leven loopt niet steeds van een leien dakje. Ieder van ons heeft daar wel weet van. We kunnen getroffen worden door ziekte en pijn. We zien de toekomst somber in. Is er nog wel beterschap!? Probeer daar maar eens rustig en evenwichtig mee om te gaan. Of onze vertrouwde parochiekerk wordt gesloten. We worden erdoor geraakt tot in onze ziel. Ons geloven wordt er zelfs door aan het wankelen gebracht. “Geef onze portie maar aan fikkie!”. We raken er door uit ons evenwicht. Of we hebben grote zorgen om onze kinderen. We voelen ons machteloos. Hun wegen zijn onze wegen niet. We hebben de allergrootste moeite om die te accepteren of een plaatsje te geven in ons leven. Er is zoveel waardoor ons leven in zwaar weer terecht kan komen. Hoe gaan we daarmee om? Wat hebben we nodig om weer vaste grond onder onze voeten te voelen? Wie of wat kan ons daarbij helpen?

Franciscus van Sales raadt zijn Philothea aan  om ‘onvoorwaardelijk te besluiten God nooit in de steek te laten en nooit zijn heerlijke liefde prijs te geven. Dat is een tegenwicht voor je ziel. Het houdt je ziel in een volkomen evenwicht te midden van ongelijke krachten, waartussen je, zonder die liefde, heen en weer geslingerd wordt’. Het lijkt een soort pact met onszelf: geloven in God en in Zijn liefde als een persoonlijk besluit. Geloven als een fundament voor ons leven, als vaste grond onder onze voeten, een houvast om niet koppie onder te gaan. Dat zal allemaal wel. Het lijken zulke mooie woorden, zo gemakkelijk gezegd. Franciscus voegt een mooi beeld toe dat zijn woorden nog iets aannemelijker maakt. Hij schrijft: ‘Wanneer bijen in het open veld door een storm worden verrast, klemmen ze kleine steentjes in hun poten vast; zo bewaren zij het evenwicht van hun vlucht en zo voorkomen zij dat ze door de wind worden meegesleept. En laat ook zó jouw ziel zich vastbesloten vastklemmen aan God en zijn heerlijke liefde’. Hij spreekt over ‘kleine steentjes’ waaraan bijen zich vastklampen. Om het evenwicht in ons leven te bewaren moeten we volgens Hem niet zoeken naar hele zware middelen, maar eerder proberen kleine stapjes te zetten.

Toen het stormde in mijn leven heb ik geprobeerd zo’n ‘steentje’ vast te pakken. Achter mijn computer heb ik woorden gegeven aan wat mij uit mijn evenwicht bracht. Daardoor werd mijn woede wat ‘gekanaliseerd’. Voor mij een goed en werkbaar middel. Het gaf me overzicht en wat meer rust. En zeker: het heeft me ook geholpen, dat ik in een goed gesprek mijn ongenoegen en frustratie heb kunnen verwoorden. Meer nog: aan de andere kant van de tafel ontstond er begrip voor mijn ongenoegen. Er ontstond bijna als vanzelf een nieuw klimaat om met elkaar in gesprek te gaan. Het geschonden vertrouwen kon hersteld worden.

Enkele weken na dit ‘voorval’ lazen we in de zondagsliturgie het bekende evangelieverhaal van de storm op het meer. Het leven van de vrienden van Jezus is in zwaar weer terechtgekomen. Ze worden overweldigd door angst terwijl Jezus doodgemoedereerd op een kussen ligt te slapen. Ze schreeuwen Hem wakker: ‘Raakt het Jou niet dat wij vergaan?’ Ze geven woorden aan hun diepe angst en hun hevige onrust. Daardoor kan Jezus hun evenwicht herstellen en legt Hij de bulderende golven het zwijgen op. Dat is Zijn antwoord tot grote verwondering van Zijn vrienden!

‘De storm op het meer’ is een beeldverhaal. Het schildert de verwarring en de onstuimigheid die ons leven soms op z’n kop zetten. De noodkreet van Jezus’ vrienden wil ook woorden geven aan onze angst en onze onzekerheid. In ons bidden mogen we danken voor heel veel goeds dat ons om niet wordt gegeven. Maar bidden mag zeker ook de vorm aannemen van een noodkreet. Niet dat daarmee onze zorgen meteen als sneeuw voor de zon verdwenen zijn. God werkt niet als het spreekwoordelijke duveltje uit een doosje. Wel kan Hij/Zij voor ons een houvast zijn om ons evenwicht te herstellen. Zijn naam is niet voor niets ‘Ik zal er zijn voor jou’. Op die naam mogen we Hem/Haar ook aanspreken. Om het beeld van Franciscus van Sales te gebruiken: bidden kan zo het verzamelen van steentjes zijn, die aan ons leven ‘gewicht’ geven, zodat we niet door de stormen die op ons levensbootje beuken op drift raken en ons evenwicht verliezen.


Wim Holterman osfs

Generaal kapittel

Vanaf maandag 15 juli tot zaterdag 27 juli werd  het XXI generale kapittel in Annecy (College St. Michel) gehouden.

Drieëndertig afgevaardigden waren daar bijeen uit 8 eenheden van de congregatie, verspreid over 16 landen. Het thema van het Kapittel was “Het erfgoed in onze handen: Geloof in onze missie, hoop voor de toekomst”. Aan de hand van het ‘Gesprek in de Geest’ van synodaliteit  dachten de kapittelleden, samen met een representatieve groep jonge confraters in opleiding, ( 12 van de 63) na over hoe de aanwezigheid, zending en bediening van de Oblaten  er in de toekomst uit zou kunnen zien en tot welke innerlijke transformatie en vernieuwing de Geest ons zou kunnen oproepen. Zuster Nathalie Becquart, adjunct-secretaris van het generaal secretariaat van de synode in het Vaticaan, leidde een dag van bezinning om de kapittelleden te helpen het verband te onderzoeken tussen de praktijk van synodaliteit en ons charisma in de kerk en wereld van vandaag. Onze congregatie kijkt uit naar de 150e verjaardag van haar stichting volgend jaar. De Oblaten van de Heilige Franciscus van Sales werden opgericht om het verlangen van de heilige Franciscus van Sales te vervullen nl een religieus instituut van mannen te vormen die zijn spiritualiteit gestalte zouden geven en verspreiden.. Onder inspiratie van Moeder Mary de Sales Chappuis, VHM, overste van het Visitatieklooster in Troyes (Frankrijk), bracht de zalige pater Louis Brisson deze niet-gerealiseerde Salesiaanse droom in 1875 tot bloei.

In het slotdocument wordt het volgende gezegd:

We begonnen als een kleine groep religieuzen/priesters tijdens de industriële revolutie in Frankrijk om de salesiaanse visie en taal van leven en liefde te beleven en te delen met de Kerk en de grotere gemeenschap. Vandaag de dag zijn we een wereldwijde gemeenschap van religieuzen – de Oblaten van St. Franciscus van Sales – die met dezelfde missie zijn belast, maar leven en werken in een postmoderne samenleving. Op vele manieren wordt de wereld weerspiegeld waarin de Geest ons oproept om zachtmoedig en verdraagzaam te zijn: we worden gevormd door vele nationale, culturele en kerkelijke erfenissen. Wat ons samenbindt, is ons gemeenschappelijke, salesiaanse erfgoed: waarvan de zaden in de 17e eeuw werden geplant door de heilige Franciscus van Sales en de heilige Jeanne de Chantal; waarvan de droom in de eerste helft van de 19e eeuw werd verwoord door Moeder Maria de Sales Chappuis; waarvan de eerste stichting is ontstaan uit de inspanningen van een  visitatiekapelaan (Louis Brisson) en Leonie Aviat; de uiteindelijke bloei kwam in 1875 uit de instemming van een recalcitrante Louis Brisson en een kleine groep volgelingen om de Oblaten van St. Franciscus van Sales te vormen.

We streven ernaar de uitdagingen te erkennen die inherent zijn aan onze verschillende landen van herkomst, taal en cultuur: onze kijk op de wereld is net zo gevarieerd als de planeet die God voor ons heeft geschapen. Maar in een wereld die predikt dat onze verschillen getolereerd moeten worden, zijn wij Zonen van Franciscus van  Sales moedig genoeg om te prediken dat onze verschillen gevierd moeten worden, want de gerechtigheid, verzoening, genezing en vrede waar alle mensen – bewust of onbewust – naar streven, vinden we niet door het opleggen van uniformiteit, maar door te bidden voor, te werken aan en te dromen van eenheid.

Nieuw Generaal Bestuur

Het XXI kapittel was tevens een keuzekapittel, omdat de eerste termijn van onze Generale overste verstreken was moest er een nieuw Generaal bestuur worden gekozen.
Pater Barry R. Strong, OSFS, de 12e Algemeen Overste,
werd herkozen tot Algemeen Overste voor een termijn van zes jaar.
Op 24 juli 2024 werd hij in een plechtige liturgie geïnstalleerd in de Basiliek van de Visitatie
waar de heiligen Franciscus van Sales en Jane de Chantal begraven zijn.

Het Kapittel heeft drie leden van de Generale Raad gekozen (op de foto onder, vanaf rechts):
– Pater Guillaume Kambounon (Benin) – Eerste Raadslid
– Pater Bijesh Thomas (India) – Tweede Raadslid
– Pater Paulo Rodrigues dos Santos (Brazilië) – Derde Raadslid.

Heel opmerkelijk is dat de drie gekozen leden allen komen uit de derde wereldlanden waar de congregatie groeit en vele jonge leden heeft.
In overeenstemming met de Constituties benoemt de Algemeen Overste een vierde Generaal Raadslid. De Generale Overste kiest dan een van de vier raadsleden als zijn Vicaris (Assistent-Generaal).

Martin van de Avoird

Vanaf 2 juli is Martin van de Avoird in Nederland voor twee maanden vakantie. Op donderdag 18 juli is hij samen met zijn zus en zwager bij mij op bezoek geweest. Martin ziet er gezond uit en maakt het prima, hij geniet van zijn emeritaat bij de zusters MSC in Mariental en gaat nog voor in vieringen bij de zusters en waar hij nodig is. Eind augustus gaat hij weer terug naar “ zijn mensen “. We wensen hem een goede tijd bij zijn familie en een prettige vakantie.

Wijnand van Wegen

Elk jaar eind juni begint het bij Wijnand weer te kriebelen en is hij niet meer te houden. Hij moet weer naar Friersdale waar hij vele jaren als missionaris werkzaam is geweest. Zo ook dit jaar.  Ondanks zijn handicap (moeilijk lopen  en niet meer auto mogen rijden) is hij toch weer gegaan. Hij verblijft al die tijd (twee maanden) bij de hoofdonderwijzer Fanty de Klerk en zijn vrouw in Keimoes. 2 september keert hij weer terug naar Nederland.


Kees Jongeneelen osfs

 

 

Salesiaans Contact juni 2024

Buiten lijkt het nog steeds herfst. Donkere regenwolken hangen boven ons hoofd. We zien uit naar weldadige warmte. Hopelijk kan dit nieuwe Salesiaanse Contact zijn als een paar zonnestralen, die bij u binnenkomen en uw hart verwarmen. Veel leesplezier!

Wim Holterman osfs

OP EEN MOOIE PINKSTERDAG

Het ontroert me elk jaar opnieuw: de allereerste keer dat de roep van de koekoek weer klinkt vanuit het bos achter mijn huis in dit stille gebied van Eemnes. Dan laat ik al mijn bezigheden voor wat ze zijn en sta ademloos te luisteren. Zo ook vanavond. Ik ben hier opgegroeid met dat zo vertrouwde geluid, dat al sinds mijn kindertijd extra glans geeft aan de meimaand.  Meestal duurt het niet zo lang, een paar keer “Koekkoek” en dan is het weer voorbij. Maar dit keer is het anders. Minutenlang houdt de roep aan. En vergis ik me nu, of klinkt het ook anders? Het is niet het krachtige geluid van een vogel, die blij is met een nieuw broedseizoen.

Nee, het is, alsof er een diepe ondertoon van teleurstelling in zit. Teleurstelling, omdat zij maar een koekoek is, die haar ei in het nest van een andere vogel legt en het vervolgens ook nog eens door die ander uit laat broeden. Nou moet het toch niet gekker worden. Dit is wat een te stille omgeving dus met mij doet. Ik ga mijn eigen gevoelens projecteren op de dieren om mij heen. In dit geval dus mijn teleurstelling. Mijn diepe teleurstelling, daar ook een tweede poging om de van beide kanten zo gewenste woningruil met mijn dochter te realiseren, is gestrand. Ik wil zo graag terug naar het dorp en zij met haar gezin naar dit buitengebied. Maar ook de naar de richtlijnen van de welstandscommissie aangepaste bouwplannen voor de verbouw van mijn huidige woning, die te klein is voor haar gezin met drie kinderen, zijn weer afgewezen door onze lokale overheid. Alles borrelt en bruist in mij.

In dit soort gevallen is het Franciscus van Sales die mij via zijn “Inleiding tot het devote leven” veelal weer tot rust weet te brengen. Echter, aan “teleurstelling” heeft hij geen hoofdstuk gewijd, hetgeen eigenlijk wel opmerkelijk is, want ook hij heeft er tijdens zijn leven nogal eens mee te maken gehad. Hij schrijft wel over de valkuilen waarin je terecht kunt komen bij hevige teleurstelling: onrust, boosheid, droefheid en ongeduld. Ik sla zijn boekje er nog maar weer eens op na. Wederom raadt hij mij aan mijn hart tot rust te brengen, de zon niet onder te laten gaan over mijn boosheid, ervoor te waken in één van de slechte beken van de droefheid terecht te komen en zo geduldig mogelijk tegenwerking en moeilijkheden  te verdragen. Heb ik daartoe nog wel de moed? Goede moed, daar schrijft hij toch ook iets over? Ja, daar lees ik: “Houd vol, houd goede moed, wees flink”. En ook: “Wanneer onze wensen en besluiten eenmaal vaste vorm beginnen te krijgen, dan worden we sterk, dan krijgen we vleugels. Bid tot God, dat Hij je vleugels mag geven”.

Nou, ik heb ze momenteel niet. Vleugellam loop ik enkele dagen later in de vroege morgen van de Eerste Pinksterdag dan ook door het mij inmiddels zo vertrouwde prachtige Overijsselse natuurgebied “de vloeivelden”, gelegen achter een voormalige aardappelmeelfabriek. Wat hoop ik hier te vinden? Nieuwe moed? Nieuwe inspiratie?

Van het waaien van de Geest valt hier niets te bespeuren, geen enkel zuchtje wind. Na de keiharde muziek van “Kanaalrock” van gisteravond, waar het hele dorp de Krim van mee kon genieten, is er een diepe stilte over het hele gebied neergedaald. Een stilte, die door het gekwaak van de kikkers en het lied van de vele Rietzangers alleen maar dieper lijkt te worden. Libellen zweven om mij heen, een moeder eend leidt haar kroost behoedzaam door de sloot. Ik schrik van een hertje, dat plots mijn pad kruist. Een pad, waarop ontelbare slakken kruipen, zodat ik uiterst behoedzaam mijn voeten neer moet zetten om ze niet te pletten.

Ik beklim de uitkijktoren, die zich hoog boven het gebied verheft. Het is een van mijn favoriete plekjes, want daar hoog boven de wereld lukt het mij meestal om letterlijk boven mijn “aardse problemen” uit te stijgen, om ze voor even van afstand te bekijken. Ik neem de omgeving in mij op. Ik zie, hoe een waterig zonnetje door het wolkendek heen probeert te breken. En dan hoor ik ook hier de koekoek! Niet zoals thuis in Eemnes.  Nee, deze roep klinkt krachtig en vol overtuiging. Geen enkel spoor van teleurstelling! Ineens voel ik hoe een lichte bries mijn wangen beroert. Een vleugje energie, een vleugje inspiratie. Toch! Een stil gebed welt op in mijn hart.

Als ik na enige tijd weer beneden sta, voel ik mij een ander mens. Ik geef niet op! Er komt een dag, dat ik weer tussen de mensen zal wonen in de geborgenheid van het dorp. Het mag dan wat langer duren dan gehoopt, maar het komt goed! Als op vleugels gedragen wandel ik verder op deze mooie Pinksterdag. En ik weet, ik wandel niet alleen!


Wil Vos

Verborgen achter muren is het thema van de derde tentoonstelling in het jubileumjaar van museum Krona. In het artikel  Visioenen is al verhaald over de geschiedenis van het museum. De titel van deze tentoonstelling, Verborgen achter muren, intrigeerde mij zeer.

Wij hadden -zoals meer katholieke families- een tante zuster, die was ingetreden in een slotklooster en niet buiten de muren van het klooster kwam. Alles gebeurde binnen die muren. Er was wel een poortzuster die de deur opende, waarschijnlijk de enige zuster die direct contact had met de buitenwereld waarin wij gewone mensen leefden. We werden ontvangen in een bezoekkamer, en daar kwam bij hoge uitzondering tante zuster bij ons. Het geheel werd door ons kinderen als spannend ervaren. Het hoorde achteraf gezien bij die tijd. Maar wat zich verder binnen die muren bevond was voor ons een geheim.

Ook van de religieuze kunst die binnen de muren van het klooster aanwezig was, of in de kapel, kregen we weinig te zien. Nu vele kloosters en kloosterkapellen zijn gesloten en de religieuze kunst wordt bewaard bij bisdommen of in musea, kunnen we slechts af en toe het moois bewonderen  zoals hier in Krona, in speciale tentoonstellingen of vanuit de vaste collectie.

De muren omringen ook dit complex. Alleen staat nu de poort van de kruidentuin open om gasten binnen te laten die een kijkje willen nemen binnen de muren. Die hoge muren maken ook echt indruk op je. In de kruidentuin staat een kunstwerk gemaakt met behulp van motieven en ontwerpen die kinderen hebben aangeleverd, uitgevoerd door de kunstenaar in cortenstaal. De roestige kleur steekt prachtig af tegen het groen van de tuin, je wordt er naar toe getrokken om deze mooie samengestelde creatie te bekijken.

Wat ik ook heel knap vind van Krona , is hoe zij in hun tentoonstellingen proberen om de kinderen erbij te betrekken, zoals ook voor dat mooie kunstwerk in de tuin. Hiervoor worden scholen e.d. ingeschakeld, die onder begeleiding van een kunstdocent werkelijk prachtige objecten maken. En op die manier komen kinderen ook binnen de muren van het museum en nemen ze iets op van ons cultureel erfgoed.

Voorbeelden hiervan zijn de kroonjuwelen die ook prachtig passen bij de zusters Birgittinessen die in het kloostergedeelte van het gebouw wonen. De vlondertuinentoren, een prachtig voorbeeld van kruiden-en moes- en siertuinen, zo toepasbaar ook in de wereld van nu in Nederland in de weinige ruimte die er beschikbaar is, en een mooi voorbeeld van binnen de muren. Ruwe en gepolijste stenen, volgens mij gewoon omdat het zo fijn is om iets moois te maken en te laten zien.

Met eigen ogen zou je al die objecten moeten gaan bekijken. Helaas staat in het gidsje van de tentoonstelling niets over dit deel.
Uit de tentoonstelling zelf kies ik een paar beelden.

Als eerste iets van de kunstenares Nan Groot Antink,. In de gids staat :”Het museum maakt als enige in ons land deel uit van een deels bewoond abdijcomplex en heeft de beschikking over een kruidentuin, aangelegd naar middeleeuws voorbeeld. Deze verbinding tussen ’Kunst, Klooster en Kruidentuin’ ligt ten grondslag aan de opdracht aan Nan Groot Antink, om weefsels te maken met verfstoffen uit de tuin.” Het is het erekleed dat het beeld naar voren haalt. Het verbindt binnen en buiten het klooster. En het verbindt het oude beeld met het nieuwe weefsel.

De man van Smarten, gemaakt door Gijs Frieling in 1996 is voor mij ook een beeld van verbinding, niet van binnen en buiten het klooster, maar van de wereld om ons heen met ons. Op de afbeelding zie je Jezus als zwerver langs de Amsterdamse grachten. Het roept bij mij op, de bubbel waarin ikzelf leef, veilig, omsloten door de muren van ons huis, een veilige omgeving, mensen in je kring die er voor je zijn, op welke manier dan ook. Maar deze man, deze zwerver, hoe is dat voor hem? Hoe ervaart hij zijn bubbel? Vindt hij het goed zo? Zou hij het anders willen? En wij, hoe staan wij tegenover mensen buiten onze kring? Vragen waarop ik geen direct antwoord heb. Krona schrijft: ”De verbeeldingen van Jezus staan voor wat Museum Krona wil verbinden: oude en hedendaagse kunst, spiritualiteit en actualiteit.”

Ik kan alleen maar hopen dat we proberen, ieder op zijn of haar eigen plek en wijze, de verbindingen met de mensen aan te gaan. Dan verbindt oud zich met nieuw of jong, jong en nieuw zich met oud, dan verbindt binnen zich met buiten en buiten met binnen. Zo maken we kleine veilige plekjes binnen onze mogelijkheden, misschien wel kleine paradijsjes zoals de kinderen ze ook in deze tentoonstelling hebben gecreëerd.

 

 

 

 

 

 


Wies de Groot

 

De tentoonstelling in Krona is nog te bezoeken tot 22 september 2024.