Archief van jaar: 2024

19e zondag

19e Zondag door het jaar

Koningen 19,4-8; Johannes  6,41-51.

 

ELIA EN WIJ

Soms valt het leven zwaar.

Het lijkt een dorre woestijn;

er is geen inzicht en geen uitzicht.

De toekomst lijkt afgesneden,

het verleden zonder zin.

Je hebt zin om je er bij neer te leggen.

Na jou de zondvloed:

dat gevoel overheerst.

Het zal jouw tijd wel duren.

 

Maar wat een geluk heb je dan,

als je engelen van mensen ontmoet.

Mensen die zijn als brood,

die je nieuwe kracht geven,

die solidair met je zijn.

Zij geven warmte en nieuwe energie;

zij zijn levensbrood,

onontbeerlijk en vol levensvitamines.

 

Wij zijn geroepen

om zulke mensen te zijn:

brood voor elkaars leven.

We mogen elkaar aanstoten

om onze weg te vervolgen

en tot een goed einde te brengen:

goed voor mensen

en goed voor God.

 

Wim Holterman osfs

 

 

18e zondag

 

18e Zondag door het jaar

Exodus 16,2-4.12-15; Johannes  6,24-35.

 

BROOD DAT LEVEN GEEFT

Brood is leven en toekomst,
het is kracht en sterkte.
Het is zuurverdiend,
we verslijten er aan.
Maar het staat ook
bij velen van ons
in overvloed op tafel.
Brood is vanzelfsprekend
in onze tijd van welvaart.
En toch: het blijft vragen
om onze dankbaarheid.
Het wordt ons gegeven,
wij mogen het aannemen.
We mogen ervan eten
in verbondenheid met elkaar.
Maar het daagt ook uit
om te delen met anderen:
met mensen die ons lief zijn
maar ook met hen, die -ongekend-
hun hand naar ons ophouden.
Gedeeld brood is teken
van onze liefde voor elkaar,
maar ook van onze zin
voor verantwoordelijkheid.
Jezus is het brood dat leven geeft.
Hij komt als een geschenk van God.
Hij geeft zin en richting aan ons leven.
We mogen delen van zijn woord,
van zijn leven, van zijn toekomst.
Namens God is Hij leven
voor mens en wereld:
zin en uitdaging tegelijk.

Wim Holterman osfs

 

 

Citaat van de maand augustus

In 2018 gaf Hannemie van Dijck haar ‘reisverslag’ door de Verhandeling over de liefde van God uit. Zij nodigt in haar ‘Voorwoord’ uit om deze reis met haar mee te maken en wenst ons een goede reis toe. Ze voegt daar nog aan toe: ‘Moge het overdenken van deze teksten een zegen voor je zijn. Neem eruit mee wat je aan-spreekt, en laat al het andere vallen. Een paar goede zaadjes kunnen genoeg ener-gie geven om voort te kunnen gaan op je eigen weg. Meer heb je niet nodig’.
In ons citaat van de maand willen we de komende tijd een aantal citaten van haar ‘reisverslag’ aan u doorgeven. Hopelijk zijn het voor u goede richtingwijzers.

Augustus 2024
134 2;1
We spreken over God. We spreken niet zozeer over wie hij is in zichzelf, maar kijken hoe hij zich vanuit zijn werken doet kennen.
Wanneer we zien hoe hij kwaadwilligen straft noemen wij hem “rechtvaardig”; als hij de zondaars bevrijdt uit hun ellende “barmhartig”; als hij alle dingen schept, en wonderen verricht “almachtig”; als hij zijn beloften verwerkelijkt, spreken we over “trouw” en als hij alles in een grote orde laat gebeuren, praten we over zijn “wijsheid”, enz.
Naargelang de gevarieerdheid van zijn werken schrijven we hem een grote diversiteit aan volmaaktheden toe. Maar in God is er slechts één volmaaktheid, het eenvoudige “het zichzelf-zijn”. Al wat er in God is behoort tot zijn “Zijn”, zijn wezen. En alle zozeer diverse volmaaktheden die we aan hem toeschrijven, vormen slechts één zuivere en pure eenheid.
Zo zijn er in God niet de onderscheiden volmaaktheden die wij omschrijven, maar is er slechts één algehele volmaaktheid, die boven elke volkomenheid uitstijgt en al deze onderscheiden volmaaktheden in zich omvat.

Salesiaans Contact februari 2023

Beste mensen, leden van de Salesiaanse Familie,

In december van het vorige jaar is ons laatste papieren nummer van Salesiaans Contact verschenen. Om allerlei overwegingen hebben we besloten om voortaan onze Salesiaanse berichten digitaal te verspreiden. We willen die gaan verbinden met onze geheel vernieuwde website (www.oblaten.osfs.nl). Op dit ogenblik is ons dat om technische redenen nog niet gelukt. Omdat we continuïteit belangrijk vinden sturen we u echter toch alvast onze eerste digitale aflevering. Het is onze bedoeling om voortaan elke maand een artikel of een brief van Franciscus van Sales en eventueel nieuws van de Oblaten of van onze Salesiaanse Familie te sturen. Hierdoor hebben we met meer regelmaat (Salesiaans) contact en voorkomen we, dat de hoeveelheid leesmateriaal te veel wordt en het waarschijnlijk niet gelezen wordt.

 

Door de overgang naar een digitale uitgave hebben we helaas afscheid moeten nemen van een aantal vaste lezers. Van veel abonnees hebben we echter hun emailadres gekregen. Daarnaast hebben we de adressen toegevoegd van diegenen, die afgelopen september mee zijn gegaan naar Annecy in de voetsporen van Franciscus van Sales. Vervolgens hebben we een aantal mensen gevraagd of ze belangstelling hebben voor onze periodiek. Mochten er mensen zijn, die dit Salesiaans Contact niet op prijs stellen: laat het ons even weten. Zijn er wellicht mensen in uw omgeving van wie u denkt dat zij toezending op prijs zouden stellen: geef hun mailadres dan a.u.b. aan ons door (wimholterman@oblaten.osfs.nl), zodat wij ook hen kunnen verblijden met ons schrijven.

In deze eerste digitale versie van ons Salesiaans Contact vindt u een artikel van Wil Vos-Post. Voor onze vroegere lezers is zij zeker geen onbekende. Zij vertelt over haar ‘Salesiaanse tuin’, waarin de sneeuwklokjes zich zachtjes laten zien. Zij wenst ons allen zo’n tuin of balkon toe. Daarnaast is er ook ‘Nieuws van de Oblaten’. Voldoende voor deze eerste keer.

 

We wensen u veel leesplezier. Graag tot een volgende ‘Contact’.

Wim Holterman osfs

 

 

Judith de Raat

Per 1 januari 2023 is Judith gestopt als beleidsmedewerker van onze congregatie. Vanaf 2008 is zij voor ons werkzaam geweest. Als bestuur hebben we haar dank gezegd en als blijk van dank en waardering tijdens een etentje haar een kaars met ons embleem overhandigd. Dat de spiritualiteit van Franciscus een licht mag zijn en blijven op haar levenspad. Zolang we nog geen opvolger hebben zal zij de website blijven verzorgen en in noodgevallen mogen we altijd een beroep op haar doen.

Europese Conferentie

Op verzoek van onze generale overste is er op vrijdag 13  en zaterdag 14 januari een overleg geweest in Annecy met 4  Europese eenheden Frankrijk, Oostenrijk-Duitsland, Italië en Nederland. Doel van het overleg was om tot samenwerking te komen. Wij hebben via zoom deelgenomen.

Feest Franciscus van Sales

Zaterdag 28 januari hebben we als Salesiaanse familie het feest van Franciscus van Sales gevierd in Eemnes. We hebben teruggekeken op alle activiteiten die er in het afgelopen jubileumjaar zijn geweest. Er is heel wat tot grote tevredenheid gebeurd en door de inzet van velen is er veel tot stand gekomen. Kortom we mogen in grote dankbaarheid op dit dubbel jubileum terugzien. Heel hartelijk dank aan ieder die op de een of andere manier hieraan heeft bijgedragen. Door de inzet van velen hebben we Franciscus van Sales meer bekendheid gegeven.

Diamanten jubileum Pater Henk van Galen

Donderdag 16 maart 2023  is het 60 jaar geleden dat Henk door Mgr.

Esser osfs samen met Kees Donkers, Sjef Arets en Ko van Geldorp in de Leonarduskerk van Beek en Donk tot priester is gewijd.We willen dit niet ongemerkt voorbij laten gaan.Henk zal op donderdag 16 maart om 11 uur voorgaan in de Annakapel te Wijbosch in een eucharistieviering uit dankbaarheid, daarna zetten we het feest verder in Restaurant “de Rooise Boerderij “.

 

 Kees Jongeneelen osfs

 

NIEUWE TREND

Ik wordt wakker in een diepe stilte. Eindelijk. Die vreselijke wind, die al dagenlang mijn huis geselde is gaan liggen en de regen, die vrijwel onophoudelijk tegen de ramen kletterde en die de percelen, gelegen achter mijn woning in een moeras deed veranderen, is opgehouden. Als ik de gordijnen openschuif zie ik voor het eerst sinds tijden een strakblauwe hemel, van waaruit de zon, zij het nog wat aarzelend, haar winterse stralen over onze kletsnatte polder laat gaan. Dit is geen dag om binnen te blijven zitten, deze dag nodigt ertoe uit om eindelijk eens al dat eikenblad, dat mijn gehele gazon bedekt en dat hoog opgewaaid ligt  in hoeken en gaten, te verzamelen en af te voeren. Een heerlijke klus op deze verkwikkende winterdag.

En zo ga ik, gewapend met kruiwagen, container, bladhark en bezem aan de slag. Ik hark alsof mijn leven ervan afhangt en dan ineens zie ik ze tussen het gras: de nog hele kleine puntjes van de sneeuwklokjes.  Mijn hark valt stil bij het ontdekken van deze allereerste tekenen van een nieuwe lente, dat voortkomt uit hele kleine bolletjes. Bolletjes, die echter wel beresterk zijn. Jaar in jaar uit vertoeven ze hier al onder de grond  en laten ze zich nergens door uit het veld slaan. Niet door hitte, niet door droogte, niet door overvloedig water, niet door extreme kou, zelfs niet door wroetende mollen. Wat voor omstandigheden dan ook: elk jaar tegen het eind van januari spreiden zij voor even in alle eenvoud hun prachtige klokjes ten toon.

Ik heb iets met die sneeuwklokjes. Hun komst gaat niet  gepaard met trompetgeschal, zoals bij narcissen en ze trekken ook niet alle aandacht middels bonte kleuren, zoals de tulpen (alhoewel ik die bloemen ook heel mooi vind).  Nee, heel in stilte en eenvoud weten zij zich elk jaar weer te ontworstelen aan die donkere aarde, strekken ze  zich meer en meer uit naar het volle licht en weten ze in al hun bescheidenheid de dorre wintertuin om te toveren tot een adembenemend wit paradijs. Ze zullen de tuin nooit op een agressieve manier in bezit nemen, zoals bijv. Duizendblad dat doet.  Toch weten ze zich elk jaar wat verder te verspreiden in het gras en onder bomen en struiken. Ze zullen zich nooit verheffen, steken dan ook niet overal bovenuit, alhoewel, in het grasveld durven ze hun  klokjes toch wel boven het maaiveld uit te steken. Klokjes, nederig naar de grond gebogen, zachtjes meedeinend in de wind, maar ook standvastig eventuele stormen trotserend. En als je luistert met je hart, kun je ze zelfs heel zachtjes horen klingelen.

Terwijl ik zo met die stilgevallen hark in mijn handen sta, realiseer ik me ineens, dat deze klokjes eigenlijk veel in zich meedragen van wat Franciscus van Sales ons meegeeft in zijn spiritualiteit. Als wij ons binnen onze kring buigen over zijn teksten, klinkt nogal eens de verzuchting, dat we die best wel moeilijk vinden. Het kost soms heel wat moeite, om te begrijpen wat hij nu eigenlijk wil zeggen. Maar kijkend naar dat prille begin van die bloempjes, vallen vele stukjes zomaar op hun plek. Wat Frans ons mee wil geven is niet te hoog, niet te ver. Het is te ontdekken in de wereld om ons heen, in de natuur, in onze omgang met elkaar, kortom, het voltrekt zich in ons eigen

leven. In dit geval in mijn eigen tuin!  Een tuin, die met al die “deugden” van de sneeuwklokjes eigenlijk wel het predicaat “Salesiaanse tuin” verdient.

Ik kijk eens wat verder om mij heen. Naast mijn waterput  ontdek ik het  nu nog levenloze polletje Brandende Liefde, ooit gekregen als zaadjes tijdens een Salesiaanse familiedag. Het vergt wat geduld, maar er komt een dag, dat deze plant, evenals zovele andere planten en struiken, optimistisch haar vrolijke bloemenpracht weer ten toon zal spreiden. En dan voel ik het opkomen, diep in mij. Dat verlangen om mijn fuchsia’s weer uit de winterstalling te halen. Om weer aan de slag te gaan in mijn kas.  Om weer eenjarigen te zaaien, die mijn tuin hopelijk ook deze zomer weer zullen verrijken met hun vele  kleuren  en geuren waar ik zo blij van wordt. Al die vele bloemen, die weer zullen groeien en bloeien op de plaats waar ze worden geplant en die mijn tuin tot een oase maken, te midden van die complexe wereld om ons heen. Een tuin waarin ik mag werken en waarin ik tot rust mag komen. Een tuin om in stilte van te genieten, die uitnodigt tot mediatie, maar waar ook plaats genoeg is om velen in vriendschap te ontmoeten. Zo’n tuin wens ik iedereen toe!

Ik zie het al voor me in de bladen: DE ALLERNIEUWSTE

TREND……EEN SALESIAANSE (PLUK)TUIN/BALKON. Zo’n tuin/balkon wens ik iedereen toe.

Dan ineens een koude windvlaag en sta ik weer met beide benen in mijn wintertuin tussen het afgevallen eikenblad. Maar diep in mij  die aangloeiende vonk van ontluikende lente. Met nog meer energie richt ik mij weer op mijn hark.

Wil Vos – Post

 

17e zondag

17e Zondag door het jaar
Johannes 6,1-15.

LEVEN IN OVERVLOED

Vijf broden en twee vissen:
meer dan genoeg voor vijfduizend.
Op initiatief van Jezus
is er leven in overvloed.
Het is niet te koop,
nog voor geen goud.
Het is er alleen,
als mensen durven delen,
als ze zich durven toevertrouwen
aan elkaar,
als het mijn en het dijn
verandert in ‘samen’.
Het wonder ligt niet in de verzadiging,
maar in het geloof in mededeelzaamheid.

Leven in overvloed:
het is een beeld van het Rijk Gods.
Er is genoeg voor iedereen.
Er is zelfs over voor wie niets heeft.
Het lijkt een toekomstdroom,
iets wat nog niet kan,
zelfs niet tweeduizend jaar later.
En toch: het ideaal blijft.
Het is de moeite waard
om ons daarvoor te blijven inzetten.
Want delen is leven.
Waar niet wordt gedeeld,
is het geen leven, voor niemand.
Daarom: deel en leef in overvloed
in Gods naam.

Wim Holterman osfs

Salesiaans Contact juli 2024

Terugblik op een rijk feest

 Je bent een bofkont als je rond je negentigste je 65-jarig priesterjubileum mag vieren. Omdat je het – wegens de spreiding van degenen die je nabij en dierbaar zijn – op diverse plaatsen wilt en kunt gedenken, raak je in  een soort achtbaan: van hot naar her; overal vriendelijke en welwillende mensen, die op velerlei manieren met je lange leven verbonden zijn. Elke oogopslag, iedere handdruk roept eigen en unieke herinneringen op. Deze kers op de taart is zo mogelijk nog lekkerder en verrassender dan de rest van je bestaan tot-nu-toe. Laat ik er een paar bijzondere punten uitlichten.

21 februari: de wijdingsdag

De datum viel dit jaar daags vóór de donderdag, mijn wekelijkse “vaste beurt” voor de eucharistische viering in onze huiskapel.

De Fraters, mijn bonus-medebroeders, hadden het sober gehouden. De bijbehorende borrel dronken we op een geschikter, maar later moment. In aanmerking genomen dat ook de wijding in 1959 in kleine kring plaatsvond ergens in de vastentijd, viel hier goed mee te leven…

28 februari/1 maart: Oblatenbijeenkomst

De regie van het jubileum met de Oblaten-medebroeders en een selectie uit de Salesiaanse Familie een week later was in handen van Kees en “zat dus wel goed”. Als twaalf Apostelen en Apostelinnekes waren we hartverwarmend bijeen rond het eenvoudige altaar en de rijkgevulde dis in Rooij. Wat de viering betreft had ik alles naar eigen inzicht in elkaar gezet. Het thema greep alvast vooruit op 21 april, de slotviering in de kerk van Millingen, die zou vallen op de zondag van de Goede Herder, Roepingenzondag. Op de kaft van het boekje was het hierbij afgebeelde glas-in-loodraam te zien, met als onderschrift Zorgzaam en strijdbaar.

Een thema om over na te denken, wat we samen dan ook deden.

Ook de eerste lezing, genomen uit de Strijdschriften van Frans van Sales, liet een voor sommigen van ons toch wel verrassende kijk doorklinken op wat volgens hem een pastoor, een bisschop tot een geschikte herder maakt en geen “stuk onbenul”. (Zie N.B. onder dit artikel.)

21 april: parochieviering

Zoals bij elk van de eerder gevierde jubilea vond ook deze keer het hoogtepunt plaats in de monumentale kerk van Millingen, ruim een eeuw geleden gebouwd om 1100 gelovigen te kunnen herbergen. Dat aantal werd bij elk jubileum kleiner; deze keer zullen er tussen de 200 en de 250 mensen meegevierd hebben, voor een groot deel familie en vrienden van buiten de parochie. Ik had bewust gekozen voor een viering met het “gelegenheidskoor”, een fenomeen van de laatste jaren, waar ik met veel optimisme en hoop tegenaan kijk en wat maakt dat ik  b l ij f  geloven dat we samen deze moeilijke tijd gaan overleven.

Ter afsluiting nog een kijkje in de genoemde kerk, die mij als mijn doopkerk erg dierbaar is.

De kerk in Millingen tijdens de viering van 21 april 2024 – Foto Erik Hell

Met dank aan allen die hebben bijgedragen,


Willem Spann osfs

N.B.  Mijn preek van 28 februari is ter beschikking; stuur een mailtje naar: w.spann@outlook.com

 

WWW.OBLATEN.OSFS.NL

Tijdens een vergadering van de werkgroep spiritualiteit kwam de vraag aan de orde wie er de werkzaamheden voor wat betreft de website op zich wilde nemen.  Tot dan toe werd dit gedaan door Judith en daarna moesten wij onze artikelen naar het bedrijf dat de website gebouwd heeft sturen, zodat zij het voor ons konden plaatsen. Dit is natuurlijk niet alleen duur maar ook erg omslachtig. Als organisatie wil je dit graag zelf in handen hebben. We hebben geprobeerd onder de leden van onze Salesiaanse familie iemand te vinden die dit zou willen doen, maar dat is helaas niet gelukt. Dus heb ik het besluit genomen om het te gaan proberen, gelukkig vonden we wel iemand die het samen met mij op wilde gaan pakken, Belinda Huiden.

Ondertussen zijn we al even onderweg met dit avontuur, maar toch komen we nog wel wat beren tegen op onze digitale snelweg.

We hebben een korte instructie gekregen van iemand van het bedrijf, maar met die aanwijzingen en uitleg op papier komen we er toch nog steeds niet helemaal uit. Ook de telefonische helpdesk biedt niet voldoende ondersteuning. Bepaalde artikelen op de website plaatsen, lukt wel, maar het komt lang niet altijd op de plaats waar we het in gedachten hadden.

Het blijft steeds weer spannend, met de laptop op de strijkplank het artikel plaatsen en dan op de PC kijken of het er inderdaad ook staat. Helaas is dat lang niet altijd het geval. Soms staat het heel ergens anders, en daar kom je dan pas veel later achter. We moeten dus niet alleen oefenen met het plaatsen op de website maar vooral ook geduld oefenen, een Salesiaanse deugd.

Maandag 8 juli gaan Belinda en ik naar Weert naar de website bouwers om daar een duidelijke uitleg te krijgen en ook om het één en ander zelf te proberen; we hebben onderhand al een aardige lijst met artikelen van vooral het Salesiaans Contact die nog geplaatst moeten worden, dus wie weet, oefening baart kunst.
We hebben er alle vertrouwen in dat het goed gaat komen, het versturen van het digitale Salesiaanse Contact is tenslotte ook gelukt.      Ook zouden we het leuk vinden wanneer u, als u de website bezoekt, ons opbouwende kritiek geeft. Staat er iets op dat u vreemd vindt of mist u iets, laat het maar horen en dan kunnen wij kijken of en wat we eraan kunnen doen.

Ondertussen blijven we proberen om de website levendig te houden, zodat elk bezoek van u een verrassing in petto heeft.


Loes Wiggerts

Visitatie van onze Generale Overste pater Barry Strong aan onze Nederlandse Communiteit.

Op woensdagmiddag 29 mei arriveerde onze generale overste vanuit Rome via Schiphol per trein in Eindhoven. Samen met Annerie Arets, lid van onze Salesiaanse familie, hebben we hem daar afgehaald. Die  middag en avond hebben we samen gesproken over de situatie in de Nederlandse kerk en de stand van zaken binnen de Conferentie van de Nederlandse Religieuzen (KNR). Donderdagmorgen rond 10 uur waren alle leden van de communiteit in Sint Oedenrode. Na samen koffie gedronken te hebben stapten we in de auto voor de Eucharistieviering bij de Zusters in Schijndel. We werden daar hartelijk begroet door de algemene overste zuster Agnes Vos. Na de eucharistieviering samen met de zusters zijn we via de Gemondseweg langs ons oude huis, Salesianum, teruggereden naar Sint Oedenrode waar we bij de Rooise Boerderij heerlijk hebben gegeten. Na de middag kreeg ieder lid van onze gemeenschap de ruimte om iets over zichzelf en over onze Salesiaanse familie te vertellen. We hebben Barry Strong ook vol belangstelling gevraagd naar allerlei ontwikkelingen binnen onze congregatie. Het was een levendige uitwisseling van allerlei zaken. Ondanks ons gebrekkig Engels lukte het ons aardig om het gesprek op gang te houden.

Na een gezamenlijk ontbijt op vrijdag 31 mei hebben we samen gekeken naar de PowerPointpresentatie ‘Het erfgoed in onze handen’. Deze was door pater Barry gemaakt als bezinning voor de opening van het 21e Algemene Kapittel van onze Congregatie dat gehouden wordt van 15 – 27 juli in Annecy (Frankrijk). We hebben daarover uitgebreid met elkaar van gedachten gewisseld. De strekking van deze presentatie is: wij als Oblaten zullen onze spiritualiteit moeten doorgeven en levend houden. De bedoeling is dat het kapittel verloopt op de wijze van het synodale proces. Het is eerder een bezinning op ons leven als Oblaten dan een aantal besluiten nemen en daarna we weer naar huis gaan, zo van ‘het zit er weer op voor 6 jaar’. De bedoeling van de Generale Overste en zijn bestuur is dat het kapittel dóórgaat, dat het een proces op gang zet in heel de congregatie. Aan de presentatie en de gedachtewisseling daarover was duidelijk te merken dat Barry dit zeer ter harte gaat. Hij heeft er zijn hele hart en ziel ingestopt.
Om half twaalf hebben we zijn bezoek afgesloten met de viering van de eucharistie waarin pater Barry voorging. Na de lunch heb ik hem in Den Bosch op de  trein gezet naar Amsterdam. Het was een goede visitatie. We kijken er met volle tevredenheid op terug.
Datzelfde geldt ook voor onze generale overste die in de Nieuwsbrief van juni aan heel onze congregatie het volgende schreef:

Bezoek aan de Nederlandse Communiteit

Op 30 en 31 mei ontmoette de algemene overste de leden van de Nederlandse communiteit. We hadden een heerlijke tijd van samen delen en broederschap tijdens een formele bijeenkomst waarin de visie van de Stichter voor zijn congregatie werd behandeld, maar ook aan de tafels van de eucharistie en de gezamenlijke maaltijden.

Hoewel de voormalige provincie is beëindigd, blijven deze Oblaten grote belangstelling tonen voor de zaken van de congregatie en blijven ze zich inzetten voor haar toekomst. Daar ontstond het idee om dagelijks een samenvatting van de activiteiten van het Algemene Kapittel via e-mail te verspreiden, zodat degene die niet lijfelijk op het kapittel aanwezig zijn toch op de hoogte kunnen blijven van de gang van zaken.

Ze zijn blij met de jarenlange leiding van pater Kees Jongeneelen als plaatselijke coördinator. Tijdens de laatste vergadering van het generale bestuur werd pater Kees met ingang van augustus voor nog eens vier jaar benoemd als coördinator. Als reactie schreef hij: “Ik wil doen wat ik kan voor mijn medebroeders en onze Salesiaanse familie om de Salesiaanse spiritualiteit levend te houden en uit te dragen in verbondenheid met onze Congregatie, die mij zeer dierbaar is.”
Hoewel klein in aantal, zijn alle leden van de Nederlandse communiteit ware en trouwe Oblaten.


Kees Jongeneelen osfs

 

 

 

16e zondag van het jaar

16e Zondag door het jaar

Marcus 6,30-34.

 

IN DE STILTE

In de stilte breekt ons leven open.

We krijgen zicht op wie we zijn.

Er is oog voor het goede in ons.

Het krijgt er voeding en groeikansen.

We vinden vrede met onszelf,

we hervinden onze plaats in de wereld.

Er kan een harmonieus gevoel groeien,

omdat we ons verbonden voelen

met de wortels van ons bestaan.

 

In de stilte van ons alleen zijn

krijgen we ook onze gebreken onder ogen.

We ervaren, dat leven niet altijd goed is.

We voelen, dat we ménsen zijn.

Ondanks onze beste bedoelingen

komen we niet toe aan ons levensdoel.

Het is goed om dat in te zien.

het kan nieuwe energie geven

om ons leven te hernemen,

om nieuwe wegen in te slaan.

 

In de stilte kan in ons het besef ontstaan,

dat we mens voor mensen, en mens van God zijn.

We kunnen bij onszelf thuis komen

en voor anderen een veilig onderdak worden.

In de stilte ontstaat er ruimte voor onszelf

en ruimte en oog en hart voor anderen.

Er kan kracht groeien om te blijven werken

aan een menswaardige en rechtvaardige wereld.

Want in aanleg zijn  we herders en hoeders

voor elkaar.

 

Wim Holterman osfs

 

 

 

 

Augustus 2023

AUGUSTUS   2023

VOORWOORD
In deze vakantiemaand vragen we even van uw tijd om ons ‘Contact’ te onderhouden. Graag willen we u laten delen in ons dankwoord aan Bert Post. Dank spreekt ook onze medebroeder Willem Spann uit bij gelegenheid van zijn 90ste verjaardag. Zelf heb ik wat gemijmerd rond het thema ‘bidden’. Graag wens ik u veel leesplezier.

 BERT, BEDANKT…

Op woensdag 26 juli togen Kees Jongeneelen en ondergetekende naar Noorden. Voor ons, Oblaten, een bekende stek. Hier was onze medebroeder Dirk Koster jarenlang pastoor en daar heeft hij ook zijn laatste rustplaats gevonden. Zelf kom ik er nog met een zekere regelmaat als we samenkomen met onze Salesiaanse Kring Noorden-Amsterdam. Het dorpje Noorden is een parel, die schittert aan de paradijselijke Nieuwkoopse Plassen. Het doel van onze reis was dit keer Bert en Greetje Post. We werden zoals altijd gastvrij ontvangen in hun huis, schitterend gelegen aan het water met een geweldig ruimtelijk vergezicht. Echt een paradijs.

Met name Bert heeft een lange geschiedenis met ons, Oblaten. Bij gelegenheid van het 125 jaar bestaan van de Oblaten  – 1999 – werd Dirk Koster gevraagd om een biografie van Franciscus van Sales  te schrijven. Hij vroeg Bert Post om de lay-out en de uitgave te verzorgen. Bert deed dit geheel belangeloos. Hetzelfde gold voor de uitgave van het ‘Boekje Open’, dat verscheen bij gelegenheid van het feit, dat de Oblaten 75 jaar in Nederland gevestigd waren. Later – we schrijven 2007 – schreef Dirk Koster een biografie over Louis Brisson, onze Stichter, bij gelegenheid van zijn 100ste sterfdag. En weer was Bert Post bereid om die uitgave te verzorgen en uit te geven. U raadt het al: geheel belangeloos. In datzelfde jaar – 2007 – waren wij, Oblaten, op zoek naar iemand die de uitgave van ons kwartaalblad Salesiaans Contact wilde vormgeven, contact met de drukker onderhouden en zorgen voor de verzending. Opnieuw was Bert bereid. Hij heeft dit met grote nauwkeurigheid, vakbekwaam en met liefde gedaan tot en met 2022. Dat betekent 15 jaar lang, 60 nummers!

In 2021 gaf Bert aan, dat de steeds terugkerende druk gezien zijn leeftijd wel wat hoog werd en dat hij wilde stoppen. Maar hij liet ons niet in de steek. Ook de jaargang 2022 heeft hij nog verzorgd totdat wij zover waren om over te gaan naar een digitale uitgave van ons blad.

Namens de Oblaten en namens alle lezers van Salesiaans Contact hebben we Bert als teken van onze grote dankbaarheid een mooie kaars aangeboden met het embleem van ons blad. Met een lunch in het door Bert en Greetje zelf uitgekozen restaurant ‘De Watergeus’ hebben we afscheid van hen  beiden genomen. En Bert zou Bert niet zijn, als een van zijn laatste woorden ten afscheid niet zouden zijn: “Als ik nog eens iets voor jullie kan betekenen dan laat het maar weten”.

Bert,  voor jouw inzet in al die jaren en voor de fijne samenwerking, namens de Oblaten en iedereen die van jouw werk heeft mogen genieten: BEDANKT!!!

Wim Holterman osfs

 

“DANKBAARHEID HAD DE BOVENTOON”

 Dit zinnetje uit het vorige nummer van Salesiaans Contact riep een recente belevenis bij mij op. Net als de drie medebroeders in het bewuste artikel had ik iets te vieren: mijn 90ste verjaardag. Dat heb ik o.a. in Sint-Oedenrode met de overige Nederlandse Oblaten gedaan en ik mocht voorgaan in de H. Mis. En net als zij wist ik geen betere omschrijving voor mijn gevoelens te vinden dan juist weer die dankbaarheid. Ik heb dat in onze viering als volgt onder woorden gebracht (ik kort het geheel wat in).

“Vol  d a n k b a a r h e i d  wierp de genezen melaatse zich voor Jezus’ voeten neer” (Lukas 17). Deze zin uit het Evangelie van zojuist leek me een duidelijk trefwoord, een mooi thema ook om over te preken. Toch vond ik, toen ik eenmaal wat verder ging graven, nergens in de bekende lijstjes van deugden die dankbaarheid terug: niet in de hoofdstukjes van de Inleiding, niet in die van Jeanne in haar getuigenis, niet in de theologische samenvatting die gemaakt is over de Salesiaanse leer! Zelfs het rijke wereldwijde web bracht geen uitkomst. Had dan nóóit iemand de deugd van dankbaarheid als voorwerp van studie aangepakt?

Een beetje ten einde raad, pakte ik het boekje van François Corrignan “Een weg ten leven” uit de kast … en vond daar de dankbaarheid terug, maar op een andere plaats dan ik verwacht had. Houd even voor ogen, dat de auteur de leer van Frans beschrijft als een “weg” die je moet gaan. Het eerste kenmerk van die weg is nu, dat hij begint bij het innerlijk van de mens en (dat is het tweede kenmerk) door de rede wordt geleid. Maar dán komt waar het hier om gaat: je hebt als derde kenmerk “een wakker geheugen” nodig, dat overvloeit van diepgaande herinneringen, afkomstig uit allerlei bronnen. Genoemd wordt hier dan allereerst de Bijbel, met zijn lofpsalmen over Gods grote daden, met het verhaal over Maria die alles in haar hart bewaarde en met het testament dat Jezus in de Eucharistie (= dankzegging!) naliet “om niet te worden vergeten”.

Corrignan gaat vervolgens diep in op de talrijke pogingen die Frans doet om geheugenverlies bij zijn vromen te bestrijden. Hij citeert daarbij uitvoerig uit de overwegingen die onze heilige voor hen heeft geschreven: korte, boeiende teksten, die telkens uitlopen op uitdrukkelijke dankbetuigingen aan God. Hier vallen de beeldende woorden “vriendschappelijke knipoogjes van God”, die beantwoord worden door uitingen van “erkentelijke wederliefde”. Dat we in die teksten vaak Paulus tegenkomen, in wiens brieven regelmatig uitspraken staan als deze: “Ik dank mijn God telkens als ik u gedenk”, zal niemand verwonderen. Hoewel het me een beetje verrast, dat in diens opsomming van de vruchten van de Geest uitgerekend de dankbaarheid niet wordt genoemd!

Als u me nog niet moe bent, hier nog enkele gedachten die ik elders vond plus een visuele bijdrage, geplukt van Wikipedia.

Mag ik Marcus Tullius Cicero geloven (en waarom zou ik níet?), dan is filosofisch bezien dankbaarheid “de moeder van alle deugden”. Ik heb dat overigens gelezen bij de hedendaagse filosoof Bohlmeijer, die ook vindt, dat het hier om een “ietwat ondergewaardeerde deugd” gaat, waaraan volgens hem velen “alsmaar meer nood hebben”.

Guido Gezelle, die het allemaal wat poëtischer zei, schreef dit: “Dankbaarheid is een bloemke / dat in weinig hoven bloeit”. Daarop aanhakend, zou je iets van deze deugd kunnen herkennen in het “vergeet-me-nietje”. Een bosje van die bloemen, zoals je ze kunt vinden in het bos, druk ik graag hierbij voor u af, in dank voor uw geduld om te blijven lezen!

 Willem Spann.

DE ‘HARTS-TOCHT’ VAN ONS BIDDEN

Verheft uw hart…
In elke eucharistieviering horen we kort voor het Grote Dankgebed: ‘Verheft uw hart’. En we antwoorden bijna automatisch: ‘We zijn met ons hart bij de Heer’. Woorden die veel zeggen over ons bidden. ‘Ons hart verheffen’: dat is opstaan, ons leven op een hoger plan brengen, richting de Levende. Het is de diepte ingaan, zoeken naar stilte, woorden vinden achter de werkelijkheid. Biddend verleggen we ons centrum naar de kracht die ons draagt, die ons inspireert en die ons gaande houdt. We bewegen ons naar God, die ‘groter is dan ons hart’. We zoeken contact met het ‘Hogere’ of we sluiten de Levende in ons hart. Ons hart bij de Heer laten zijn is niet vanzelfsprekend en lang niet altijd gemakkelijk. Want er is zoveel om ons heen waar ons hart gemakkelijker naar uitgaat. De leerlingen van Jezus wisten dat als geen ander. Vandaar hun vraag: ‘Heer, leer ons bidden’. Wij mogen die vraag ons leven lang met ons meenemen. Hopelijk voelen we ons blijvend leerling in de leerschool van het bidden.

In de stilte van het hart…
Henri Nouwen zegt ergens over bidden: ‘Het is zo moeilijk stil te zijn, stil met mijn mond, maar nog meer: stil met mijn hart’. Deze meester in de spiritualiteit geeft daarmee duidelijk aan dat bidden niet vanzelfsprekend is. Het vraagt van ons om de stilte in te oefenen, te trainen. Het is ons leren afsluiten van wat ons bezighoudt. Niet als een vlucht, maar als een poging om dichter bij onszelf te komen, om ruimte te scheppen voor een andere Stem. In de stilte van ons hart horen we het geluid van de liefde voor de mens naast ons: hoe we bijna goddelijk met elkaar verbonden zijn. In die stilte kunnen de woorden van de profeet Samuel de onze worden: ‘Spreek, Heer, uw dienaar luistert’. Horen met je hart is voorbijgaan aan alle vluchtigheid en je verbonden weten met Degene die goede woorden spreekt, verbonden ook met allen die samen met ons ‘hun hart verheffen’ tot de Eeuwige.

Met woorden van ons hart…
Terwijl het kerkbezoek slinkt zien we in veel kapelletjes en in stiltecentra talloze kaarsjes branden. We kunnen er lezen in een intentieboek: hartenkreten van mensen. Beden om genezing, om kracht, om ‘een goede uitslag’. Lezend in zo’n boek sluiten we ons biddend aan bij de opgeschreven woorden.  We voelen ons solidair met de ‘bidder’ of we maken de geschreven woorden tot de onze. In ons bidden zoeken we naar woorden, die zeggen wat er met ons is: ons diepste verlangen, onze scherp gevoelde pijn, ons gemis van een geliefd mens, onze vraag om gezondheid en geluk. Soms zijn het flarden van woorden, die uitdrukking geven aan onze dankbaarheid of aan ons zoeken naar inspiratie. Biddend zoeken we naar omvorming van ons leven, naar nieuwe toekomst voor onszelf en voor anderen. Ons bidden is wereldwijd: voor mensen in armoede om een rechtvaardiger verdeling van goederen, voor mensen in oorlog om eindelijk vrede, voor mensen die opkomen voor een duurzame wereld, voor mensen die hunkeren naar liefde en geluk. We bidden, dat wij zulke mensen mogen zijn (worden).

Met de ogen van ons hart…
Ik herinner me nog heel goed het beeld van Paus Franciscus: alléén op het immense Sint Pietersplein, een nietige figuur in de regen, het plein leeg door corona, biddend om zegen ‘Urbi et Orbi’, voor de stad en voor heel de wereld. Een beeld dat me raakte in mijn hart. Een beeld van authenticiteit en van bewogenheid om mens en wereld. Een beeld dat me mee doet zingen: ‘Ik sta voor U in leegte en gemis’. Een lied recht uit het hart.
Ik zie het beeld van een jonge moeder met haar pasgeboren kind op haar arm. Ze kijkt er naar met de ogen van haar hart. Die ogen spreken van onuitsprekelijke dankbaarheid maar ook van een hartenkreet om een goede toekomst voor haar kind. Een toekomst waar we allemaal biddend naar mogen uitzien. Bij mij komt dan het bekende gedicht van Guido Gezelle te binnen: ‘Als de ziele luistert spreekt het al een taal dat leeft’. Met de ogen van ons hart mogen we met hem mee zien: de ritselende bladeren aan de bomen, de onstuimige golven van de rivier, de fluisterende wind en de witte wolken. Alles wat leeft spreekt tot ons in woorden die ons overstijgen.

Van hart tot hart…

Frans van Sales heeft veel geschreven over ‘bidden’. Bidden geeft hem kracht in moeilijke tijden. Hij spreekt er zijn dankbaarheid in uit. Hij raadt ieder aan om te leven in Gods tegenwoordigheid. In zijn ‘Verhandeling over de liefde van God’ spreekt hij zeer behartenswaardige dingen over bidden. Uit alles wat hij erover schrijft blijkt zijn ‘liefdesrelatie’ met God. Zo schrijft hij o.m.: “Als het gebed dus een dialoog is, een intiem gesprek, een gesprek van de ziel met God, dan spreken wij daardoor tot God en God spreekt tot ons, wij verlangen naar hem, wij ademen op hem, en hij ademt op zijn beurt zijn Geest op ons uit en giet die over ons uit” (VI,1). Bidden is voor hem als een gesprek van hart tot Hart, dat getuigt van een intieme relatie. In die geest blijft Frans van Sales een leidsman op onze harts-tocht van het bidden.

Wim Holterman osfs

 

 

November 2023

N O V E M B E R  2 0 2 3

Lieve mensen,
met heel veel plezier bieden wij u ons nieuwe Salesiaans Contact aan. Zelf nodig ik u uit om wat na te denken over ‘God’. Jan van de Vossenberg schrijft over zijn bezoek aan Breskens en over Omer Gielliet. En Ania Hillebrandt brengt verslag uit over de ‘Stichtersdag’ van 14 oktober jl. Hopelijk vindt u opnieuw iets van uw gading.

Wim Holterman osfs

 

OVER GOD GESPROKEN…

De vraag naar God
Al enkele jaren  maak ik deel uit van een leesgroepje, dat zich verdiept in een aantal filosofen. Gewoon vrijwillig, maar niet vrijblijvend. Het valt me op, dat bij de meeste filosofen de vraag naar God steeds weer opduikt. Veel van die denkers proberen God weg te redeneren. Want D(d)eze is niet te bewijzen. Ze krijgen geen grip op Hem. De God van religies is vaak een bron van macht en onmacht. Ik kan me niet aan de indruk onttrekken, dat God voor het denken van mensen een bijna onoplosbaar probleem is. Maar als het gaat over de oorsprong van de wereld en van leven of over de zin van het leven dan lopen de meningen vaak ver uiteen. Ook in ons kleine leesgroepje. Het gaat van geloven tot twijfelen en van ontkenning tot onverschilligheid. Het boeiende (want dat is het steeds) gesprek daarover heeft aan mij eens de vraag ontlokt: “Als je niet gelooft in God, in welke God geloof je dan niet?”. Naar mijn mening hebben we namelijk telkens andere beelden van God. God laat zich niet vangen in een formule of in een door mensen bedacht dogma. Bovendien ligt in elk woord dat we over God zeggen een heel persoonlijke beleving ten grondslag. De dichter Bertus Aafjes heeft dit mijn inziens schitterend verwoord in zijn gedicht ‘Godsbegrip’, waar hij over God zegt, dat Deze “een nu, een hier, een altijd soms” is.

Beeld van God
Reeds in het eerste Bijbelboek kunnen we lezen, dat de mens geschapen is ‘naar Gods beeld en gelijkenis’. Zegt dat niet, dat er minstens evenveel beelden van God zijn als er mensen zijn. Mensen zijn geen God, maar beeld van God. Je zou kunnen zeggen, dat iedere mens een tipje van de sluier van het mysterie van God oplicht. Beelden van God zijn ook aan verandering onderhevig.  De Bijbel laat God zien als Schepper, als Bevrijder, als Richting-gever. Soms heeft Hij hele menselijke trekken. Hij wordt ‘verbeeld’ als de Wijsheid, maar soms ook als een strenge, oordelende God. Deze beelden zijn als het ware belevingen van mensen, woorden van mensen, die gebonden zijn aan situaties en aan tijd. Het bijbelse verbod om van God een vast beeld te maken is daarom ook veelzeggend. Denk maar aan het bekende beeld van het gouden kalf, dat ogenblikkelijk een afgod blijkt te zijn. In onze dagen zoeken we telkens weer naar nieuwe beelden. We noemen God de ‘Eeuwige’, de ‘Barmhartige’, de ‘Levende’. Of we spreken over God als ‘Gij die liefde zijt’, ‘U die mensen geneest’ of ‘die mensen vergeving schenkt’. Een beeld van God is ‘een altijd soms’. En wat te denken van het beeld van de evangelist Johannes, die God ‘Liefde’ noemt. Dit is geen definitie, maar een levende werkelijkheid, die in alle tijden en in alle situaties een andere verschijningsvorm krijgt. Zo schept ieder mens zich een ander beeld van God. Hét beeld van God is Jezus van Nazareth. Wie Hem ziet, ziet God. Door Hem komt God aan het woord. Zo Vader zo Zoon, als twee druppels water. Jezus: hét beeld van God die mensen nabij is, Die met hen mee-lijdt, Die telkens nieuwe toekomst aanreikt. Elk Bijbelverhaal over Jezus laat een ander facet van God zien: God die altijd ‘groter is dan ons hart’.

Het Godsbeeld van Frans van Sales
Van Frans van Sales is bekend, dat hij in zijn studentenleven in Parijs een diepe geloofscrisis heeft doorgemaakt. Met name de door de Reformatie geformuleerde leer, dat God de mens heeft voorbestemd voor het eeuwig leven of voor de eeuwige verdoemenis heeft hem grote angst opgeleverd.Hij was er letterlijk ziek van, wanhopig omdat hij vreesde dat hij gedoemd zou zijn tot een eeuwig donkere nacht. Hij vertrouwde zijn ‘intiemste gedachten toe aan het geschreven woord. Hij sprak met zijn dagboek: “Zal ik dan echt beroofd worden van Hem wiens zachte liefde ik zo mild gesmaakt heb en die zich zo beminnelijk aan mij getoond heeft?”  ‘(D. Koster, François de Sales, blz. 27). Hij overwon deze crisis door zijn gebed bij de Zwarte Madonna. Opnieuw kon hij zich laten inspireren door het ‘Hooglied’ waarin hij de liefde tussen God en de mens bezongen zag. Vanaf dat moment werd zijn geloven in een God, die elk mens liefheeft en nabij is, het fundament voor zijn leven. In al zijn pastorale geschriften legt hij daarvan getuigenis af. Zijn mond is er vol van, zijn hart loopt er van over: God en mens verbonden in een eeuwige liefde. Zijn belangrijkste boek – De Verhandeling over de liefde tot God –  is niet voor niets als één persoonlijke lange brief aan Theotimus, aan “de lieve mens van wie God houdt” (Hannemie van Dijck). In dat toch moeilijk toegankelijke werk spreekt hij zijn diepe wens uit om “samen eens aan te komen bij de liefde van God” (van Dijck, blz. 29). Zo wil hij leven, zo wil hij leren. En dat levert hem de eretitel ‘Doctor Amoris’ , ‘leraar van de liefde’ op. Aan ons is het om goede leerlingen van hem te worden.

Wim Holterman osfs

 Eigenzinnig

In oktober waren Riky en ik na 13 jaar weer op vakantie in Zeeland. Ditmaal niet op fietsvakantie maar met een georganiseerde busreis. Vanuit ons hotel in Aardenburg op Zeeuws-Vlaanderen maakte we diverse uitstapjes, ook naar andere delen van Zeeland, zoals Tholen, Walcheren en Zuid-Beveland.

Ook het Visserijmuseum in Breskens, gevestigd op de bovenverdieping van de voormalige vismijnafslag bij de haven, stond op het programma. Een tweetal medewerkers van dit museum gaf ons daar een rondleiding.

Ik was heel benieuwd of in dit museum iets nog herinnerde aan die in 2017 op 91-jarige leeftijd overleden pastoor van de Sint Barbarakerk, Omer Gielliet. Wij mochten hem in 2010 ontmoeten en hebben hem toen uitvoerig gesproken.

Een van de gidsen wist te vertellen dat het museum in het bezit was van een hoofd van klei van Omer en dat aan de haven een door hem gemaakt kolossaal beeld van 3.50 meter stond met als titel de Wachters van de Schelde. Hij typeerde Omer als een eigenzinnige pastoor, die erg gezien was en heel populair bij de bevolking.

Wij vonden al snel het beeld van deze priester, kunstenaar, schrijver, dichter, filosoof, milieuactivist en vluchtelingenhelper en togen toen naar de haven. 

En daar stond dan zijn Wachters van de Schelde. Over de vervuiling van de Schelde mocht van Omer namelijk nimmer gezwegen worden. Wij moeten een strijd blijven voeren tegen het gevestigde bestaan, waarbij de vervuiling van de natuur een grote plaats inneemt. Er moest, aldus Omer, weer vriendschap komen tussen mens en natuur.

Bij dit in 1990 geplaatste kolossale beeld stond de tekst:

                                Horen, zien en niet zwijgen

Roepen, ruiken, huilen desnoods

Nadenken

Zoeken wat verloren is

Redt de Schelde.

Had Omer nu nog geleefd dan zou hij zich volgens mij zeker hebben aangesloten bij de Christian Climate Action, de christelijke variantvan Extinction rebellion. Deze beweging staat voor geweldloze directe actie en openbare getuigenissen rondom de klimaat- en ecologische crisis. Ons geloof is volgens Omer een actief en deelnemend geloof. We zijn geroepen om deel te nemen aan de vernieuwing van Gods schepping. Trouw zijn aan God is een reis die soms betekent dat we de regerende autoriteiten niet kunnen volgen.

Omer Gielliet was een opvallende verschijning, niet passend in het gewone plaatje, een bijzondere priester, een toch wat excentrieke pastoor, wars van regels. Met grote regelmaat durfde hij zijn hoofd boven het maaiveld uit te steken, af te wijken van gebaande paden en op zijn eigen gevoel af te gaan. Hij had lak aan structuren. Hij verfoeide de kerk als systeem en was van mening dat de mensen daardoor misvormd werden.

Van een pastoor verwacht je ook niet dat hij zich daadwerkelijk inzet voor de opvang van vluchtelingen. Is dat niet een taak die je moet overlaten aan de wereldlijke macht? Omer vroeg zich dat niet af. Hij trok zich het lot van deze mensen aan, ook van illegale vluchtelingen, en verleende ze daadwerkelijk onderdak. Het ging hem aan het hart dat zoveel mensen gedwongen zijn hun land te verlaten om elders asiel aan te vragen.

Hij zou graag zien dat kerk en samenleving meer een eenheid was. Hij wilde graag priester zijn zonder grenzen, solidair met mensen

en dingen die onze steun hard nodig hebben. Ik voel me, aldus Omer, solidair met alles waar het leven bedreigd wordt. Als ik iets zie of hoor dat niet goed is, voel ik me nogal eens geroepen om er wat voor te doen. Daar maak ik me niet altijd populair mee, maar waarom zou ik bang zijn om mezelf te zijn. God houdt toch van ons, zoals Hij ons geschapen heeft? Zelfs volgens de toenmalige bisschop van Breda, Huub Ernst, moest niemand proberen om Omer Gielliet in een bepaald keurslijf te plaatsen. Dat was gedoemd te mislukken.

Van deze eigenzinnige priester-kunstenaar sierde een reliëf van Franciscus van Sales en Johanna de Chantal vanaf 1993 tot en met 2022 de kaft van Salesiaans Contact. Ook nu nog wordt het in de digitale versie ervan gebruikt.

Over het maken van dit reliëf las ik onlangs dat Gielliet in Annecy de mensen hoorde praten over de liefde tussen Franciscus en Johanna. Dat ontroerde hem erg en inspireerde hem tot het maken van een beeld. Hij had wel geworsteld met de opdracht hoe hij Franciscus van Sales met zijn vriendin naast elkaar kon zetten, vervuld van liefde tot God, en tegelijk met een intieme maar ook serene vriendschap voor elkaar. En op dat reliëf beitelde hij de tekst: Dieu est Amour.

Er zouden meer van zulke eigenzinnige mensen moeten bestaan. We hebben ze nodig.

   Jan van de Vossenberg

 

Stichtersdag 14 oktober 2023

Zaterdag 14 oktober zijn wij bijeengekomen in de Schoter te Eemnes, als familie van Frans van Sales. 5 tafels vol mensen, ik schat zo’n 40 personen. Enkele mensen kwamen met enige vertraging wegens verkeershinder. Ondertussen zaten we gezellig aan de koffie met tompouce met elkaar te praten.
Het thema van de dag was het leven van onze stichter Louis Brisson. Na het openingswoord van Kees hebben we een film gezien over het inspirerende leven van Louis Brisson. Ondanks zijn onwil om te gehoorzamen aan wat zuster Maria de Sales Chappuis van de Visitatie hem opdroeg, heeft hij dankzij een goddelijke ingeving op 12 oktober 1873 een mannelijke religieuze gemeenschap gesticht om het werk van Frans van Sales levend te houden. Zo ontstonden de Oblaten van Franciscus van Sales.

Louis Brisson was een ondernemende man. Hij zorgde voor armen en zieken. Hij opende verschillende opvanghuizen voor meisjes om ze te beschermen. Hij stichtte een grote school voor mannelijke Oblaten. Hij richtte ook een vrouwelijke tak op, met medewerking van Leonie Aviat en Lucie Canuet, de Oblatinnen van Franciscus van Sales.  Ondanks de moeilijke omstandigheden en grote tegenwerking bleef hij geloven dat de Oblaten ergens anders in de wereld het woord van FvS zouden verkondigen. En hij heeft gelijk gekregen. Hij was gewaardeerd door zijn beide congregaties. Op 12 oktober 2012 is hij zalig verklaard.

Na de film over zijn leven hebben we groepjes gevormd en gepraat over de  laatste 1000 dagen van ons leven, naar aanleiding van het schrijven van Annie van de Heerenbeek. Welke bagage neem ik mee de laatste 1000 dagen… Wat willen we meenemen, wat willen we doorgeven, wat en wie willen we vergeten en vergeven. Wat wil ik vasthouden en loslaten. Er ontstond een levendige discussie. Onze bevindingen werden tijdens de Eucharistieviering in de kerk voorgelezen.

Wat erg belangrijk is, is liefde, een mens naast je, familielid, vriend, gelijkgestemde. Ook hoop en geloof spelen een grote rol. Ook hoopvolle zorg voor de toekomst voor de komende generaties, zorg om onze aarde zo goed mogelijk achter te laten voor onze kinderen, kleinkinderen en diegenen die nog na ons komen. Maar die zorg kunnen we uiteindelijk uit handen geven. Dan blijft nog geloof in een goede toekomst.

Na de lunch was er tijd om met elkaar te praten of een stukje te wandelen. Daarna had Kees nog een paar mededelingen. Onder andere over de site van de Oblaten en de nieuwe beheerders Loes en Belinda. Super dames! Over de reis van Wim van Rooden naar zijn missiepost in Brazilië .
Wijnand van Wegen vertelde in het kort over zijn verblijf in Zuid Afrika

27 Januari is er weer een Frans van Sales familiedag.

Om 15 uur begon onze H. Mis waar we dankbaar aan deelnamen.
En daarna restte nog het afscheid en ging iedereen vol positieve gedachten op weg naar huis. Het was mooie, waardevolle en warme dag. Bedankt daarvoor! Dank aan de organisatoren en alle aanwezigen.

   Ania Hillebrandt

 

 

 

15e zondag

Vijftiende Zondag

Marcus 6, 7 – 13

DOOR JEZUS AANGEWEZEN

Jezus zond 72 leerlingen voor zich uit.
Zij zijn medewerkers aan zijn boodschap.
Hij geeft hen een aantal richtlijnen mee.
Door geen enkele ballast mogen ze gehinderd worden.
Ze hebben maar één boodschap:
“Vrede, want het Rijk Gods is u nabij!”.
Het is een boodschap, die kwetsbaar maakt.
Er is geen plaats voor macht of aanzien.
Niemand kan zich op iets laten voorstaan.
Voor Hem telt alleen maar wie je bent,
niet wat je bent of wat je hebt.
De leerlingen – en zijn wij dat ook niet? –
gaan met lege handen maar met een hart vol liefde.
Want in het Rijk van God gaat het
om mensen en om een paradijselijke wereld.
Iedereen moet daar tot zijn recht kunnen komen.
Het gaat er om een leven van delen,
zodat er voor allen genoeg is.
Ieder van ons is de aangewezen persoon
om in die geest de weg te gaan
van mens tot mens, van hart tot hart.
Het is de weg, die Jezus zelf is gegaan;
een weg van de stervende graankorrel
die leven geeft in overvloed.

Wim Holterman osfs