Stichtersdag 14 oktober 2023

Zaterdag 14 oktober zijn wij bijeengekomen in de Schoter te Eemnes, als familie van Frans van Sales. 5 tafels vol mensen, ik schat zo’n 40 personen. Enkele mensen kwamen met enige vertraging wegens verkeershinder. Ondertussen zaten we gezellig aan de koffie met tompouce met elkaar te praten.

Het thema van de dag was het leven van onze stichter Louis Brisson. Na het openingswoord van Kees hebben we een film gezien over het inspirerende leven van Louis Brisson. Ondanks zijn onwil om te gehoorzamen aan wat zuster Maria de Sales Chappuis van de Visitatie hem opdroeg, heeft hij dankzij een goddelijke ingeving op 12 oktober 1873 een mannelijke religieuze gemeenschap gesticht om het werk van Frans van Sales levend te houden. Zo ontstonden de Oblaten van Franciscus van Sales.

Louis Brisson was een ondernemende man. Hij zorgde voor armen en zieken. Hij opende verschillende opvanghuizen voor meisjes om ze te beschermen. Hij stichtte een grote school voor mannelijke Oblaten. Hij richtte ook een vrouwelijke tak op, met medewerking van Leonie Aviat en Lucie Canuet, de Oblatinnen van Franciscus van Sales. Ondanks de moeilijke omstandigheden en grote tegenwerking bleef hij geloven dat de Oblaten ergens anders in de wereld het woord van FvS zouden verkondigen. En hij heeft gelijk gekregen. Hij was gewaardeerd door zijn beide congregaties. Op 12 oktober 2012 is hij zalig verklaard.

Na de film over zijn leven hebben we groepjes gevormd en gepraat over de laatste 1000 da- gen van ons leven, naar aanleiding van het schrijven van Annie van de Heerenbeek. Welke bagage neem ik mee de laatste 1000 dagen… Wat willen we meenemen, wat willen we doorgeven, wat en wie willen we vergeten en vergeven. Wat wil ik vasthouden en loslaten. Er ontstond een levendige discussie. Onze bevindingen wer- den tijdens de Eucharistieviering in de kerk voorgelezen.

Wat erg belangrijk is, is liefde, een mens naast je, familielid, vriend, gelijkgestemde. Ook hoop en geloof spelen een grote rol. Ook hoopvolle zorg voor de toekomst voor de komende generaties, zorg om onze aarde zo goed mogelijk achter te laten voor onze kinderen, kleinkinderen en diegenen die nog na ons komen. Maar die zorg kunnen we uiteindelijk uit handen geven. Dan blijft nog geloof in een goede toekomst.

Na de lunch was er tijd om met elkaar te praten of een stukje te wandelen. Daarna had Kees nog een paar mededelingen. Onder andere over de site van de Oblaten en de nieuwe beheerders Loes en Belinda. Super dames! Over de reis van Wim van Rooden naar zijn missiepost in Brazilië . Wijnand van Wegen vertelde in het kort over zijn verblijf in Zuid Afrika. 27 Januari is er weer een Frans van Sales familiedag. Om 15 uur begon onze H. Mis waar we dankbaar aan deelnamen. En daarna restte nog het afscheid en ging iedereen vol positieve gedachten op weg naar huis. Het was mooie, waardevolle en warme dag. Bedankt daarvoor! Dank aan de organisatoren en alle aanwezigen.

Ania Hillebrandt

Eigenzinnig

In oktober waren Riky en ik na 13 jaar weer op vakantie in Zeeland. Ditmaal niet op fietsvakantie maar met een georganiseerde busreis. Vanuit ons hotel in Aardenburg op Zeeuws-Vlaanderen maakte we diverse uitstapjes, ook naar andere delen van Zeeland, zoals Tholen, Walcheren en Zuid-Beveland. Ook het Visserijmuseum in Breskens, gevestigd op de bovenverdieping van de voormalige vismijnafslag bij de haven, stond op het programma. Een tweetal medewerkers van dit museum gaf ons daar een rondleiding. Ik was heel benieuwd of in dit museum iets nog herinnerde aan die in 2017 op 91-jarige leeftijd overleden pastoor van de Sint Barbarakerk, Omer Gielliet.

Wij mochten hem in 2010 ontmoeten en hebben hem toen uitvoerig gesproken. Een van de gidsen wist te vertellen dat het museum in het bezit was van een hoofd van klei van Omer en dat aan de haven een door hem gemaakt kolossaal beeld van 3.50 meter stond met als titel de Wachters van de Schelde. Hij typeerde Omer als een eigenzinnige pastoor, die erg gezien was en heel populair bij de bevolking.

Wij vonden al snel het beeld van deze priester, kunstenaar, schrijver, dichter, filosoof, milieuactivist en vluchtelingenhelper en togen toen naar de haven. En daar stond dan zijn Wachters van de Schelde. Over de vervuiling van de Schelde mocht van Omer namelijk nimmer gezwegen worden. Wij moeten een strijd blijven voeren tegen het gevestigde bestaan, waarbij de vervuiling van de natuur een grote plaats inneemt. Er moest, aldus Omer, weer vriendschap komen tussen mens en natuur.

Bij dit in 1990 geplaatste kolossale beeld stond de tekst:

Horen, zien en niet zwijgen
Roepen, ruiken, huilen desnoods
Nadenken
Zoeken wat verloren is
Redt de Schelde.

Had Omer nu nog geleefd dan zou hij zich volgens mij zeker hebben aan- gesloten bij de Christian Climate Action, de christelijke variant van Extinction rebellion. Deze beweging staat voor geweldloze directe actie en open- bare getuigenissen rondom de klimaat- en ecologische crisis. Ons geloof is volgens Omer een actief en deelnemend geloof. We zijn geroepen om deel te nemen aan de vernieuwing van Gods schepping. Trouw zijn aan God is een reis die soms betekent dat we de regerende autoriteiten niet kunnen volgen.

Omer Gielliet was een opvallende verschijning, niet passend in het gewone plaatje, een bijzondere priester, een toch wat excentrieke pastoor, wars van regels. Met grote regelmaat durfde hij zijn hoofd boven het maaiveld uit te steken, af te wijken van gebaande paden en op zijn eigen gevoel af te gaan. Hij had lak aan structuren. Hij verfoeide de kerk als systeem en was van mening dat de mensen daardoor misvormd werden.

Van een pastoor verwacht je ook niet dat hij zich daadwerkelijk inzet voor de opvang van vluchtelingen. Is dat niet een taak die je moet overlaten aan de wereldlijke macht? Omer vroeg zich dat niet af. Hij trok zich het lot van deze mensen aan, ook van illegale vluchtelingen, en verleende ze daadwerkelijk onderdak. Het ging hem aan het hart dat zoveel mensen gedwongen zijn hun land te verlaten om elders asiel aan te vragen.

Hij zou graag zien dat kerk en samenleving meer een eenheid was. Hij wilde graag priester zijn zonder grenzen, solidair met mensen en dingen die onze steun hard nodig hebben. Ik voel me, aldus Omer, solidair met alles waar het leven bedreigd wordt. Als ik iets zie of hoor dat niet goed is, voel ik me nogal eens geroepen om er wat voor te doen. Daar maak ik me niet altijd populair mee, maar waarom zou ik bang zijn om mezelf te zijn. God houdt toch van ons, zoals Hij ons geschapen heeft? Zelfs volgens de toenmalige bisschop van Breda, Huub Ernst, moest niemand proberen om Omer Gielliet in een bepaald keurslijf te plaatsen. Dat was gedoemd te mislukken. Van deze eigenzinnige priester-kunstenaar sierde een reliëf van Franciscus van Sales en Johanna de Chantal vanaf 1993 tot en met 2022 de kaft van Salesiaans Contact. Ook nu nog wordt het in de digitale versie ervan gebruikt.

Over het maken van dit reliëf las ik onlangs dat Gielliet in Annecy de mensen hoorde praten over de liefde tussen Franciscus en Johanna. Dat ontroerde hem erg en inspireerde hem tot het maken van een beeld. Hij had wel geworsteld met de opdracht hoe hij Franciscus van Sales met zijn vriendin naast elkaar kon zetten, vervuld van liefde tot God, en tegelijk met een intieme maar ook serene vriendschap voor elkaar. En op dat reliëf beitelde hij de tekst: Dieu est Amour.

Er zouden meer van zulke eigenzinnige mensen moeten bestaan. We hebben ze nodig.

Jan van de Vossenberg

Over God gesproken

Al enkele jaren maak ik deel uit van een leesgroepje, dat zich verdiept in een aantal filosofen. Gewoon vrijwillig, maar niet vrijblijvend. Het valt me op, dat bij de meeste filosofen de vraag naar God steeds weer opduikt. Veel van die denkers proberen God weg te redeneren. Want D(d)eze is niet te bewijzen. Ze krijgen geen grip op Hem. De God van religies is vaak een bron van macht en onmacht. Ik kan me niet aan de indruk onttrek ken, dat God voor het denken van mensen een bijna onoplosbaar probleem is. Maar als het gaat over de oorsprong van de wereld en van leven of over de zin van het leven dan lopen de meningen vaak ver uiteen. Ook in ons kleine leesgroepje. Het gaat van geloven tot twijfelen en van ont- kenning tot onverschilligheid. Het boeiende (want dat is het steeds) ge- sprek daarover heeft aan mij eens de vraag ontlokt: “Als je niet gelooft in God, in welke God geloof je dan niet?”. Naar mijn mening hebben we na- melijk telkens andere beelden van God. God laat zich niet vangen in eenformule of in een door mensen bedacht dogma. Bovendien ligt in elkwoord dat we over God zeggen een heel persoonlijke beleving ten grond- slag. De dichter Bertus Aafjes heeft dit mijn inziens schitterend verwoord in zijn gedicht ‘Godsbegrip’, waar hij over God zegt, dat Deze “een nu, een hier, een altijd soms” is.

Beeld van God
Reeds in het eerste Bijbelboek kunnen we lezen, dat de mens geschapen is ‘naar Gods beeld en gelijkenis’. Zegt dat niet, dat er minstens evenveel beelden van God zijn als er mensen zijn. Mensen zijn geen God, maar beeld van God. Je zou kunnen zeggen, dat iedere mens een tipje van de sluier van het mysterie van God oplicht. Beelden van God zijn ook aan verandering onderhevig.
De Bijbel laat God zien als Schepper, als Bevrijder, als Richting-gever. Soms heeft Hij hele menselijke trek- ken. Hij wordt ‘verbeeld’ als de Wijsheid, maar
soms ook als een strenge, oordelende God. Deze beelden zijn als het ware belevingen van mensen, woorden van mensen, die gebonden zijn aan situaties en aan tijd. Het bijbelse verbod om van God een vast beeld te maken is daarom ook veelzeggend. Denk maar aan het bekende beeld van het gouden kalf, dat ogenblikkelijk een afgod blijkt te zijn. In onze dagen zoeken we telkens weer naar nieuwe beelden. We noe- men God de ‘Eeuwige’, de ‘Barmhartige’, de ‘Levende’. Of we spreken over God als ‘Gij die liefde zijt’, ‘U die mensen geneest’ of ‘die mensen verge- ving schenkt’. Een beeld van God is ‘een altijd soms’. En wat te denken van het beeld van de evangelist Johannes, die God ‘Liefde’ noemt. Dit is geen definitie, maar een levende werkelijkheid, die in alle tijden en in alle situaties een andere verschijningsvorm krijgt. Zo schept ieder mens zich een ander beeld van God. Hét beeld van God is Jezus van Nazareth. Wie Hem ziet, ziet God. Door Hem komt God aan het woord. Zo Vader zo Zoon, als twee druppels water. Jezus: hét beeld van God die mensen nabij is, Die met hen mee-lijdt, Die telkens nieuwe toekomst aanreikt. Elk Bij- belverhaal over Jezus laat een ander facet van God zien: God die altijd ‘groter is dan ons hart’.

Het Godsbeeld van Frans van Sales
Van Frans van Sales is bekend, dat hij in zijn studentenleven in Parijs een diepe geloofscrisis heeft doorgemaakt. Met name de door de Reformatie geformuleerde leer, dat God de mens heeft voorbestemd voor het eeuwig leven of voor de eeuwige verdoemenis heeft hem grote angst opgeleverd. Hij was er letterlijk ziek van, wanhopig omdat hij vreesde dat hij gedoemd zou zijn tot een eeuwig donkere nacht. Hij vertrouwde zijn ‘intiemste gedachten toe aan het geschreven woord. Hij sprak met zijn dag- boek: “Zal ik dan echt beroofd worden van Hem wiens zachte liefde ik zo mild gesmaakt heb en die zich zo beminnelijk aan mij getoond heeft?” ‘(D. Koster, Fran- çois de Sales, blz. 27). Hij overwon deze crisis door zijn gebed bij de Zwarte Madonna. Opnieuw kon hij zich laten inspireren door het ‘Hooglied’ waarin hij de liefde tussen God en de mens bezongen zag. Vanaf dat moment werd zijn geloven in een God, die elk mens liefheeft en nabij is, het fundament voor zijn leven. In al zijn pastorale geschriften legt hij daarvan getuigenis af. Zijn mond is er vol van, zijn hart loopt er van over: God en mens verbonden in een eeuwige liefde. Zijn belangrijkste boek – De Verhandeling over de liefde tot God – is niet voor niets als één persoonlijke lange brief aan Theotimus, aan “de lieve mens van wie God houdt” (Hannemie van Dijck). In dat toch moeilijk toegankelijke werk spreekt hij zijn diepe wens uit om “samen eens aan te komen bij de liefde van God” (van Dijck, blz. 29). Zo wil hij leven, zo wil hij leren. En dat levert hem de eretitel ‘Doctor Amoris’ , ‘leraar van de liefde’ op. Aan ons is het om goede leerlingen van hem te worden.

Wim Holterman osfs