Archief voor categorie: Niet gecategoriseerd

21e Zondag

21e Zondag door het jaar

Jozua 24,1-2a.15-17.18b; Johannes  6,60-69.

 KIEZEN EN DELEN

Geloven is niet vrijblijvend,
geen doekje voor het bloeden.
Je hebt het niet,
je moet het doen.
Het is een werkwoord.
Wie zei ook weer:
“Aan hun daden zul je ze kennen”.
Deelhebben aan de overvloed,
die ons geschonken wordt,
betekent ook: daarvan meedelen.
Geloven zonder daden is
als een boom zonder wortels.
Het heeft geen groeikansen,
het is gedoemd om af te sterven.
Geloven is kiezen voor het leven
en kiezen om je leven te delen.
Op de eerste plaats met hen,
die nauwelijks levenskansen hebben.
Daarom is geloven niet vanzelfsprekend;
het is geen gemakkelijke opgave.
Het komt aan je eigen vel,
het kan pijn doen
omdat je eigen ‘ik’ gevaar loopt
In navolging van Jezus is het
je leven over hebben voor andermans leven.
Maar juist daarom is het echt leven,
leven zelfs dat sterker is dan de dood.
En dat is de moeite van het kiezen waard

Wim Holterman osfs

 

 

Salesiaans Contact mei 2024

Graag bieden we u weer een nieuw Salesiaans Contact aan. Hopelijk luidt dit nummer voor ons een nieuwe lente in. Het wil zijn als een hartelijke groet onzerzijds. We wensen u hierbij veel leesplezier. Hopelijk biedt het ook wat inspiratie op weg naar Pinksteren.
Namens de redactie groet ik u allen met een Salesiaanse groet,


Wim Holterman osfs

Bidden

In welk van de volgende uitspraken herkent u uzelf het meest: “Ik bid nooit” of “Ik bid soms, af en toe, geregeld” of “Ik bid altijd”? Om bij de eerste uitspraak te beginnen: “Ik bid nooit, of nooit meer”. Misschien zeg je wel dat je vroeger thuis bad en dat je ook (vaak) naar de kerk ging maar dat je er nu alleen maar komt als je moet, vanwege een uitvaart of iets anders waar je niet onderuit kunt. En thuis bidden, daar komt het ook niet meer van. Misschien ben je zo druk met alles wat je moet doen en ’s avonds plof je in bed en weg ben je. Ook maak ik mee dat mensen zeggen dat ze zo teleurgesteld zijn in hun gebed dat ze het maar opgegeven hebben. “Ik heb zo vaak gebeden dat mijn man/vrouw weer beter zou worden en ik heb zoveel kaarsjes opgestoken maar het heeft niets geholpen” hoor ik dan teleurgesteld zeggen. Voor mij is het afgelopen”.

Want zo verschillend als wij mensen zijn, zo verschillend is ook ons bidden.

Bidden is voor mij dat je met je hele hart voor God gaat staan; wie God dan ook voor je is en welke Naam je hem ook geven wil. Misschien is het woord God nietszeggend voor je geworden en weet je niet hoe je datgene of diegene moet aanspreken waar andere mensen “God” tegen zeggen. Misschien is het net een grote Leegte of misschien als een Licht of Warmte die soms in je komt. Misschien Iets waarvoor je huivert of wellicht iets waardoor je je gedragen voelt. God kan zich op zoveel manieren aan ons voordoen.

Bidden is voor mij: als je stil staat bij dat onuitsprekelijke in ons leven. En dat kan ook weer op zoveel manieren. Als je bijvoorbeeld heel dankbaar wordt en er spontaan een “Dank je wel” uit je hart komt. Maar je kunt ook vreselijk kwaad zijn en uitschreeuwen: “Ik wil niet meer leven, haal me maar op”. Het kan ook een kreet om hulp zijn als al het andere niet meer helpt en we zeggen: “Je kunt er alleen maar voor bidden”. Het kan zijn dat je het gevoel hebt dat je het tegen jezelf zegt of misschien wel dat je het de eindeloze verte van het heelal in stuurt.

Ik herken me vooral in wat onze patroon Franciscus van Sales over bidden zegt.

Franciscus van Sales plaatst het gebed in ons hart, ons verstand en onze ziel. Enerzijds zegt hij dat het gebed het water is dat leven geeft aan het hart en dat het hart de boom des levens is in de boomgaard van de mens. En hij maakt gebruik van hetzelfde beeld als hij in de Inleiding op het devote leven schrijft: “Het gebed opent ons verstand door de klaarheid van het goddelijke licht en onze wil voor de gloed van de liefde van God. Het gebed is een gezegende bron die de planten van onze goede voornemens besproeit, wasdom en bloei geeft.”

Die levende relatie, deze verbondenheid, het spreken met God -zoals een mens spreekt met zijn vriend of vriendin – heeft ook Jezus van Nazareth niet voor zichzelf gehouden, maar hij heeft erover verteld telkens weer opnieuw. Hij heeft er vanuit gehandeld en zich met hart en ziel aan mensen verbonden, zoals hij zich met hart en ziel verbonden voelde met God. Zo werd hij in zijn tijd een veilige gids voor mensen, iemand aan wie je je over kon geven, een mens bij wie je je thuis kon voelen. Niet voor niets zijn mensen hem “de weg” gaan noemen, “de waarheid”, “het woord van God”.

In zijn brieven probeert Franciscus vooral een antwoord te geven op de vraag die ook de leerlingen van Jezus aan hem stelden: “Heer, leer ons bidden” (Lucas 11,1). Franciscus van Sales geeft geen enkele keer als hij die vraag krijgt een standaardantwoord, in de brieven tracht hij steeds een persoonlijk antwoord te formuleren. Want zo zegt hij ieder mens is verschillend, dat is heel belangrijk om voor ogen te houden. Zelfs in de Inleiding tot het devote leven, en dit werk wordt vaak gezien als een handboek voor het spirituele leven, geeft hij niet louter algemene aanbevelingen. De weg van het devote of spirituele leven is een individuele weg, iedereen moet zijn eigen weg vinden. Franciscus van Sales is hierover heel duidelijk: “U wilt dat ik u iets over het gebed vertel. Velen vergissen zich enorm, ze geloven dat ze methodes en technieken zich eigen moeten maken´´

Franciscus van Sales breekt een lans voor het levensgebed. Het levensgebed wordt door hem heel eenvoudig omschreven: “Alle handelingen van degenen die met ontzag voor God en volgens zijn geboden leven, zijn voortdurend in gebed. Dit wordt levensgebed genoemd´´
Als er iemand van wie je houdt erg ziek is, ben je daar de hele dag mee bezig en je wilt zo graag dat hij of zij weer beter wordt. Of je bent verliefd geworden. Dan denk je ook de hele dag daar aan en je verlangt naar je geliefde. En zo kan het ook zijn met onze God. Je bespeurt achter de dingen die je meemaakt iets wonderlijks en dat houdt je bezig. En je verlangt er naar dat dit wonderlijke steeds dichter bij je zal komen. Als ik nu in de natuur loop met al dat tere groen dat opengaat, dan gaat in mij dat verlangen open naar het Leven dat zich in mij ontplooien mag. Ik hoor dan ook van veel mensen dat de natuur hen veel zegt.
Bidden is dan: in je dagelijkse leven met God bezig zijn. En dat kan ook in de drukte en de stress in een flits door je heengaan. Ik denk dat in onze tijd veel mensen op deze manier onophoudelijk bidden. En dan kan van daaruit ook de behoefte groeien om daar woorden aan te geven, een lied over te zingen of in stilte er tijd voor te nemen om dat Wonderlijke in je toe te laten

Ziekte en tegenslagen kunnen je het idee geven dat je niets meer voelt van het Wonder van het leven en dat God ver weg is. Maar ook kun je op de bodem van je hart God opnieuw ontmoeten, heel puur en uitgezuiverd. Tot slot zegt Franciscus: “Doe je gebed goed; leg je hart in de handen van God; laat je ziel rusten in zijn goedheid en vertrouw je zorgen toe aan zijn bescherming. […] Doe goed wat je kunt en laat de rest aan God over, hij zal vroeg of laat doen wat nodig is”

Dat wens ik je dan ook toe als ook jouw leven getekend is door leed en eenzaamheid. Dat je dan het pure verlangen in je mag voelen en daaruit sterkte mag putten.


Kees Jongeneelen osfs

 

MEIMAAND – MARIAMAAND

In Eerde – onder de rook van Veghel – is 26 jaar geleden een Mariakapel gebouwd. Een kapel die zomaar opduikt ‘op de Kuilen’ in het landschap van het buitengebied. Elk jaar op Moederdag is er bij die kapel een Eucharistieviering in de openlucht waarbij steeds heel veel mensen aanwezig zijn. Bij gelegenheid van het 25-jarig bestaan heb ik vorig jaar onderstaande tekst geschreven die ik graag met u wil delen.

MARIA OP DE KUILEN

Een stille landweg, een kleine kapel.
Een klein monument van gelovig vertrouwen.
Een ereplaats voor Maria,
een bidplek voor mensen uit d’Eerd.
Hier gaat de hemel open,
worden gebeden gehoord,
die klinken uit de diepte van mensenharten.
Een ‘Weesgegroet’, gezegd in stilte,
stijgt omhoog en komt aan.
Diepe verlangens, verpakt
in kleine of stille woordjes,
vinden hier een veilige plek.
Bij het vertrouwde beeld van Maria
weet je: ik mag zijn zoals ik ben:
met mijn dank en ook met mijn pijn.
Er is een onzichtbaar luisterend oor.
Hier vind je kracht naar kruis,
de nodige steun in de rug.
Een kleine kapel als een tussenstop
om weer verder te kunnen in het leven.
Je brandt hier een lichtje
als een gebed dat blijft doorgaan.
De vele kaarsjes geven nieuwe energie.
Ze verwarmen je leven,
je voelt je weer gedragen.
Deze kapel is als een asielplaats,
als je even niet weet waar het te zoeken.
Ze is rustgevend, geeft houvast
als je moeite hebt je staande te houden.
Maria spreidt hier haar mantel
waaronder wie dat wil mag schuilen.
Je mag hier binnen zonder afspraak.
Zij is er, zij heeft hier een thuis
waar je altijd welkom bent
al meer dan vijfentwintig jaar.

Wim Holterman osfs

Salesiaans Contact februari 2024

Graag bieden wij u dit nieuwe Salesiaans Contact aan met daarin enkele aspecten van onze Salesiaanse Spiritualiteit.  We hopen dat het u aanspreekt en dat u het meeneemt in uw leven van alledag. Veel leesplezier.

 

FRANÇOIS DE SALES EN DE VREDE

Oorlog en vrede
Met grote regelmaat wordt ik overdag gekweld door een hels kabaal.
F-16’s en F-35’s knallen nauwelijks zichtbaar door de lucht. De vliegbasis Volkel is niet ver. Atoomwapens liggen in de buurt. Krantenberichten rapporteren dagelijks over de meest wrede en troosteloze oorlogen slechts een paar uur vliegen van hier. Wereldleiders worden afgeschilderd als roofdieren. Afgeschermd van de wereld en in immense zelfbescherming zijn ze op zoek naar hun prooi. Platgebombardeerde steden en dorpen vertellen over de waanzin van de oorlog, vooral over het lijden en de pijn van zoveel machteloze en onschuldige slachtoffers. Gebrek aan voedsel en hygiëne bedreigt de levens van talloze mensen, vooral van weerloze kinderen. Hun ogen weerspiegelen hun doodsangst, hun tranen spreken van hun schrijnend verdriet om hen die aan het front een zinloze dood tegemoet gaan.  De eerste slachtoffers van elke oorlog zijn het gezond verstand en de waarheid. Ik hoor mensen zeggen, dat ze niet meer naar het journaal durven kijken. Het zinloze lijden van mensen grijpt hen al te zeer aan. Begrijpelijk! Zelf blijf ik kijken. Ik wil mijn ogen niet sluiten voor de dood die mensen elkaar aandoen. Tegelijk voel ik een machteloze woede in me, een brandende opstandigheid. De wetenschap dat er op een slagveld nog nooit een oorlog is gewonnen is blijkbaar nog niet ingedaald bij de zogenaamde leiders van onze wereld. Oorlog: de grootste schande van onze beschaving! Vrede: de les uit de geschiedenis die zo verschrikkelijk gemakkelijk wordt vergeten.

 

François de Sales en de oorlog

François is geboren op 21 augustus 1567. Heel West Europa is in die dagen in rep en roer. Oorlogen volgen elkaar in rap tempo op. Philips II stuurt Alva met zijn leger door Frankrijk – ook via Annecy en Thorens – richting het calvinistische Noorden. De vader van François – een goede krijgsman en uitstekend diplomaat – kiest de kant van de katholieken. Ook in hun eigen omgeving zijn er telkens weer schermutselingen. De bevolking van Savoye is door dit oorlogsgekrakeel in armoede vervallen. Mannen die geronseld zijn om in dienst van de hertog te vechten blijven vaak achter op het slagveld. Daardoor moeten vrouwen en kinderen leven  in armoede. Voor François de Sales is de oorlog nooit ver. Als hij op 12-jarige leeftijd verhuist naar Parijs om daar te gaan studeren ziet  hij onderweg overal de gevolgen van de veelvuldige oorlogen. In Lyon ziet hij – zo schrijft E.J. Lajeunie – dat alleen de muren van de Fourvières-kathedraal nog overeind staan. In Bourges zag hij hoe de beeldenstorm zijn verwoestend werk had gedaan. Hij werd diep geraakt door de zinloze barbarij die elke oorlog is.

 

François de Sales als vredesstichter

Al lezend in de zeer uitgebreide en zeer goed gedocumenteerde levensbeschrijving van François door E.T. Lajeunie (Franz von Sales, Leben – Lehre – Werk, Eichstätt und Wien) heb ik nergens kunnen ontdekken, dat onze François op de barricaden gaat om oorlogen tot een einde te brengen en de vrede te herstellen. Hij sluit echter zijn ogen niet als hij conflicten tussen mensen en tussen groepen ontdekt.

 

Hij aarzelt niet om op te komen voor hen die te lijden hebben van zinloos geweld. Zo schrijft Lajeunie bijvoorbeeld (blz416):

Wat kon de bisschop doen om de mensen tegen een dergelijke onderdrukking te beschermen? Oorlogen, troepen, dure hofhouding en prinselijke decreten konden immers niet voorkomen worden: de wetten moeten gehoorzaamd worden, ook al zijn ze hard; maar telkens als hij kan, aarzelt hij geen moment om voor dit onderdrukte volk op te komen wanneer hun rechten geschonden worden en hun ellende hemel schreiend is. Zo bemiddelde hij in 1611 bij de hertog voor de inwoners van Sixt: “Een aardverschuiving in februari 1602 verwoestte een zeer groot deel van hun bezittingen en veranderde het toch al ellendige volk in echte armoedzaaiers”. De bisschop vroeg daarom dat de onfortuinlijke mensen van hun belastingdruk zouden worden ontheven naarmate de schade die ze hadden geleden.”

François en de vrede

Als jonge priester-missionaris in de Chablais ervaart François aan den lijve wat gevaar en geweld met een mens kunnen doen. Hij is er zijn leven vaak niet zeker. Toen hij preekte bij de Sint Hippolytuskerk in Thonon werd hem toegeroepen dat hij door de duivel bezeten was. Maar hij is er de mens niet naar om zulke scheldkanonnades met gelijke munt te betalen. Hij beschikt over een zachtmoedig en ontwapenend incasseringsvermogen. Gaandeweg zijn leven heeft hij zich een gelijkmoedigheid verworven waardoor hij niet van zijn stuk te brengen is. In een brief aan zijn grote vriend Antoine Favre  – geschreven te Les Allinges in 1595 – citeert hij de H. Augustinus: “We moeten altijd verlangen naar vrede en naar oorlog alleen als het echt niet anders kan”.
In zijn talloze preken en brieven heeft hij het vaak over vrede, maar dan met name over innerlijke vrede. Een mens kan alleen in vrede leven als hij vrede heeft in zichzelf. In zijn geestelijke begeleiding is leven in harmonie met zichzelf en de naaste, met God en de wereld. Zo houdt hij in een preek –gehouden in Annecy op 29 juni 1593 –zijn toehoorders voor: “Ik weet dat jullie allemaal naar de vrede verlangen. Daarom wil ik jullie met de koninklijke profeet zeggen: als jullie die willen bereiken, wend je dan tot God met petities en gebeden: ‘Vraag wat vrede zal brengen in Jeruzalem (Psalm 121:6). Heb Hem  lief met heel je hart, dien Hem trouw, vermijd zorgvuldig alles wat Hem kan beledigen. Op deze manier zul je vrede bereiken, want er staat: “Overvloedige vrede voor hen die de wet van God liefhebben en voor wie niets aanstoot geeft (Ps. 118:163)”. Dat wij ons die innerlijke vrede eigen mogen maken en alle strijd ontwapenen met het wapen van de liefde.

Wim Holterman osfs

 

Europese Conferentie

 Op maandag 8 januari zijn Wim Holterman en ik naar Overbach ( Jülich-Barmen, Duitsland) afgereisd om deel te nemen aan de Europese Conferentie. Onze generale overste Barry Strong wil dat wij als Europese entiteiten regelmatig samenkomen om onze werkzaamheden en ideeën uit te wisselen, elkaar te inspireren en te bemoedigen in een steeds ouder en kleiner wordende gemeenschap in Europa. Maandagavond hadden we een eerste bespreking samen met de vertegenwoordiging uit Frankrijk-Benin, Italië en de Duitssprekende provincie, die deze keer als gastheer fungeerde.

Na de Eucharistieviering en het ontbijt op dinsdagmorgen hebben we ons  onder de uitstekende leiding van onze gastheer Josef Költringer, provinciale overste, gebogen over vier vragen:

  1. Als de Oblaten nu opnieuw gesticht zouden worden: wat zou dan hun opdracht en werk moeten zijn in deze wereld.
  2. Pastoraat in Europa en West-Afrika in de 21e eeuw.

“Tekenen des tijds” in onze eenheden die schreeuwen om een Oblatenantwoord met ons charisma en onze zending. “Wat zijn de uitdagingen in onze verschillende landen en culturen.”

  1. Samenwerking van de Europese – West-Afrikaanse gemeenschappen: wat werkt goed – wat heeft onze aandacht nodig – wat zou beter kunnen werken?
    4. Een internationale communiteit beginnen in Troyes, de stad waar onze Stichter Pater Louis Brisson in 1875 de start maakte met onze Congregatie.

Wanneer u dit leest zult u wellicht begrijpen dat er geen pasklare antwoorden gevonden zijn op al deze vragen. Wel was het een boeiende en goede uitwisseling met een grote openheid en soms ook emotie. Vooral ook de ontmoeting was weldadig en vriendschappelijk. Met een goed gevoel keerde iedereen woensdag huiswaarts, wel met de vraag wanneer en hoe komen we thuis vanwege boerenblokkades en  stakend treinpersoneel. Op ónze terugreis was er geen vuiltje aan de lucht, maar de twee Oblaten uit Wenen hebben er met de trein 15 uur over gedaan om thuis te komen.

Onze jubilaris pater Willem Spann

21 februari 2024 is het 65 jaar geleden dat Willem Spann samen met Kees Koning in de kapel van de paters van de H. Geest in Gemert door Mgr. W. Bekkers tot priester werd gewijd. Na zijn wijding kreeg hij de opdracht om klassieke talen te gaan studeren aan de universiteit van Nijmegen. Na zijn studie werd Willem leraar op het Mill-Hillcollege te Tilburg totdat hij op 1 augustus 1986 door Mgr. J. Terschure benoemd werd tot pastoor van de H. Geestparochie te Goirle. Van 1992 – 1996 was hij lid van het generale bestuur van onze Congregatie en voor 50% werkzaam in het pastoraat totdat hij in 2001 afscheid nam van Goirle en zijn intrek nam in het Generalaat van de Fraters in Tilburg.

Sinds september 2016 geniet Willem verzorging in Woonzorgcentrum Joannes Zwijsen te Tilburg. Willem viert dit jubileum driemaal. In Sint Oedenrode met zijn medebroeders, in Joannes Zwijsen met de Fraters en als klapstuk in de parochiekerk van Millingen aan de Rijn samen met zijn hele familie. We wensen Willem feestelijke vieringen en nog vele goede jaren in ons midden, gevuld met zijn humor en vitaliteit.

Wie Willem met dit jubileum wil feliciteren, zijn adres is:
R.P. W. Spann osfs,

Burg. Brokxlaan 1407
5041 RR TILBURG

e-mail:w.spann@outlook.com


Kees Jongeneelen osfs

 

 

 

FEEST VAN FRANCISCUS VAN SALES

 27 Januari 2024, een zonovergoten zaterdag. We vieren vandaag de verjaardag van onze Frans van Sales. Het is officieel de 24ste maar zo als zo vaak, wordt dit bij ons in ‘t weekend gevierd. Gelukkig geen oponthoud onderweg. Iedereen blij gestemd ook omdat er eindelijk geen grijs wolkendek was, maar een mooie zonnige hemel. En ook om de Salesiaanse familie te ontmoeten! 10.30 Uur werden we hartelijk welkom geheten door de kringen  van Eemnes in de Schoter. Er werd ook een houten “boom” opgezet, gemaakt door Jack en Marus. Daarover straks meer.

Na de koffie met wat lekkers en gezellig even bijpraten, werd het altaar in orde gebracht en de stoelen verzet om samen te kunnen vieren. Kees ging ons voor. ‘n Prachtig verzorgd boekje voor de liederen en de teksten. Er werd, zoals gewoonlijk,  geweldig meegezongen!! Zo prachtig klinkt dat. In deze viering kwam speciaal naar voren: Voor IEDEREEN, je bent GOED zoals je bent! We weten het wel, maar of je het altijd zo voelt zijn twee verschillende dingen. Door herhaling leren we dat je voor God altijd goed bent zoals je bent! De Goddelijke liefde over volmaaktheid. Frans v Sales leert ons dat we streven naar volmaaktheid door het te DOEN.

De overweging

“Alles uit liefde en niet omdat het moet.”
Alles wat zonder liefde is, is zonder betekenis. Ook mooie pijlers: De liefde heeft twee armen:  de ene omvat God en de ander je naaste. Hij leert ons ook dat bidden ons kan helpen. Op Zijn tijd en Zijn manier en niet altijd zoals wij dat willen. Liefde van God doorgeven aan anderen in de wereld door hartelijkheid, zachtmoedigheid, barmhartigheid en geduld. En we kunnen daar elke dag opnieuw mee beginnen. Ieder mag dat op zijn/haar eigen manier doen: God liefhebben. Weten dat God altijd bij je is. Je bent GOED zoals je bent en Hij laat niemand uit Zijn genade vallen.

Daarna volgde de Eucharistie. Er waren liederen in ‘t boekje van Willem Spann. Natuurlijk werd de H. Mis afgesloten met het lied: Frans van  Sales is zijn naam. Het was een prachtige inspirerende viering. Dank daarvoor.

De Boom

We kregen allemaal drie blaadjes om antwoorden op vragen op te schrijven. Later werden die aan de boom gehangen. De Werkgroep Spiritualiteit had deze vragen gemaakt. Wat gaat er goed? Wat kan er verbeterd worden?  Nieuwe ideeën. De Werkgroep kan uit de antwoorden weer nieuwe inspiratie halen. Het stond wel heel gezellig zo’n boom met allemaal blaadjes door onszelf ingevuld. Toen de boom vol hing, was ‘t tijd voor het stamppottenbuffet. Heerlijke boerenkool,  zuurkool, hutspot met saus, balletjes, speklapjes, worst en spekkies. We lieten het ons geweldig smaken!! Heel gezellig samen de maaltijd gebruiken, echt een familiegevoel.

Ganzenbord

Na het eten werd er een spel gespeeld. Eerst werden we in groepjes verdeeld. Het was een vorm van ganzenbord over Frans van Sales. Diverse vragen en opdrachten moesten uitgevoerd worden. Gelukkig waren er experts aan tafel. Blijft altijd leuk en spannend een spel spelen! Natuurlijk ook met stemverheffing net zoals “thuis”. Zeker als er vragen beantwoord moesten worden. Ook lachen natuurlijk. Iedereen genoot er van. En je leerde weer wat over onze heilige Frans. Als prijs kregen we een kaarsje van Don Bosco en een lichtje van Frans van  Sales en Jeanne de Chantal.

Na het spel namen we afscheid van elkaar en gingen na een geslaagde dag voldaan weer naar huis. Hartelijk dank, Kringen van Eemnes,  voor de gastvrijheid. Dank je wel Werkgroep Spiritualiteit. Dank je wel, Kees, voor de mooie viering. Dank je wel, lieve familie, voor jullie hartelijkheid.


Diny Mouris-van Dam

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Citaat van de maand augustus

In 2018 gaf Hannemie van Dijck haar ‘reisverslag’ door de Verhandeling over de liefde van God uit. Zij nodigt in haar ‘Voorwoord’ uit om deze reis met haar mee te maken en wenst ons een goede reis toe. Ze voegt daar nog aan toe: ‘Moge het overdenken van deze teksten een zegen voor je zijn. Neem eruit mee wat je aan-spreekt, en laat al het andere vallen. Een paar goede zaadjes kunnen genoeg ener-gie geven om voort te kunnen gaan op je eigen weg. Meer heb je niet nodig’.
In ons citaat van de maand willen we de komende tijd een aantal citaten van haar ‘reisverslag’ aan u doorgeven. Hopelijk zijn het voor u goede richtingwijzers.

Augustus 2024
134 2;1
We spreken over God. We spreken niet zozeer over wie hij is in zichzelf, maar kijken hoe hij zich vanuit zijn werken doet kennen.
Wanneer we zien hoe hij kwaadwilligen straft noemen wij hem “rechtvaardig”; als hij de zondaars bevrijdt uit hun ellende “barmhartig”; als hij alle dingen schept, en wonderen verricht “almachtig”; als hij zijn beloften verwerkelijkt, spreken we over “trouw” en als hij alles in een grote orde laat gebeuren, praten we over zijn “wijsheid”, enz.
Naargelang de gevarieerdheid van zijn werken schrijven we hem een grote diversiteit aan volmaaktheden toe. Maar in God is er slechts één volmaaktheid, het eenvoudige “het zichzelf-zijn”. Al wat er in God is behoort tot zijn “Zijn”, zijn wezen. En alle zozeer diverse volmaaktheden die we aan hem toeschrijven, vormen slechts één zuivere en pure eenheid.
Zo zijn er in God niet de onderscheiden volmaaktheden die wij omschrijven, maar is er slechts één algehele volmaaktheid, die boven elke volkomenheid uitstijgt en al deze onderscheiden volmaaktheden in zich omvat.

Zesde zondag van Pasen 5 mei 2024

6e Zondag van Pasen
Johannes 15,9-17.

WEDERKERIGE LIEFDE

Liefde is je leven geven,
je bestaan doorgeven.
Ze is: het leven delen
om het te laten doorgaan.
Ze vindt haar bron in God,
die liefde is in eigen persoon.
Via Jezus deelt Hij die met ons.
Gods bestaan is meegedeelde liefde.

Jezus op zijn beurt roept ons op
om in zijn liefde te blijven.
Hij heeft voorgeleefd,
dat leven echte waarde krijgt,
als je geeft van het beste van jezelf.
Hij geeft echter ook aan,
dat liefde pijn kan doen.
Zelf is Hij verguisd, veroordeeld
en de dood ingedreven.
Maar de liefde had het laatste woord:
door de diepte van de dood heen
mocht Hij leven in de liefde van God.

Wij allen zijn geroepen tot liefde.
Dat wil zeggen: wij mogen
ons laten raken door mensen.
Wij mogen begaan zijn
met mensen, die niet gezien worden.
Aan ons is het om leven te geven
aan hen die leven in de schaduw
van dood en onvrede.
Wij mogen ons bemind weten door God.
Hij is als een mantel om ons heen.
Maar we kunnen dit niet
voor onszelf alleen houden.
Gods liefde voor ons is een geschenk,
waarin we anderen mogen laten delen.

Wim Holterman osfs